| |
| |
| |
Bibliografie van de geraadpleegde weekblad- en tijdschriftartikelen
ACKERE A. van
Dr. A. van Ackere, Psychiatrie en een Vlaamsche roman, in: De Pelgrim, Jg.2, nr.3, november 1931, p.83-88. (Ook in: Vlaamsch Geneeskundig Tijd- schrift, nr.28, 11 juli 1931). |
AKER Willem van den
W. van den Aker, Losse gedachten tegensprekelik, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.17, 28 april 1933, p.268-269. |
W. van den Aker, Moeder, waarom schrijven wij?, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.12, september 1933, p.451-457. |
W. van den Aker, Het Vlaamse proza in groeikramp, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.2, november 1933, p.79-84. |
ALBE
Albe, Een terugblik, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.1, 2 januari 1937, p.18-19. |
Albe, André Demedts, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.2, 9 januari 1937, p.19. |
Albe, Interview met den auteur van De Stille Man: Albert van Hoogenbemt, in: Elckerlyc, Jg.5, nr.25, 24 juni 1939, p.21-24. |
Albe, Critische Snippers 1939, in: Elckerlyc, Jg.6, nr.1, 6 januari 1940, p.17. |
Albe, P. Heyns, Armoede, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.8, mei 1933, p.285. |
Albe, J. Simons, Harslucht, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.10, juli 1933, p.376. |
ALKEN L. van (ps. van Odiel Spruytte)
L. van Alken, Wat is cultuur, in: Volk, Jg.4, nr.1, oktober 1938, p.2-7. |
ANTHONIS Paula
P. Anthonis, De Stand der Vlaamse Kritiek, in: Opbouwen, Jg.1, nr.6-7, november 1928, p.358-361. |
P. Anthonis, Antwoord aan ‘Jong Dietschland’, in: Opbouwen, Jg.1, nr.8-10, juni 1929, p.455-456. |
BACKER Franz de
F. de Backer, Hollandsche letteren, in: De Vlaamsche Gids, Jg.17, nr.1, oktober 1928, p.45-48. |
F. de Backer, Hollandsche letteren, in: De Vlaamsche Gids, Jg.21, nr.2, november 1932, p.73-78. |
BAEKELMANS Lode
L. Baekelmans, Cyriel Buysse, in: Boekenkast, Jg.1, nr.1, 15 oktober 1929, p.10-11. |
BAYER Climanus o.p.
C. Bayer, Mauriac en de zedelijke verantwoordelijkheid van den romanschrijver, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.3, 18 januari 1936, p.4-5. |
BELPAIRE Maria Elisa
M. Belpaire, Naar Nieuwe Middeleeuwen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.7-8, juli-augustus 1927, p.465-469. |
| |
| |
BERGHEN René
R. Berghen, Marcel Proust, in: Ontwikkeling, Jg.9, nr.5, mei 1927, p. 149-150. |
BOELAERT E. m.s.c.
E. Boelaert, ‘Kristiaan’ door Ernest van der Hallen, in: Boekengids, Jg.l6, nr. 5, mei 1928, p. 140. |
BOGAERTS Theo
T. Bogaerts, Onwaardige critiek kapelletjesgeest en katholieke waardigheid, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.27, 1 juli 1932, p.428-429. |
T. Bogaerts, Kapelletjesgeest en Katholieke waardigheid, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.27, 3 juli 1932, p.1065-1066. |
BOM Emmanuel de
E. de Bom, F. Timmermans, Boerenpsalm, in: Contact, Jg.1, nr.7, 15 augustus 1935, p.3-6. |
BOOGAERDT Frans van (ps. van Marc van den Broucke)
E van Boogaerdt, Leven in het buitenland, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.9, juni 1933, p.326-330. |
BOON Arthur
A. Boon, S. Streuvels, Werkmenschen, in: Boekengids, Jg.5, nr.3, april 1927, p.85. |
A. Boon, Het kritisch werk van Dr. Persijn, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.4, april 1928, p.276-293. |
BROUCKE Vanden M.H.
M.H. Vanden Broucke, De ernst van kunst en romankunst, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.10, 6 maart 1927, p.298. |
BRULEZ Raymond
R. Brulez, De Philosophie in Vlaanderen, een interview met Prof. E. de Bruyne, in: Boekenkast N.R.,Ga naar voetnoot(1) Jg.1, nr.3, 1 juni 1933, p.39-4l. |
R. Brulez, N.E. Fonteyne, Kinderjaren, in: Contact, januari 1940, p.7-8. |
R. Brulez, Grenzen der literatuur, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.7-8, juli-augustus 1933, p.494-516. |
R. Brulez, N.E. Fonteyne's Kinderjaren, in: Vormen, Jg.4, nr.7, december 1939, p.176-179. |
BRUNCLAIR Victor Jozef
V.J. Brunclair, Kantteekeningen bij een dagboekblad ‘Het’, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.6, 8 februari 1936, p.20. |
V.J. Brunclair, De geest op het Forum, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.12, 21 maart 1936, p.20. |
V.J. Brunclair, Tijdkunst - Strijdkunst, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.16, 18 april 1936, p.20. |
V.J. Brunclair, Vlaamsche expressionisten, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.22, 29 mei 1937, p.17. |
| |
| |
V.J. Brunclair, Het Politiek Activisme van Van Nu en Straks, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.24, 12 juni 1937, p.17. |
V.J. Brunclair, Een Slotwoord dat nog absoluut noodig is, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.25, 19 juni 1937, p.18. |
V.J. Brunclair, Albe's ‘Den doodskop en zijn mama’, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.34, 21 augustus 1937, p.17-18. |
V.J. Brunclair, Vade mecum van den romanschrijver, in: Getuigenis, Jg.1, nr.1, september 1936, p.9-13. |
V.J. Brunclair, Kantteekeningen der Vlaamsche letteren, in: Getuigenis, Jg.1, nr.1, september 1936, p.29-30. |
V.J. Brunclair, Wat is post-expressionisme, in: Getuigenis, Jg.1, nr.2-3, oktober-november 1936, p.60-6l. |
V.J. Brunclair, Het litteraire Antwerpen, in: Vandaag, Jg.1, nr.7-8, 15 mei-1 juni 1929, p.173-174. |
V.J. Brunclair, F.V. Toussaint van Boelaere, Zurkel en Blauwe Lavendel, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.22, nr.1-2, 1927, p.124-126. |
V.J. Brunclair, In memoriam Paul van Ostayen, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.23, nr.1-2, 1928, p.139-163. |
V.J. Brunclair, E.M. Remarque, Im Westen nichts Neues, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.24, nr.3-4, 1929, p.234-236. |
V.J. Brunclair, M. Matthijs, Het Grauwvuur, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.24, nr.3-4, 1929, p.347-349. |
V.J. Brunclair, Karel van de Woestijne, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.25, nr.3-4, 1930, p.165-180. |
BRUYNE Edgar de
E. de Bruyne, Cultuur en beschaving, in: Elckerlyc, Jg.1, nr.2, 16 november 1935, p.1-2. |
E. de Bruyne, De crisis van de hedendaagsche kunst, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.21, 23 mei 1936, p.19; nr.22, 30 mei 1936, p.18-19; nr.23, 6 juni 1936, p.18. |
