[Lansbergen, Philippus (3)]
LANSBERGEN (Philippus) (3), geb. te Middelburg 3 Aug. 1630, begr. te 's Gravenhage 2 Dec. 1661, zoon van Jacob L. en Maria Bouhuyse (kol. 773). Plaats en datum van overlijden zijn alleen juist als hij de Philippus L. is, die den titel van mr. verwierf en 5 Oct. 1650 den eed aflegde als advocaat voor het Hof van Holland. Een jonkman van deze kwaliteit en geboortig van Middelburg ondertrouwde echter te Goes 7 Jan. 1654 (getr. 4 Febr.) met Adriana Danckerts waaruit te Goes zijn gedoopt Jacoba L. (7 Apr. 1655) en Bartholomeus L. (25 Aug. 1656). Door het huwelijk met de zuster van den befaamden baljuw trad hij in de goesche regeering en komt hij voor als commissaris van het landrecht in 1655 en 1656, terwijl genoemden baljuw in pamfletten verweten wordt, dat hij zijn zwager met het baljuwschap heeft trachten te voorzien; na diens val werd L. dan ook 18 Juli 1657 door de goesche magistraat ontslagen als hoogbaljuw van Borssele. Een kind van den advocaat werd 16 Mei 1658 begraven te 's Gravenhage. Zijne weduwe ondertrouwde 30 Apr. 1666 te Goes met Joh. Becius (zie I kol. 269) (getr. te Zierikzee Mei 1666).
Zie: Manifest ofte declaratie van de burgerie der stede Goes (Midd. 1657); Fokker, in Archief Zeeuwsch Gen. V (1862) 55, 95; Piccardt, Bizonderh. uit de gesch. der stad Goes (ald. 1865) 82 vv.; van der Baan in Kerkhist. Archief IV (1866) 382 en Fokker en de Man, Zeeuwsche medici (Midd. 1901) 103.
de Waard