[Dam, Willam van]
DAM (Willam van), zoon van Pieter v.D. kapitein, gesneuveld in Italië, en van N. van Cuyck. Hij was raad te Amersfoort in 1476, schepen in 1483 en in laatstgenoemd jaar tevens cameraar van de keuren; kerkmeester van O.L. Vrouwekapel in 1501. Hij huwde in Febr. 1500 te Amersfoort met Beyeraet van IJsselt, Jansdr. ex Jacoba Bot, die 16 Nov. 1506 haar vader opvolgde in het hollandsche leen ‘het huis en de hofstede van Isselt met 4 morgen lands daartoe behoorende’, nadat Jan van IJsselt zijne dochter dit leen reeds dd. 11 Dec. 1499 gelegateerd had. Door dit huwelijk kwam de familie van Dam voor het eerst in het bezit van goederen onder Isselt, welk eigendom nog tot 1527 werd betwist door de mannelijke afstammelingen van Jan van IJsselt. In 1775 werd ook de heerlijkheid Isselt door de familie van Dam aangekocht en later de naam van Dam van Isselt aangenomen.
W.v.D. overleed vermoedelijk vóór 1520; zijne vrouw vermoedelijk in 1525.
Zie: Navorscher 1905, 285 e.v.; 1908, 80 e.v.; 1911, 216 e.v.
van Dam van Isselt