E. de Bruyne, Wij katholieken tegenover het cultuurprobleem, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.38, 19 september 1936, p.1-2. |
E. de Bruyne, Over de voorwaarden van een godsdienstige kunst. Enkele beschouwingen, in: Kunst, Jg.1, nr.5, 1930, p.121-122. |
E. de Bruyne, Over de voorwaarden van een godsdienstige kunst, in: De Pelgrim, 1930, Jg.2, nr.3, november 1931, p.82-84. |
E. de Bruyne, I. Over intuïtie, in: Vandaag, Jg.1, nr. 10, 1 juli 1929, p.227-228. |
E. de Bruyne, II. Het Aesthetisch genot, in: Vandaag, Jg.1, nr.11, 15 juli 1929, p.247-248. |
E. de Bruyne, III. Het Schoonheidsbeleven, in: Vandaag, Jg.1, nr.12, 1 augustus 1929, p.283-284. |
BUCKINX Pieter Geert
P.G. Buckinx, Een kringloop door Paul de Vree, in: Contact, Jg.5, nr.1, januari-februari 1939, p.3-5. |
P.G. Buckinx, Kroniek van het proza, A. van Hoogenbemt, De stille man, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.5, mei 1939, p.380-382. |
P.G. Buckinx, De psychologie van den Vlaamschen Romanschrijver, in: Elckerlyc, Jg.1, nr.8, 28 december 1935, p.18-19. |
P.G. Buckinx, Staf Weyts novellist, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.43, 23 oktober 1937, p.1365. |
| |
| |
P.G. Buckinx, Urbain van de Voorde als kritikus, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.16, 18 april 1930, p.252-253. |
P.G. Buckinx, U. van de Voorde, in: Onze Tijd, Jg.2, nr.2, 1 februari 1937, p.135-137. |
P.G. Buckinx, De evolutie van den Vlaamschen roman, in: Onze Tijd, Jg.2, nr.11, 1 november 1937, p.295-296. |
P.G. Buckinx, Critiek en beschouwing. U. van de Voorde, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.1, oktober 1930, p.32. |
P.G. Buckinx, Terug naar het individualisme, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.5, februari 1931, p.147-150. |
P.G. Buckinx, Paul Kenis - Twee romans, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.6, maart 1931, p.177-178. |
P.G. Buckinx, De criticus Urbain van de Voorde, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr. 11, augustus 1931, p.332-333. |
P.G. Buckinx, Paul van Ostayen. De dichter en de kritikus, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.1, oktober 1931, p.35-40. |
P.G. Buckinx, Twee jonge doden, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.2, november 1932, p.78-81. |
P.G. Buckinx, Kleine sportkroniek. Het verraad des kosters, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.12, september 1933, p.473-477. |
P.G. Buckinx, Jong Vlaamsch proza, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.12, september 1934, p.539-544. |
P.G. Buckinx, P. de Vree & R. Verbeeck, Verantwoording, in: Vormen, Jg.1, nr.1, april 1936, p.1. |
P.G. Buckinx, Paul de Vree en de naoorlogsche neurose, in: Vonnen, Jg.3, nr.10-11, februari-maart 1939, p.342-344. |
BUSSCHE R. Vanden o.p.
R. Vanden Bussche, Gerard Walschap tegenover ‘den Man der Uren Bewondering’, in: Kultuurleven, Jg.9, nr.6, november 1938, p.845-848. |
CAEYMAEX Joris
J. Caeymaex, François Mauriac, in: Boekengids, Jg.12, nr.2, februari 1934, p.41-52. |
CAUWELAERT August van
[A. van Cauwelaert], Bij de Pelgrims [overgenomen uit het verslag in De Standaard], in: Boekenkast N.R, Jg.1, nr.5, 15 februari 1930, p.70-71. |
A. van Cauwelaert, Vlaamsche Letteren, S. Claes-Vetter's Stil leven, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.7-8, juli-augustus 1927, p.555-557. |
A. van Cauwelaert, Kritische Arbeid, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.10, oktober 1927, p.723-726. |
A van Cauwelaert, Nederlandsche Letteren. Proza, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.5, mei 1928, p.521-522 |
A. van Cauwelaert, Vlaamsche Letteren, G. Walschap, Volk; J. Simons, De laatste Flesch; H. Eeckel, 't Onzent in 't Westland, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.7-8, juli-augustus 1930, p.627-632. |
A. van Cauwelaert, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.12, december 1930, p.904-911. |
A. van Cauwelaert, De tragi-komiese toestand onzer tijdschriften, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.31, nr.5, mei 1931, p.367-371. |
| |
| |
A. van Cauwelaert, Drie kanttekeningen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.32, nr.3, maart 1932, p.245-250. |
A. van Cauwelaert, Boekbespreking, S. Claes-Vetter, Miete; F. de Pillecijn, Blauwbaard, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.5, mei 1933, p.400-401. |
A. van Cauwelaert, Kantteekeningen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.3, maart 1934, p.230-232. |
A. van Cauwelaert, Kritiek, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.7-8, juli-augustus 1934, p.537-542. |
A. van Cauwelaert, Katholicisme of Klericalisme, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.37, nr.7-8, juli-augustus 1937, p.539. |
A. van Cauwelaert, F. de Pillecijn, De soldaat Johan, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.12, december 1939, p.886. |
A. van Cauwelaert, Oudejaarsdag 1935, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.1, 4 januari 1936, p.18. |
A. van Cauwelaert, Een standpunt langsheen de tijdschriften, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.30, 25 juli 1936, p.23. |
A. van Cauwelaert, Het Politiek Quietisme van Van Nu en Straks, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.23, 5 juni 1937, p.16. |
A. van Cauwelaert, Een Slotwoord voor zooveel dit nodig is, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.24, 12 juni 1937, p.18. |
A. van Cauwelaert, En dit is 't laatste..., in: Elckerlyc, Jg.3, nr.25, 19 juni 1937, p.18. |
A. van Cauwelaert, Nog over het debat over Verschaeve, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.22, 27 mei 1932, p.351. |
CAUWENBERG Willy van
W. van Cauwenbergh, Het cynisme in de hedendaagsche Vlaamsche Letterkunde, in: Groei, Jg.2, nr.4, maart 1935, p.94-99; nr.6, juni 1935, p.137-139. |
W. van Cauwenbergh, Het cynisme in de hedendaagsche Vlaamsche Letterkunde, in: De Vlaamsche Gids, Jg.24, nr.4, januari 1935, p.145-165; nr.5, februari 1935, p.193-206. |
CAYMAN Hendrik
H. Cayman, Jacques Maritain over de Jongste Franse Literatuur, in: Opbouwen, Jg.1, nr.5, september 1928, p.276-278. |
H. Cayman, Modern Katholiek literair Kunstcriterium, in: Opbouwen, Jg.1, nr.6-7, november 1928, p.366-367. |
CHRISTIAENS André G.
