Z.
[Zoesius, Nicolaas]
ZOESIUS (Nicolaas), van Zoes, geb. te Amersfoort 1564, overl. 1625, 22 Aug. te Leuven, begraven in het koor van de kathedraal in den Bosch), was de 5e bisschop van 's Hertogenbosch sedert de oprichting der bisdommen in de Nederlanden door Philips II. Uit eene zeer aanzienlijke familie gesproten, waarvan vele leden de rechtsgeleerdheid op bijzondere wijze beoefend hebben, legde zich ook Nicolaas van Zoes te Leuven op de juridische wetenschap toe. Nadat hij het licentiaat in de rechten verkregen had, liet hij zich later priester wijden en werd toen geheimschrijver van den bisschop van Doornik, Joannes Venduille. In deze stad verkreeg hij weldra de waardigheden van kanunnik der kathedrale kerk en van officiaal.
Om zijn practische bekwaamheid en zijn hoogen kerkelijken rang benoemde hem de koning van Spanje tot raadsheer in den Grooten Raad van Mechelen. In Maart 1615 volgde zijne bevordering tot bisschop van 's Hertogenbosch, van welke waardigheid hij 10 Mei d.a.v. bezit nam.
Hij was de eerste bisschop van den Bosch, de in zijne kathedraal van St. Jan gewijd werd. De aartsbisschop van Mechelen verrichtte de wijding, die door drie andere bisschoppen n.l. van Antwerpen, van Roermond en van Gent werd bijgewoond.
Zoesius bestuurde zijn bisdom met veel toewijding en verhief de stichting Postel tot klooster 1615-16. Hij beval, dat de dekenen en geestelijken geregelde bijeenkomsten zouden houden, om over de hun toevertrouwde kerkelijke belangen te beraadslagen en richtte met veel beslistheid - tegenover de daartegen in verzet komende fraters - een degelijk seminarie te 's Hertogenbosch op (1617-1622). Dit viel den bisschop des te gemakkelijker, naarmate hij reeds vroeger - als raadsheer van Mechelen -