[Hardenberg, Petrus (1)]
HARDENBERG (Petrus) (1), volgens sommigen een broeder van voorg., wat echter door anderen betwijfeld wordt, omdat des laatsten naam Rizaeus ('t zij deze familienaam is of ‘zoon van Ritze’ aanduidt) bij dezen Petrus nooit vermeld wordt is te Zwolle geboren. Hij stierf 22 Apr. 1604. Opgaven, die hem na dat jaar nog predikant te Makkum en te Wormer doen zijn, verwarren hem met den hieronder vermelden naamgenoot.
Waarschijnlijk om de geloofsvervolging uitgeweken, liet Hardenberg zich 21 Juli 1571 te Heidelberg als student inschrijven (cf. Toepke, Die Matrikel der Universität Heidelberg (Heid. 1884-1910) II, sub 21 Julii 1571). Nog in 't zelfde jaar werd hij voorganger in de geheime samenkomsten der kruiskerken van Franeker en Leeuwarden. In 1573 moest hij voor de tweede maal de wijk nemen; hij trok toen naar Emderland, waar hij onder de eerste reformatorische predikers heeft behoord. Vandaar ging hij naar Amsterdam, waar hij 31 Aug. 1578 bevestigd werd. Na in 1579 van deze standplaats uit bij leening eerst een tijd te Zwolle en daarna een tweetal maanden te Deventer te hebben gediend, ontving hij nog eens een verzoek om zijn vaderstad te hulp te komen, en met het oog op zijn ‘idioma naturale’ en zijn gezondheid heeft hij aan die roeping toen ook gehoor gegeven. In 1581 was hij daar nog, want als ‘minister Swollensis’ woonde hij eind Mei van dat jaar de nationale Synode van Middelburg bij. Het volgende jaar vinden we hem echter onder de dienaren des woords der Kerk van Antwerpen. Daar is hij toen tot aan de overgave dier stad aan Parma in Aug. 1585 gebleven. Nadien is hij korten tijd te Leiden woonachtig geweest, naar het schijnt; althans dan wordt hij gemengd in de moeilijkheden, die in die stad aangaande Caspar Coolhaes gerezen waren; met name wordt zijn hulp ingeroepen om als bemiddelaar op te treden tusschen de anti-Coolhaesianen en den Prins, en te bewerken, dat Coolhaes niet in zijn ambt zou worden hersteld. Daarna is Hardenberg weer naar de Paltz gegaan. In 1595 werd hij nog eens te Heidelberg ingeschreven en 11 Dec. 1599 werd hij aan die universiteit baccalaurius artium (cf. Toepke l.c. II, 179 Anm. 1). Niet
onwaarschijnlijk heeft hij toen tegelijkertijd in de paltzische kerken het superintendentschap of inspectoraat van twee classes bekleed, waarvan Bibliotheca Bremensis, Class. VII fasc. I (Brem. 1723) 323 gesproken wordt. In 1600 is hij echter weer in 't vaderland terug. 21 Oct. of 4 Nov. van dat jaar - op beide data wordt een Petrus Hardenberg vermeld - liet hij zich voor de tweede maal te Leiden inschrijven. In 1602 hervatte hij toen nog eens