A.G. Christiaens, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.12, december 1930, p.919-921. |
CLAES Ernest
E. Claes, F.V. Toussaint van Boelaere en Van Nu en Straks, in: Onze Tijd, Jg.5, nr.2, 1 februari 1940, p.20-21. |
CLAES Jef
J. Claes, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.12, december 1930, p.914-916. |
| |
| |
CLAUDE Jean de (ps. van Gerard Walschap)
J. Claes, François Mauriac, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.17, 28 april 1935, p.902-903. |
CLOSSET François
F. Closset, J. Schepens, Polyfoto, in: Onderzoek, Jg.1, nr.2, 1939, p.8-9. |
F. Closset, Een Vlaamse historische boerenroman, in: Onderzoek, Jg.1, nr.3, 1939, p.2-5. |
F. Closset, Een bundel essay's van Vestdijk, in: Onderzoek, Jg.1, nr.3, 1939, p.8-9. |
F. Closset, F.V. Toussaint van Boelaere, Litterair Scheepsjournaal, in: Onderzoek, Jg.1, nr.4, 1939, p.3-4. |
F. Closset, Een roman uit het visschersleven, in: Onderzoek, Jg.1, nr.4, 1939, p.5-6. |
F. Closset, Opnieuw wordt de mensenwereld, in: Onderzoek, Jg.1, nr.4, 1939, p.8-10. |
F. Closset, Houtekiet, in: Onderzoek, Jg.2, nr.1, 1940, p.8-10. |
COOLEN Antoon
A. Coolen, Hendrik Conscience, de verteller van zijn volk, in: Elckerlyc, Jg.4, nr.28, 9 juli 1938, p.23-24. |
A. Coolen, Inleiding bij F. Herwig, Sextet in 't Hemelrijk, in: Elckerlyc, Jg.4, nr.39, 24 september 1938, p.23. |
CRAENE Basiel de
B. de Craene, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.12, december 1930, p.916-917. |
DAENEN Clemens
C. Daenen, Christiaan Wahnschaffe, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.22, nr.1-2, 1927, p.85-92. |
DAMAN Marcel
M. Daman, Even voorstellen, in: Groei, Jg.1, nr.1, maart 1934, p.2-3. |
M. Daman, W. Elsschot, Kaas, in: WF-blad [Groei], Jg.1, nr.3-4, mei-juni 1934, p.39-40. |
DANIELS J.
J. Daniels, Dwaze opstellen, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.44, 30 oktober 1937, p.1394. |
DECKERS Herman
H. Deckers, Over godsdienstige kunst, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.3, 16 januari 1927, p.75. |
DECROOS Jérmone
J. Decroos, Losse gedachten, kantteekeningen en citaten aangaande kunst en haar verhouding tot leven en tijd, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.1, oktober 1932, p.28-33. |
J. Decroos, Enkele kantteekeningen bij ‘Ons Volkskarakter’ door Marnix Gijsen, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.11, augustus 1933, p.424-427. |
| |
| |
J. Decroos, Repliek op Marnix Gijsens wederwoord, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.1, oktober 1933, p.39-40. |
J. Decroos, Verweerschrift, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.1, oktober 1933, p.13-20; nr.2, november 1933, p.55-63; nr.4, januari 1934, p.161-167; nr.5, februari 1934, p. 197-210; nr.6, maart 1934, p.258-260. |
J.Decroos, Brief uit Duitsland, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.5, februari 1934, p.228-231. |
DEMEDTS André
A. Demedts, Zes nieuwe Salamanderdeelen, in: Contact, Jg.3, nr.3-4, april-mei 1937, p.2-5. |
A. Demedts, E. Buysse, Miele keert terug, in: Contact, Jg.3, nr.6, juli 1937, p.9-10. |
A. Demedts, De Vlaamsche Jongeren. Kantteekeningen bij ‘De Doedelzak’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.29, nr.1, januari 1929, p.74-80. |
A. Demedts, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.10, oktober 1930, p.770-773. |
A. Demedts, Vlaamsche Letteren, G. Walschap, Carla, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.7-8, juli-augustus 1933, p.54l-544. |
A. Demedts, S. Weyts, Coletje en Belleke, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.1, januari 1934, p.72 |
A. Demedts, Vlaamsch Proza, M. Matthijs, Doppen; R. Berghen, Het jeugdavontuur van Leo Furkins, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.9, september 1936, p.619-622. |
A. Demedts, Vlaamsch proza, P. de Vree, Kringloop, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.3, maart 1939, p.234-237. |
A. Demedts, Nederlandsch proza, F. Timmermans, Ik zag Cecilia komen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.6, juni 1939, p.474-477. |
A. Demedts, Nederlandsch proza, A. Coolen, Herberg in 't Misverstand, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.7-8, juli-augustus 1939, p.56l-564. |
A. Demedts, Hernieuwing in onze letterkunde, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.10, oktober 1939, p.657-668 |
A. Demedts, Nederlandsch proza, De nadagen van Pilatus, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.12, december 1939, p.875-878. |
A. Demedts, Nederlandsch proza, G. Walschap, Het Kind en Houtekiet, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.40, nr.5, mei 1940, p.389-393. |
A. Demedts, De waarde der persoonlijkheid, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.1, 4 januari 1936, p.19. |
A. Demedts, Hernieuwing in onze Letterkunde, in: Elckerlyc, Jg.5, nr.44, 4 november 1939, p.19-21. |
A. Demedts, ‘Kristiaan’ door Ernest van der Hallen, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.34, 19 augustus 1928, p.1065. |
A. Demedts, Rede van André Demedts [op het Pelgrimcongres, 11 september 1927], in: Hooger Leven, Jg.1, nr.40, 2 oktober 1927, p.1259-1260. |
A. Demedts, Het Prozawerk van Paul van Ostayen, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.1, 5 januari 1930, p.23. |
A. Demedts, Adelaïde. Een roman van Gerard Walschap, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.10, 9 maart 1930, p.310-311. |
A. Demedts, De Kritiek van Van de Voorde, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.27, 6 juli 1930, p.860. |
A. Demedts, De man die werkt, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.50, 14 december 1930, p.1782. |
| |
| |
A. Demedts, Ook: Waar zijn wij?, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.6, 8 februari 1931, p.231. |
A. Demedts, Het antwoord van een Jongere, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.8, 22 februari 1931, p.308-309. |
A. Demedts, Nog ons zelfverweer, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.13, 29 maart 1931, p.508-509. |
A. Demedts, Eric, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.32, 9 augustus 1931, p.1268-1269. |
A. Demedts, Een Roeping voor de Vl. Kath. kunstenaars, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.28, 10 juli 1932, p.1101. |
A. Demedts, De Week van het Boek, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.45, 10 november 1935, p.1954. |
A. Demedts, Niet te nobel prijzen!, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.48, 1 december 1935, p.2074. |
A. Demedts, De vierde Koning, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.49, 8 december 1935, p.2115. |
A. Demedts, Het komt op de nuance aan!, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.4, 26 januari 1936, p.146. |
A. Demedts, De Tijdstroom-generatie, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.9, 1 maart 1936, p.330. |
A. Demedts, Paul de Vree als criticus, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.51, 19 december 1936, p.1843. |
A. Demedts, Nederlandse novellen, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.1, 2 januari 1937, p.19. |
