[Greuve, J.K. de]
GREUVE (J.K. de), geb. 22 Juni 1795 te Amsterdam, gest. aldaar in Nov. 1864, was een zeer gezien, wetenschappelijk veearts. In 1812 door de regeering naar de veeartsenijschool te Alfort bij Parijs gezonden, ving hij aldaar op 1 Mei zijn studie aan. Het volgend jaar werd hij met de andere leerlingen, zonder hun voorkennis, als vrijwilliger op de militaire lijsten gezet en, behalve in de veterinaire wetenschap, in den wapenhandel geoefend. Toen hij daarin genoegzaam bekwaam werd geoordeeld, moest hij 30 Maart 1813 met zijn makkers uit Alfort tegen de Verbondenen in het vuur. Toen deze storm voorbij was, kreeg hij te Blois, waarheen zij waren teruggetrokken, z.g. feuilles de routes, om te mogen gaan waar zij wilden. De Greuve keerde naar Alfort terug, waar de lessen spoedig werden hervat. In 1815, toen Napoleon van Elba was teruggekeerd, en hij Lodewijk's uittocht en Napoleon's intocht te Parijs had aanschouwd, bekroop hem het verlangen naar zijn vaderland; onder groote gevaren en moeite had hij het geluk Brussel te bereiken en kwam 12 Mei 1815 te Amsterdam aan. Reeds den 22en dier maand legde hij te Leiden examen af voor de op 23 Sept. benoemde commissie. De Greuve verkreeg den graad van rijksveearts van de eerste klasse tweeden rang. Bij een later examen, op 1 Maart 1821, werd hij tot rijksveearts eerste klasse eersten rang bevorderd.
In 1816 werd hij vanwege het ministerie van binnenlandsche zaken te Utrecht geplaatst, vanwaar hij in 1820 naar Leeuwarden werd gezonden. In 1823 werd hij, op verzoek, te Amsterdam werkzaam gesteld.
De Greuve nam ijverig deel aan de besprekingen in de veterinaire vergaderingen. In 1851 werd hij voorzitter der Veeartsenijkundige Vereeniging in Noord-Holland, en op 31 Aug. 1852 werd hij tot lid van het Centraal Veeartsenijkundig Genootschap benoemd. Hij schreef in Het Repertorium en in de Verhandelingen over verschillende Veeartsenijkundige Onderwerpen.
Schimmel