[Oosterik, Gerhardus Johannes]
OOSTERIK (Gerhardus Johannes), geb. te Saasveld, gem. Weerselo, 15 Juli 1809, overl. te Oldenzaal 30 Sept. 1879. Nadat hij 22 Dec. 1832 te Munster priester was gewijd, werd hij als kapelaan gezonden naar Groenlo en in 1836 naar de St. Walburgkerk in Arnhem. In 1842 werd hij pastoor te Hulhuizen, welke parochie hij in 1844 verplaatste naar Gent (Gelderl.). Van 1861 was hij pastoor te Oud-Zevenaar, de laatste jaren van zijn leven emeritus te Oldenzaal.
Hij schreef: De Katholieke wegwijzer, ten dienste van vrienden der waarheid (Rijsenburg 1863-1865, 2 dln.); Een woord over den modernen strijd tegen godsdienst, kerk en staat ('s Hertogenb. 1874); De rots der kerk, of zekerheid, dat de kerk Gods nooit overwonnen zal worden (Arnhem 1874); Een hartelijk woord in het belang der kinderen tot hunne ouders en vrienden gericht (Utrecht 1877). Verder tallooze artikelen in de Kerkelijke Courant.
Zie: Archief Aartsb. Utrecht II, 309.
de Groot