A. Demedts, Volksverbonden kunst, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.4, 23 januari 1937, p.117. |
A. Demedts, Hoe moeten wij schrijven, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.6, 6 februari 1937, p.179. |
A. Demedts, Een mensch van goeden wil, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.8, 20 februari 1937, p.243. |
A. Demedts, Gevaren voor de poëzie, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.9, 27 februari 1937, p.277. |
A. Demedts, Vertalingen, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.17, 24 april 1937, p.532. |
A. Demedts, Hoogdagen der Vlaamsche letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.23, 5 juni 1937, p.722. |
A. Demedts, Losse gedachten over een katholieke romanletterkunde, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.25, 19 juni 1937, p.788. |
D. [A. Demedts?], Marcel Matthijs staat ons te woord, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.27, 3 juli 1937, p.852. |
A. Demedts, Losse gedachten over een katholieke romankunst, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.29, 17 juli 1937, p.915. |
A. Demedts, Tegen het provincialisme, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.31, 31 juli 1937, p.978. |
A. Demedts, Een jongere over zijn generatie, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.37, 11 september 1937, p. 1171-1172. |
A. Demedts, Een boek van de dames, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.47, 20 november 1937, p.1490. |
A. Demedts, Marcel Matthijs, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.4, 21 januari 1938, p.101. |
A. Demedts, In den rand..., in: Hooger Leven, Jg. 12, nr.38, 16 september 1938, p.1052. |
A. Demedts, Nieuwe Vlaamsche romans, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.14, 6 apri1 1928, n.219-220. |
| |
| |
A. Demedts, Iets over Jonge Vlaamsche Poëzie, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.3, 18 januari 1929, p.46-47. |
A. Demedts, Ook bij een debat, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.9, 1 maart 1929, p.140. |
A. Demedts, J. Last, Zuiderzee, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.17, 27 april 1935, p.4. |
A. Demedts, Vluchtige bedenkingen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.19, 11 mei 1935, p.5. |
A. Demedts, Over Du Perron, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.35, 31 augustus 1935, p.4-5. |
A. Demedts, Helaas voor Zielens, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.47, 23 november 1935, p.4. |
A. Demedts, Skandinaafse letteren, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.7, 15 februari 1936, p.6. |
A. Demedts, Over Antoon Coolen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.9, 27 februari 1937, p.4-5. |
A. Demedts, Een Hollandsche roman, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.16, 17 april 1937, p.4. |
A. Demedts, In de Bres of Au dessus de la Mêlée?, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.34, 9 september 1939, p.4. |
A. Demedts, Over Wies Moens, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.6, maart 1931, p.167-171. |
A. Demedts, Over Ernest van der Hallen, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.8, mei 1931, p.244. |
A. Demedts, Aantekeningen. Het tijdschrift ‘Seinen’, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.10, juli 1931, p.316. |
A. Demedts, Zoo verhalen de Vlamingen, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.12, augustus 1931, p.373-374. |
A. Demedts, Aantekeningen, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.9, juni 1932 p.424-425. |
A. Demedts, Romano Guardini, Nieuwe jeugd en katholicisme, vert. door E. van der Hallen, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.9, juni 1932, p.429. |
A. Demedts, Verantwoording, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.10, juli 1932, p.433-434. |
A. Demedts, Katholieke politiek voor Vlaanderen, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.10, juli 1932, pp.435-438. |
A. Demedts, Jos. Panhuysen, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.3, december 1932, p.125-126. |
A. Demedts, Nawoord op de ‘Brief aan de redactie’ van Marcel Matthijs, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.4, januari 1933, p.176-180. |
A. Demedts, Nieuw werk van Slauerhoff en Helman, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.7, april 1933, p.210-213. |
A. Demedts, Maurits Dekker, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.7, april 1933, p.213-216. |
A. Demedts, M. Gijsen, Ons volkskarakter, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.9, juni 1933, p.331-332. |
A. Demedts, I. Ehrenburg, Ons dagelijksch brood, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.3, december 1933, p.125-127. |
A. Demedts, A. van Schendel, De waterman, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.8, mei 1934, p.382. |
A. Demedts, J. Scheirs, De boetseerder der smart, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.9, juni 1934, p.419. |
| |
| |
A. Demedts, Twee boeken, in: De Tijdstroom, Jg.5, nr.3, december 1934, p.121-123. |
DEVOGHELAERE Hubert
H. Devoghelaere, Bij een debat, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.8, 22 februari 1929, p.124-125. |
DUBBELMAN J.
J. Dubbelman, Papieren boeken, in: Opbouwen, Jg.1, nr.6-7, november 1928, p.353-357. |
DUINKERKEN Anton van
A. van Duinkerken, Carla, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.23, 4 juni 1933, p.730. |
EECKELS Bernard
B. Eeckels, Mauriac over de verantwoordelijkheid van den romanschrijver, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.21, 22 mei 1932, p.829. |
B.E. [B. Eeckels], Misplaatste belangstelling, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.30, 24 juli 1932, p.1162-1163. |
B. Eeckels, Marnix Gijsen over ons volkskarakter, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.4, 22 januari 1933, p.123-124. |
EECKHOUT Joris
J. Eeckhout, Jef Scheirs, in: Boekengids, Jg.8, nr.5, mei 1930, p.191. |
J. Eeckhout, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.12, december 1930, p.897-900. |
J. Eeckhout, Cyriel Buysse, in: De Pelgrim, Jg.1, nr.2, februari 1930, p.75-81. |
J. Eeckhout, De Katholieke Romanschrijver, in: Streven, Jg.2, nr.3, februari 1935, p.181-188. |
ELEBAERS Karel
K. Elebaers, Herwin Eeckel, 't Onzent in 't Westland, in: De Pelgrim, Jg.1, nr.3, juli 1930, p.97-98. |
K. Elebaers, Henri 't Sas, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.23, nr.5-6, 1928, p.283-284. |
K. Elebaers, Victor Leemans, De Krisis van het Westersch Menschdom door Peter Wust, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.25, nr.3-4, 1930, p.284. |
ELIAS Hendrik Jozef
H.J. Elias, Pleidooi voor een politiek en sociaal kultuurflamingantisme, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.42, 14 oktober 1932, p.814-819. |
ELSLANDE Piet van
P. van Elslande, Het jonge katholieke Duitschland, in: Kultuurleven, Jg.5, nr.3, mei 1934, p.415-422. |
P.V.E., [P. van Elslande], Hoever staat de Katholieke Wereldlitteratuur, in: Kultuurleven, Jg.6, nr.2, maart 1935, p.245-247. |
FLEERACKERS E. s.j.
