[Bentinck, Berend Hendrik baron]
BENTINCK (Berend Hendrik baron), heer van Buckhorst, Salk en Veecaten (Veecaten kocht hij in 1779 van W.A. van Spaen en A. Bentinck), zoon van zijn gelijknamigen vader, en Bonne Elizabeth Jurriana du Tertre, geb. op Schoonheeten 16 Nov., ged. te Raalte 18 Nov. 1753, verschreven in de Ridderschap van Ov wegens Buckhorst 19 Feb. 1779, gest. te Zwolle 24 Sept. 1830. Jong als page aan het hof van Willem V, diende hij vervolgens in het ruiterregiment Stavenisse Pous, werd daarin 4 Oct. 1771 ritmeester, 24 Juli 1775 majoor, 2 Dec. d.a.v. majoor-effectief, 22 Juni 1779 luit.-kol., 28 Jan. 1785 kwartiermeester-generaal der cav., 15 Oct. 1787 kolonel, 18 Feb. 1788 majoor-commandant van Zwolle, 11 Mei 1789, kol.-commandant, en nam aan de zijde der prinsgezind en deel aan den veldtocht van 1787. In 1795 uitgeweken, nam hij deel aan het Oranje-rassemblement onder prins Frederik tot voorbereiding der bevrijding van de republiek, in 1799 als kolonel ook aan de plannen tot voorbereiding van een inval aan de oostergrens. Hij keerde in 1801 in de Bataafsche Republiek terug en leefde sedert ambteloos te Zwolle. In 1813 werd hij, als verdacht van geheime samenspanning met de Oranjes, naar Amsterdam gevoerd maar weldra vrijgelaten. Bekend als vurig orangist, werd hij 29 Nov. 1813 door het haagsche driemanschap benoemd tot commissarisgeneraal van oorlog, 11 Maart 1814 tot luit.-generaal, April 1814 tot gouverneur van Overijsel, wat hij tot zijn dood bleef, zeer geacht als edelmoedig, onbaatzuchtig, welwillend en werkzaam ambtenaar, als uitnemend kenner van de behoeften van zijn gewest en de stad zijner inwoning. Met name in den moeilijken tijd 1813-15 bewees hij het vaderland uitnemende diensten. Toegelaten tot de Ridderschap van Overijsel bij K.B. van 28 Aug. 1814, later
president, kreeg den titel van baron 10 Juni 1819. Hij was commandeur Mil. W.O. Hij was gehuwd (ondertr. 's Gravenhage 15 Oct. 1785) met Carolina Medioburgensis van Borssele, ged. 's Gravenhage 13 Dec. 1758, gest. te Zwolle 19 Maart 1801, dochter van Johan en Anna Elisabeth Coninck. Hun eenige zoon Mr. Jan Hendrik Coninck, baron Bentinck, heer van Buckhorst, Salk en Veecaten, geb. Zutfen 24 April 1787, directeur der posterijen te Zwolle, lid