[Duisenberg, Johannes Burchard]
DUISENBERG (Johannes Burchard), 14 Juli 1807 te Amsterdam geb. en 30 Oct. 1882 te Haarlem overl. Na den vroegen dood zijns vaders, die koopman te Amsterdam was, ging hij in 1816 met zijn moeder te IJsselstein wonen, waar hij een gelukkige jeugd sleet en school ging op het instituut van Cnopius. Op zijn 19e jaar werd hij bij zijn zwager M. de Haan, notaris te Woerden, gehuisvest, om zich te bekwamen voor het examen van candidaat-notaris, welke studie in 1834 met goed gevolg bekroond werd. Inmiddels had hij van 1830-'32, deel genomen aan den veldtocht tegen België, althans in garnizoen gelegen te 's Hertogenbosch, den Briel e.a. vestingen. In Dec. 1832 werd hij tot burgemeester van Kokkengen (bij Breukelen) benoemd en vijf jaar later tot notaris te Boskoop, waar hij weldra algemeen bemind en geacht werd. In 1860 zag hij zich door 't kiesdistrict Alfen tot lid v.d. Prov. Staten v. Zuid-Holland gekozen, welke betrekking hij tot '67, toen hij zijn notariaat neerlegde, heeft bekleed. Hij vestigde zich toen metterwoon te Haarlem. Duisenberg heeft eenige gedichten en prozastukjes nagelaten, die, meest van eenvoudigen, godsdienstigen aard, naar zijn uitdrukkelijk verlangen, niet voor den druk bestemd waren. Slechts een enkel vers werd in den Christelijken Volksalmanak (1874), den Ned. Spectator (1870) of eenig ander blad gepubliceerd.
Zie: Levensber. Letterk. 1883, 25.
Zuidema