E. Fleerackers, Lectuur-repertorium, in: Streven, Jg.4, nr.3, februari 1937, p.272-272. |
| |
| |
GALLE Leo
L. Galle, Nous sommes tous d'Athènes, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.7-8, juli-augustus 1936, p.503-513. |
L. Galle, August Vermeylen. Europeër in de Vlaamsche kultuurwereld, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.8, mei 1932, p.289-302. |
L. Galle, Joris Eeckhout, Literatuur en leven, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.10, juli 1934, p.435-442. |
L. Galle, Nous sommes tous d'Athènes, in: De Vlaamsche Gids, Jg.24, nr.12, september 1936, p.540-550. |
GIJSEN Marnix
M. Gijsen, I. Ehrenburg, Het leven der auto's, in: De Boekenkast, Jg.2, nr.5, 15 februari 1931, p. 1-4. |
M. Gijsen, Twee Vlaamse vertellers: Walschap en Zielens, in: De Boekenkast, Jg.2, nr.6, 15 maart 1931, p.1-5. |
M. Gijsen, J. Vriamont, De exploten van Tabarijn, in: De Boekenkast, Jg.3, nr.7, 15 april 1932, p.97-100. |
M. Gijsen, Kroniek bij het verdwijnen van C. Buysse, in: De Boekenkast, Jg.3, nr.11, 15 augustus 1932, p.161-165. |
M. Gijsen, J.G. Schoup, In Vlaanderen heb ik gedood, in: De Boekenkast, Jg.4, nr.2, 1 november 1932, p.10-13. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.1, 1 april 1933, p.1-6. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.2, 1 mei 1933, p.17-22. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.3, 1 juni 1933, p.33-38. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.4, 1 juli 1933, p.49-55. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.5, 1 augustus 1933, p.65-70. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.7, 1 oktober 1933, p.97-104. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.9, 1 december 1933, p.137-144. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.10, 1 januari 1934, p.153-160. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.1, nr.12, 1 maart 1934, p.181-185. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.2, nr.2, 1 november 1934, p.17-22. |
M. Gijsen, Kroniek, in: De Boekenkast N.R., Jg.2, nr.3, 15 december 1934, p.33-40. |
M. Gijsen, L. Zielens, Nu begint het leven, in: Contact, Jg.1, nr.9-10, oktober-november 1935, p.3-4. |
M. Gijsen, Twee nieuwe Vlaamsche romans, in: Contact, Jg.3, nr.5, juni 1937, p.1-4. |
M. Gijsen, W. Elsschot, Pensioen, in: Contact, Jg.3, nr.7, december 1937, p.1-4. |
M. Gijsen, Fortinbras of Hamlet?, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.2, februari 1928, p.120. |
M. Gijsen, Persijn, de voorlaatste der Mohikanen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.4, april 1928, p.307-309. |
M. Gijsen, Nederlandsche Letteren, G. Walschap, Adelaïde, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.1, januari 1930, p.65-71. |
M. Gijsen, Vlaamsche Letteren, L. Zielens, Het duistere bloed, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.6, juni 1930, p.550-555. |
| |
| |
M. Gijsen, Vlaamsche Letteren, R. Brulez, André Terval of inleiding tot een leven van gelijkmoedigheid, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.9, september 1930, p.718-726. |
M. Gijsen, Vlaamsche Letteren, L. Zielens, Moeder waarom leven wij?, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.1, januari 1933, p.54-60. |
M. Gijsen, Albert Verwey en Vlaanderen, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.32, 31 juli 1937, p.17-18. |
M. Gijsen, Amerika-nummer, Hooger Leven, Jg.2, nr.25, 17 juni 1928. |
M. Gijsen, Collega en ik, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.33, 17 augustus 1930, p.1101. |
M. Gijsen, Als ik dictator was, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.4, 23 januari 1937, p.114. |
M. Gijsen, Over de toekomst der Flansche cultuur in Vlaanderen, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.13, 27 maart 1937, p.404. |
M. Gijsen, Over de tragi-komiese toestand onzer tijdschriften, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.17, 24 april 1931, p.248-249. |
M. Gijsen, Over de tragi-komiese toestand onzer tijdschriften, in: Opbouwen, Jg.2, nr.5, februari 1931, p.125-127. |
M. Gijsen, Wederwoord voor Dr. Decroos, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.12, augustus 1933, p.467-469. |
M. Gijsen, Parabel voor leken, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.25, nr.5-6, 1930, p.511-512. |
GILLIAMS Maurice
M. Gilliams, G. Walschap, Celibaat, in: Contact, Jg.1, nr.2, 15 november 1934, p.4-7. |
M. Gilliams, W. Elsschot, Tsjip, in: Contact, Jg.1, nr.2, 15 november 1934, p.7-8. |
M. Gilliams, F. Timmermans, Boerenpsalm, in: Contact, Jg.1, nr.7, 15 augustus 1935, p.6-10. |
M. Gillams, Een Hollandsch drama, in: Contact, Jg.1, nr.11-12, december 1935, p.1-3. |
M. Gilliams, L.J. Van Krinkelen, Jongens in 't Gesticht, in: Contact, Jg.2, nr.2, maart 1936, p.2-3. |
M. Gilliams, F.V. Toussaint van Boelaere, Turre, in: Contact, Jg.2, nr.2, maart 1936, p.3. |
M. Gilliams, Boekennieuws, in: Contact, Jg.2, nr.5, rnei 1936, p.10. |
M. Gilliams, Een werk bekroond en een nieuwe roman van Gerard Walschap, Een Mensch van Goeden Wil, in: Contact, Jg.2, nr.12, januari 1937, p.1. |
M. Gilliams, Boekennieuws, in: Contact, Jg.2, nr.12, januari 1937, p.2-5. |
VAN GOETHEM Leo
L. van Goethem, De psychologische roman, in: Ontwikkeling, Jg.14, nr.1-2, januari-februari 1932, p.61-62. |
GUIETTE Robert
R. Guiette, Fransche Letterkunde. Inleiding, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.22, nr.1-2, 1927, p.92-94. |
R. Guiette, Nieuwe Fransche Romans, in: Vlaamsche Arbeid, Jg. 22, nr.5-6, 1927, p.356-360. |
| |
| |
R. Guiette, De Roman-Kunst, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.23, nr.5-6, 1928, p.349-358. |
R. Guiette, A la Recherche du Temps Perdu, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.24, nr.5-6, 1929, p.352-358. |
HALLEN Ernest van der
E. van der Hallen, H. 't Sas, Keurbundel uit 500 novellen, in: Boekengids, Jg.6, nr.1, januari 1928, p.27. |
E. van der Hallen, Prof. Dr. Jul. Persijn, in: Boekengids, Jg.6, nr.5, mei 1928, p.132-134. |
E. van der Hallen, Letterkundige kroniek, in: Boekengids, Jg.6, nr.9, november 1928, p.262-265. |
E. van der Hallen, Kroniek, in: Boekengids, Jg.7, nr.3, maart 1929, p.86-90. |
[E. van der Hallen], Emmanuel de Bom, in: Boekengids, Jg.7, nr.3, maart 1929, p.90-93. |
E. van der Hallen, Kroniek, in: Boekengids, Jg.7, nr.5, mei 1929, p.171-175. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.7, nr.9, november 1929, p.343-346. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.8, nr.1, januari 1930, p.6-9. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.8, nr.4, april 1930, p.131-137. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.8, nr.8, september-oktober 1930, p.292-297. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.9, nr.1, januari 1931, p.13-17. |
