[Pietersz, Gerrit]
PIETERSZ. (Gerrit), geometer te Alkmaar, maakte bij de regeering een verzoek aanhangig om octrooi voor zijne vinding der lengten op zee; 3 Sept. 1611 wordt op zijn request, tegelijk met dat van R.P. van Twisch, door de Staten van Holland tot een commissie van onderzoek besloten. Volgens Th. Leamor zou de methode overeenkomst met de zijne vertoond hebben; deze beklaagde zich bij request van 8 Sept. 1611 bovendien ‘dat Robbert Robbertsz. (die nu de schriften van T. Leamor doorgesien hadde) desen Gerrit Pietersz. socht te helpen’. G.P. behoorde mede tot hen, die J.H. Jar. van der Ley in de opdracht van zijn Gulden Zeeghel (Leeuw. 1615) wilde doen zitting nemen in de tweede commissie ter beoordeeling van zijne inventie in dezelfde zaak. Zie bij ‘Gerrit Pietersz. Schagen’.
Zie: Dirk Rembrandtz. van Nierop, Des Aertrijcks beweging (Amst. 1661) 90.
de Waard