[Prins, Mr. Adriaen]
PRINS (Mr. Adriaen), geb. te Delft 15 Mei 1692, overl. te Rotterdam 5 Maart 1780 was een zoon van Mr. Adriaen Prins en Adriana Jacoba de Groot en kleinzoon van den volg. Hij werd 12 April 1711 als student te Leiden ingeschreven en promoveerde aldaar. Daarna was hij eerst advocaat te 's Gravenhage doch werd in 1716 als poorter geëed te Rotterdam. Daar koos men hem in 1720 tot bewindhebber der O.-I.C. der kamer Rotterdam, van 1738-1763 was hij lid der vroedschap en in 1755, 1756, 1760 en 1761 burgemeester. Verder had hij zitting in het college der admiraliteit op de Maas van 1747 tot 1753, was hij dijkgraaf van Charlois en Katendrecht en leenman van Putten. In Mei 1763 trok hij zich uit het openbare leven terug. Hij huwde 7 Nov. 1720 met Elisabeth Schepers en werd dan ook, evenals zijn zoon en kleinzoon, begraven in de Groote Kerk te Rotterdam in de oude kapel van Kralingen, die aan de familie Schepers behoorde.
Zijn portret berust bij de douair. Prins te Haarlem.
Zie: Moes, Iconographia Batava no. 6070; N. Nederl. Jaarb. 1780, I, 287; literatuur bij Willem (kol. 1133).
Moquette