E. van der Hallen, Antoon Coolen, in: Boekengids, Jg.9, nr.2, februari 1931, p.41-45. |
E. van der Hallen, Romankroniek, Zes merkwaardige Boeken na zes Maanden van Leegheid, in: Boekengids, Jg.9, nr.3, maart 1931, p.92-96. |
E. van der Hallen, Antoon Thiry, in: Boekengids, Jg.9, nr.4, april 1931, p.121-125. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.9, nr.7, juli-augustus 1931, p.241-246. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.10, nr.1, januari 1932, p.10-12. |
E. van der Hallen, Drie kunstenaars overgeleverd aan de literatuur, in: Boekengids, Jg.10, nr.5, mei 1932, p.170-173. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.10, nr.9, november 1932, p.331-334. |
E. van der Hallen, Noord- en Zuid-Nederlandsche Epiek, in: Boekengids, Jg.11, nr.7, juli-augustus 1933, p.256-258. |
E. van der Hallen, Vlaamsche epiek, in: Boekengids, Jg.11, nr.8, september-oktober 1933, p.281-286. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.12, nr.2, februari 1934, p.53-57. |
E. van der Hallen, Nieuws van het Noorderfront, in: Boekengids, Jg.12, nr.3, maart 1934, p.87-90. |
E. van der Hallen, De Roman der Wereldontreddering, in: Boekengids, Jg.12, nr.6, juni 1934, p.214-215. |
E. van der Hallen, Nieuws van het Noorderfront, in: Boekengids, Jg.12, nr.7, juli-augustus 1934, p.254-256. |
| |
| |
E. van der Hallen, Wij, katholieke Jongeren en de huidige Letterkunde, in: Boekengids, Jg.12, nr.9, november 1934, p.321-325. (Radiorede voor K.V.R.O., 8 november 1934). |
E. van der Hallen, Van het Noorderfront, in: Boekengids, Jg.13, nr.1, januari 1935, p.7-11. |
E. van der Hallen, Een Boodschap uit Duitschland, in: Boekengids, Jg.13, nr.7, juli-augustus 1935, p.241-247. |
E. van der Hallen, Vertelkunst uit Vlaanderen, in: Boekengids, Jg.13, nr.8, september-oktober 1935, p.281-287. |
E. van der Hallen, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.13, nr.8, september-oktober 1935, p.296-302. |
E. van der Hallen, Najaars-Opruiming, in: Boekengids, Jg.14, nr.1, januari 1936, p.13-19. |
E. van der Hallen, Kroniek, in: Boekengids, Jg.14, nr.7, juli-augustus 1936, p.241-251. |
E. van der Hallen, Herfstlichting, in: Boekengids, Jg.14, nr.9, november 1936, p.327-331. |
E. van der Hallen, Oud en nieuw, in: Boekengids, Jg.15, nr.7, juli-augustus 1937, p.241-248. |
E. van der Hallen, Nieuwe romans, in: Boekengids, Jg.16, nr.1, januari 1938, p.3-6. |
E. van der Hallen, R. Brulez e.a., Vertellen, in: Boekengids, Jg.16, nr.1, januari 1938, p.27-28. |
E. van der Hallen, Nieuwe Nederlandsche Romans, in: Boekengids, Jg.16, nr.2, februari 1938, p.49-53. |
E. van der Hallen, Laat-wintersch Spoedbericht, in: Boekengids, Jg.16, nr.4, april 1938, p.145-148. |
E. van der Hallen, Een Kroniek voor het Verlof, in: Boekengids, Jg.17, nr.7, juli-augustus 1939, p.249-253. |
E. van der Hallen, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.12, december 1930, p.911-914. |
E. van der Hallen, ‘Waldo’ door Gerard Walschap, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.8, 19 februari 1928, p.232-233. |
E. van der Hallen, Kroniek, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.5, 1 februari 1929, p.78-79. |
E. van der Hallen, Kroniek, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.15, 12 april 1929, p.236-237. |
E. van der Hallen, A Propos van een Viering, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.40, 4 oktober 1929, p.636. |
E. van der Hallen, De letterkundige dag (9 februari) in ‘De Pelgrim’, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.8, 21 februari 1930, p.122-124. |
E. van der Hallen, Bedenkingen bij de Pelgrimtentoonstelling, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.8, 21 februari 1930, p.124-126. |
E. van der Hallen, A Propos van een nieuw tijdschrift, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.46, 14 november 1930, p.734-735. |
E. van der Hallen, Hoever staan we?, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.52, 26 december 1930, p.844-846. |
E. van der Hallen, Walschap, De dood in het dorp, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.3, 16 januari 1931, p-30. |
E. van der Hallen, Drie katholieke romans van beteekenis, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.23, 5 juni 1931, p.383-384. |
| |
| |
E. van der Hallen, Een boek van beteekenis, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.47, 20 november 1931, p.766-767. |
E. van der Hallen, F. de Pillecijn, Blauwbaard, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.2, 8 januari 1932, p.31. |
E. van der Hallen, Een roman over het aktivisme, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.10, 4 maart 1932, p.154-155. |
E. van der Hallen, Onder het zoeklicht, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.23, 3 juni 1932, p.365-357. |
E. van der Hallen, Onder het zoeklicht, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.29, 15 juli 1932, p.460-46l. |
E. van der Hallen, Onder het zoeklicht, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.33, 12 augustus 1932, p.525. |
E. van der Hallen, Een nieuwe sociaal-realistische roman, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.39, 23 september 1932, p.622. |
E. van der Hallen, Onder het zoeklicht. Het bankroet van de grootstad, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.52, 23 december 1932, p.834-835. |
E. van der Hallen, Onder het zoeklicht. I. Ehrenburg, Moskou gelooft niet aan tranen, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.28, 14 juli 1933, p.445-446. |
E. van der Hallen, Onder het zoeklicht. De teleurgang van een literaire jeugd, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.31, 4 augustus 1933, p.491-492. |
[E. van der Hallen], Wat anderen schrijven, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.36, 8 september 1933, p.571-572. |
E. van der Hallen, Bedenkingen naar aanleiding van de week van het Vlaamsche boek, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.45, 10 november 1933, p.718-719. |
E. van der Hallen, Onder het zoeklicht. Nieuw realisme: het epos der grootstad, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.48, 1 december 1933, p.764-765. |
E. van der Hallen, Jonge kunstenaars treedt aan!, in: Jong Dietschland, Jg.8, [zonder nr.] 23 september 1934, p.15. |
[E. van der Hallen], Wat anderen schrijven, in: Jong Dietschland, Jg.8, [zonder nr.] 21 oktober 1934, p.14. |
E. van der Hallen, Verantwoording, in: Volk, Jg.1, nr.1, november 1935, p.2-4. |
