[Adriani, Rudolf]
ADRIANI (Rudolf), geb. te Schildwolde 26 Maart 1793, gest. te Rotterdam 28 Nov. 1862. Zoon van den (kol. 33) genoemden Arius Adriani en Wibbina Emmen, leerling aan de dockumsche ‘groote schole’ van Peerlkamp, student te Deventer, te Franeker en te Leiden, onderging hij vooral den invloed van prof. van Voorst, terwijl hij een poos inwoonde bij Borger, toen deze weduwnaar geworden was. In 1817 werd hij predikant te Wijchel, in 1821 te Bolsward, in 1826 te Rotterdam, waar hij in 1857 emeritus werd en vijf jaren later overleed. Hij huwde te Hoorn 26 Aug. 1819 Adriana Jacoba van Marken, geb. te Hoorn 21 Juni 1803, overl. te Rotterdam 6 Maart 1871, dochter van ds. Bernard van Marken en Marie de Vicq. Het huwelijk bleef kinderloos. Zijn persoon is door wie hem kenden hoog gewaardeerd; voor den kansel maakten zijne zwakke stem, zijn zeer ontwikkelde friesche tongval, zijn letterlijk voorlezen hem ongeschikt. Mij schijnt hij behoort te hebben tot die predikanten, die, van jongs af tot het ‘nazireaat’ bestemd, toch eigenlijk in andere richting, b.v. die der letteren, zich beter zouden hebben ontwikkeld. Toen Adriani als student te Deventer te veel literator was, verplaatste zijn vader hem naar Franeker; later te Leiden verwierf hij zich nog het baccalaureaat in de letteren; in 1831 werd hij lid van de Maatschappij der Nederl. Letterkunde. Behalve een aantal stichtelijke tractaatjes zijn er geen werken van hem bekend.
Zie: Prins in Levensber. Letterk. 1863, 64-74.
Knappert