toen tevens een plaats in de philosophische faculteit aangewezen. Hij doceerde ook experimenteele physica, waartoe hem op denzelfden dag als Burchardus de Volder (die tevens een physisch laboratorium kreeg) toestemming was verleend (22 Jan. 1675).
Vermeld zij nog, dat hij in 1672, tijdens den inval van Lodewijk XIV, luitenant was van een keurvendel van leidsche studenten ter bewaking van stadspoorten en wallen. De oratio, door Paulus Hermann over hem gehouden, is niet in druk verschenen.
De Maets schreef: Prodromus chymiae rationalis (1684) en Chymia rationalis nec non praxis chymiatrica 1697 (Chymia rationalis et praxis chymiatricae rationalis, 1687). Morley's Collectanea chymica Leydensia, id est, Maëtsiana, Margraviana, le Mortiana werd niet onder zijn medewerking uitgegeven.
Zie verder G.C.B. Suringar in Ned. Tijdschr. v. Geneesk. 1865 en Jorissen Het Chem. Lab. te Leiden (Leid. 1909), waar o.a. nadere bijzonderheden over het eerste chemisch universiteits-laboratorium te vinden zijn.
Jorissen