E. van der Hallen, Een zakelijk antwoord aan Paul de Vree, in: Volk, Jg.1, nr.4, februari 1936, p.132-134. |
E. van der Hallen, Boekendefilé, in: Volk, Jg.1, nr.8, juni 1936, p.256-26l. |
E. van der Hallen, Het defilé der Dietsche letteren, in: Volk, Jg.2, nr.2, november 1936, p.45-50. |
E. van der Hallen, Het defilé der letteren, in: Volk, Jg.3, nr.1, oktober 1937, p.12-16. |
E. van der Hallen, Het defilé der Dietsche letteren, in: Volk, Jg.3, nr.5, februari 1938, p.164-168. |
E. van der Hallen, Dietsche romans, in: Volk, Jg.4, nr.4, januari 1939, p.118-121. |
E. van der Hallen, Dietsche romans, in: Volk, Jg.4, nr.8, mei 1939, p.250-253. |
HALLEN Oscar van der
O. van der Hallen, Het boek dezer maand. ‘Waldo’ van Gerard Walschap, in: Boekengids, Jg.6, nr.1, januari 1928, p.38. |
O. van der Hallen, Wie heeft het woord, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.4, april 1934, p.287-293. |
O. van der Hallen, De leemen torens, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.49, 7 december 1928, p.784-786. |
O. van der Hallen, Twee moderne Liefderomans, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.21, 24 mei 1929, p.333-334. |
| |
| |
O. van der Hallen, E. Glaeser, Gewas 1902 (bis), in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.3, 17 januari 1930, p.41. |
O. van der Hallen, Van Nu en Straks en het Vlaamsche proza. Zoo verbalen de Vlamingen, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.31, 31 juli 1931; p.497. |
O. van der Hallen, Literatuur en politiek. Een belangwekkende gedachtenwisseling, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.36, 8 september 1933, p.572-573; nr.37, 15 september 1933, p.590-591. |
H. [O. van der Hallen?], Over literatuur en katholieke gemeenschap, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.47, 24 november 1933, p.747-748 (lezing voor de Offensief-studiekring te Antwerpen, 9 november 1933). |
O. van der Hallen, Critiek op Vlaamse Dwangarbeid, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.25, nr.5-6, 1930, p.450-452. |
O. van der Hallen, Beschouwingen over de roman in Holland en elders, in: Volk, Jg.1, nr.3, januari 1936, p.77-82. |
O. van der Hallen, Paul de Vree, Hedendaagsche Vlaamsche romanciers en novellisten, in: Volk, Jg.2, nr.7, april 1937, p.236-237.Ga naar voetnoot(2) |
O. van der Hallen, Literatuur en katholieke gemeenschap in Vlaanderen, in: Volk, Jg.2, nr.9, juni 1937, p.278-287. |
HART Willy (ps. van André Demedts)
W. Hart, S. Streuvels, De teleurgang van den Waterboek, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.6, maart 1931, p.178-179. |
HEIDEKENS Tony (ps. van Gaston Moorkens)
T. Heidekens, Brief aan Felix Timmermans, in: Gewas, Jg.5, nr.1, februari-maart 1939, p.11-13. |
HERREMAN Raymond
R. Herreman, ‘De Stille Man’, in: Contact, nr.1, januari-februari 1939, p.1-2. |
R. Herreman, De zaak Van de Voorde, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.10, 6 maart 1937, p.4. |
R. Herreman, Werk van Jongeren, in: Onderzoek, Jg.1, nr.4, 1939, p.2-3. |
R.H. [Herreman], M. Roelants, Komen en Gaan, in: Ontwikkeling, Jg.9, nr.6, juni 1927, p.190-191. |
HEYNDERICKX Gottfried
G. Heynderickx, Bij E. Zola's herdenking, in: Opbouwen, Jg.1, nr.2, maart 1928, p.100-102. |
HEYNS Pol
P. Heyns, Literatuuroffensief in de U.S.S.R., in: Kultuurleven, Jg.5, nr.5, september 1934, p.664-673. |
HILLEN Herman van
H. van Hillen, Expressionisme, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.10, juli 1931, p.297-300. |
HOOGENBEMT Albert van
A. van Hoogenbemt, Over het onbegrijpelijke in de kunst en nog wat, in: Opbouwen, Jg.3, nr.5, 15 mei 1933, p.71-74. |
| |
| |
A. van Hoogenbemt, Over stijl of eigenlijk over Toussaint van Boelaere als stylist, in: Onze Tijd, Jg.2, nr.11, 1 november 1937, pp.309-310. |
HOSTE Huib
H. Hoste, Naar een nieuwe tijd, in: Opbouwen, Jg.1, nr.3, mei 1928, p.113-116. |
H. Hoste, De roman????, in: Opbouwen, Jg.1, nr.3, mei 1928, p.221-222; nr.4, juli 1928, p.221-222. |
H. Hoste, Onze tijd, in: Opbouwen, Jg.1, nr.8-10, juni 1929, p.373-403. |
[H. Hoste?], A. Demedts, Mannen van de straat, in: Opbouwen, Jg.3, nr.20, 31 december 1933, p.353. |
H. [H. Hoste?], G. Walschap, Trouwen, in: Opbouwen, Jg.4, nr.17, 15 november 1934, p.249-250. |
JANSSEN Emiel s.j.
E.Janssen, G. Walschap, Celibaat, in: Boekengids, Jg.12, nr.9, november 1934, p.328-331. |
E. Janssen, G. Walschap, Een mensch van goeden wil, in: Boekengids, Jg.15, nr.1, januari 1937, p.23-25. |
E. Janssen, Romankunst en Menschelijkheid, in: Boekengids, Jg.17, nr.6, juni 1939, p.217-219. |
E. Janssen, Literatuur in Oorlogstijd, in: Boekengids, Jg.17, nr.9, november 1939, p.329-331. |
E. Janssen, Over Walschap's Trilogie en over de Katholieke kunst in Vlaanderen, in: Streven, Jg.1, nr.2, december 1933-januari 1934, p.35-39; nr.3, februari-maart 1934, p.2-8. |
E. Janssen, Kunst en zonde, in: Streven, Jg.1, nr.4, april-mei 1934, p.4-6. |
E. Janssen, Over uitgaven, romans en cultuur, in: Streven, Jg.2, nr.1, oktober-november 1934, p.45-48. |
E. Janssen, Boerenpsalm, Van de koele meren des doods, in: Streven, Jg.2, nr.6, augustus 1935, p.528-534. |
E. Janssen, Nieuwe Romans en Verhalen, in: Streven, Jg.3, nr.2, december 1935, p.205-210. |
E. Janssen, Over provinciale letterkunde en Europeesche cultuur, in: Streven, Jg.3, nr.3, februari 1936, p.271-280. |
E. Janssen, Hedendaagsche Romankunst, in: Streven, Jg.3, nr.6, augustus 1936, p.628-634. |
E. Janssen, M. Gilliams, Elias of het gevecht met de nachtegalen, in: Streven, Jg.3, nr.6, augustus 1936, p.666. |
E. Janssen, De Lectuur en haar Invloed, in: Streven, Jg.4, nr.1, oktober 1936, p.13-19 (verslag voorgelezen op het VIe Katholiek Congres van Mechelen, 12 september 1936). |
E. Janssen, Gestalten, in: Streven, Jg.4, nr.3, februari 1937, p.277-285. |
E. Janssen, N. Fonteyne, Polder, in: Streven, Jg.4, nr.6, augustus 1937, p.690-691 |
E. Janssen, F. Timmermans, Van Menschen en dingen; M. Koenen, Twaalf vertellingen, in: Streven, Jg.4, nr.4, april 1937, p.445. |
E. Janssen, I. Hoogdagen van de Vlaamsche Letteren, in: Streven, Jg.5, nr.2, december 1937, p.198-201. |
E. Janssen, Werelden, in: Streven, Jg.5, nr.4, april 1938, p.426-439. |
E. Janssen, Literatuur en levensernst, in: Streven, Jg.5, nr.6, augustus 1938, p.644-652. |
E. Janssen, I. Een katholiek Roman, II. Willem Elsschot, in: Streven, Jg.6, nr.2, december 1938, p.178-189. |
| |
| |
E.Janssen, Geloof en Kunst, in: Streven, Jg.6, nr.3, februari 1939, p.243-258. |
E. Janssen, Kunst en moraal, in: Streven, Jg.6, nr.6, augustus 1939, p.634-640. |
JANSSENS P. o.p.
