[Erasmius, Johannes]
ERASMIUS (Johannes), geb. te Utrecht 1604, overl. te Alkmaar 21 Maart 1658, oefende zich in zijn geboortestad onder den rector Anthonius Aemilius, werd in het laatst van 1634 rector te Tiel, in 1641 aan het gymnasium te Harderwijk, waar hij zijn ambt 11 Mei aanvaardde. Den 28. werd hij ook plechtig ingeleid als hoogleeraar in de grieksche taal en redeneerkunde. In 1644 nam hij het conrectoraat te Alkmaar aan, waaraan eene jaarwedde van ƒ 500 nevens vrije huishuur verbonden was. 1 Sept. diende hij bij de herv. gemeente de attestatiën in uit Tiel van hem en zijne vrouw Margaretha Laurensd.; 1 Nov. werd hem zijn eerste kwartaal betaald. Zijne voordrachten verwierven veel bijval. Zijne weduwe volgde hem spoedig in het graf, zijnde zij 4 Mei 1658 begraven. Arnold Waltersz. Parck heeft zijne nagelaten werken verzameld en uitgeven onder den titel: Opera posthuma: Eruditi ac jucundi argumenti. In Usum Illustrium Scholarum (Harderv. 1663 en 65, 2 dln.). Een tweede druk verscheen te Amsterdam in 1679, een derde aldaar in 1691. Aan de latijnsche scholen in Gelderland werden zij veel gebezigd als schoolprijzen. Zij bevatten artikelen over onderwerpen van allerlei aard, kunstiglijk samengesteld uit de woorden en spreekwijzen van oude romeinsche schrijvers, en vergezeld van eene vrije vertaling in het nederduitsch. Daarachter volgen de oratiën de dignitate artis dialecticae, de instaurata Bibliotheca Tielana en de perpetua Pace inter Philippum IV, Hispaniarum Regem, et Confoederatos Ordines, confirmata M.D C. XLVIII, respectievelijk gehouden te Harderwijk 3 Juli 1641, Tiel 2 Jan. 1635 en Alkmaar 5 Juni 1648. En ten slotte komt een bundeltje latijnsche gelegenheidsverzen.
Zie: Bouman, Geschied. der voormalige Geldersche Hoogeschool I, 88.
Bruinvis