[Caldebrenner, Petrus]
CALDEBRENNER (Petrus), priester en geneesheer, waarschijnlijk geb. te Maastricht en aldaar overl. 8 Aug. 1504. Hij heeft een grooten roem genoten, te oordeelen naar de achting, waarmede keizer Sigismund hem vereerde, die hem als geneesheer aan zich verbond, hem in den adelstand verhief en met gunsten overlaadde Als kanunnik van het kapittel van O.L. Vrouw te Maastricht was hij bij zijn mede-kanunniken zeer gezien, zoodat zij hem in 1492 tot deken kozen. Hij maakte zijn testament 13 Sept. 1502 en stichtte in genoemde kerk een beneficie ter eere van den H. Thomas, waartoe zijn neef Ludovicus Caldebrenner alias Franck (overl. 6 Sept. 1535), benoemd werd. 28 Febr. 1509 keurden deken en kapittel, aan wie in hun vergadering zijn testamentuitvoerders Servatius Coelmont en Remigius Staers, kapellanen dier kerk deze stichting meedeelden, deze goed en namen ze aan. Zijn grafschrift is te lezen op een grooten steen van marmer met een gebeeldhouwden rand, in den linker zijmuur van het portaal der kerk van O.L. Vrouw.
Zie: G.D. Franquinet, Beredeneerde inventaris der oorkonden en bescheiden van het kap. van O.L. Vrouwekerk te Maastricht (Maastr. 1870) I, 270-271 en 382.
Flament