[Hotz, H.P.]
HOTZ (H.P.), te 's Gravenhage fabrikant van ijzeren drukpersen (handpersen) begon daarmede enkele jaren voor 1844, door zich van L. Gouy de noodige werktuigen aan te schaffen (van Cleef, Handboek ter beoefening der boekdrukkunst (1844) 124). In 1851 leverde hij o.a. een pers aan Kruseman te Haarlem (Enschedé, A.C. Kruseman I, 163); vijf jaar later (1856) exposeerde hij op de typografische tentoonstelling te Haarlem (Cat. no. 697) een pers, waarop gedrukt werd een gedicht van den directeur der landsdrukkerij C.G. Withuys (Noordziek, Gedenkboek 195). De in dat jaar begonnen import van duitsche snelpersen heeft blijkbaar zijn bedrijf stop gezet, wat zou kunnen volgen uit hetgeen bericht wordt in het tijdschrift Laurens Coster I (1859/60) 108; een pers, degelgrootte 50 bij 67 cM., was in veiling drukkerij fa. H. Geertsema Jr. te Groningen 9 Mrt. 1870, Cat. no. 175.
Enschedé