P. Janssens, Over godsdienstige kunst, in: Kultuurleven, Jg.5, nr.5, september 1934, p.674-695. |
P. Janssens, Bestaat er een kunstphilosophie?, in: De Pelgrim, Jg.2, nr.1, februari 1931, p.72-86. |
JONCKHEERE Karel
K. Jonckheere, Bij de bekroning van ‘De stille Man’, in: Contact, Jg.6, nr.1, januari 1940, p.3-4. |
K. Jonckheere, Geur van Bukshout, in: Contact, Jg.6, nr.3, 15 maart 1940, p.3-4. |
K. Jonckheere, Voor een vrijzinnige letterkunde, in: Groei, Jg.1, nr.1, maart 1934, p.16. |
K. Jonckheere, Gaston Duribreux en zijn boek ‘Bruun’, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.12, 1 december 1939, p.201. |
K. Jonckheere, F.V. Toussaint van Boelaere, Het kortverhaal als kunstvorm, in: Voetlicht, Jg.6, 1936, p.51. |
KARIN Ric
R. Karin, Het proces der Vlaamsche Jongeren of een speelsch steekspel, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.8, april 1931, p.249-251. |
R. Karin, Rond het geval Wim Rombauts, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.11, juli 1931, p.337. |
KENIS Paul
P. Kenis, A. Thiry, Mijnheer Pastoor en zijn Vogelen-Parochie, in: Ontwikkeling, Jg.9, nr.1, 15 januari 1927, p.30. |
P. Kenis, S. Streuvels, Werkmenschen, in: Ontwikkeling, Jg.9, nr.3, 15 maart 1927, p.95. |
P. Kenis, F. de Pillecijn, De Rit, in: Ontwikkeling, Jg.9, nr.11, 15 november 1927, p.358. |
P. Kenis, S. Streuvels, De Teleurgang van de Waterhoek, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.1-2, januari-februari 1928, p.119-125. |
P. Kenis, L. Baekelmans, Menschen, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.1-2, januari-februari 1928, p.122-124. |
P. Kenis, A. Thiry, Baziel's Uittocht, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.1-2, januari-februari 1928, p.124-125. |
P. Kenis, L. Zielens, Het jonge leven, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.4, april 1928, p.256-257. |
P. Kenis, T. Bogaerts, Het oog op de heuvel, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.9-10, september-oktober 1928, p.510-512. |
P. Kenis, Ontdek Amerika!, in: Ontwikkeling, Jg.11, nr.5-6, mei-juni 1929, p.367-381. |
P. Kenis, A. Thiry, Van vier Pelgrims, in: Ontwikkeling, Jg.11, nr.5-6, mei-juni 1929, p.383. |
P. Kenis, Een Vlaams essayist, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.10 juli 1932 p.460-467. |
| |
| |
KREEMERS Raf
R. Kreemers, Het Vlaamsche Forum, een interview met de redacteurs, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.5, 4 februari 1934, p.153-154. |
LAGASSE Lode
L. Lagasse, J. Simons, De strooptocht van Kapelaan Hermans, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.2, november 1930, p.61. |
L. Lagasse, J. Claes, Het kermiskraampje. Hagelandsche dorpsverhalen, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.2, november 1930, p.63-64. |
L. Lagasse, T. Bogaerts, De man die het licht stal, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.6, maart 1931, p.190. |
L. Lagasse, F. Timmermans, Franciscus-kalender, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.6, maart 1931, p.190. |
LAMBERTY Max
M. Lamberty, R. Brulez, Sheherazade en De laatste verzoeking van Antonius, in: Ontwikkeling, Jg.14, nr.9-10, september-oktober 1932, p.639-640. |
LAMOT Bert
B. Lamot, Dichter Paul van Ostayen (III. De prozaïst), in: Rugo, Jg.1, nr.9-10, januari 1935, p.133-151. |
LAMSENS J.
J. Lamsens, De Boerenpsalm van Felix Timmermans, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.40, 6 oktober 1935, p.1756. |
J.L., [J. Lamsens] Boerenpsalm, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.40, 5 oktober 1935, p.5. |
LAMMENS Roger
R. Lammens, Surrealisme, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.9, 28 februari 1932, p.350-351. |
L.R. [Lammens Roger?], De offensief-beweging, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.17, 27 april 1935, p.6. |
LANGER Albert (ps. van?)
A. Langer, Vertegenwoordigers van het moderne proza [I.], in: Seinen, Jg.1, nr.1, 1931, p.7-8. |
A. Langer, Vertegenwoordigers van het moderne proza II., in: Seinen, Jg.1, nr.2, 1931, p.6-8. |
A.L. [A. Langer], Iets over het Bankroet van De Psychologische Roman, naar aanleiding van Brentano's ‘Kapitalismus und Schöne Literatur’, in: Seinen, Jg.1, nr.3, 1931, p.9. |
LAURENS (ps. van René F. Lissens)
Laurens, Walschap als probleem, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.3, 19 januari 1935, p.4. |
Laurens, Links en rechts. Bijdrage tot het geval Walschap, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.5, 2 februari 1935, p.3-4. |
Laurens, Twee kleine romans, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.5, 1 februari 1936, p.5. |
Laurens, L. van Krinkelen, Jongens in 't Gesticht, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.6, 8 februari 1936, p.4. |
| |
| |
Laurens, Links en rechts, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.41, 12 oktober 1936, p.4. |
LAUWERS Bernard
B. Lauwers, ‘Levensbloesem’ van Stijn Streuvels, in: Elckerlyc, Jg.4, nr.3, 22 januari 1938, p.19-20. |
B. Lauwers, Willem Elsschot, in: Elckerlyc, Jg.4, nr.10, 5 maart 1938, p.19-20. |
B. Lauwers, ‘Schaduwen’ van F. de Pillecijn, in: Elckerlyc, Jg.4, nr.25, 18 juni 1938, p.19-20. |
B. Lauwers, Naar aanleiding van Sibylle, in: Elckerlyc, Jg.5, nr.12, 1 april 1939, p.21-23. |
B. Lauwers, Een eersteling van Paul de Vree, in: Elckerlyc, Jg.5, nr.19, 20 mei 1939, p.19-20. |
B. Lauwers, Persyn de volksverbonden kriticus, in: DeVlag, Jg.1, nr.3, april 1937, p.130-133. |
B. Lauwers, Bij een mogelijke brand in de fichenkast van Joris Eeckhout, in: Volk, Jg.1, nr.2, december 1935, p.69-72. |
LEBEAU Paul
P. Lebeau, Het dilletantisme (1) als levenshouding in de literatuur, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.12, december 1933, p.809-820; Jg.34, nr.1, januari 1934, p.6-19. |
P. Lebeau, François Mauriac, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.35, nr.2, februari 1935, p.89-103. |
P. Lebeau, Vlaamsche letteren. Nieuwe romans, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.10, oktober 1936, p.705-708. |
P. Lebeau, Gilliams' Elias, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.37, nr.6, juni 1937, p.469-473. |
LEEMANS Victor
V. Leemans, Kultuur en politiek, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.8, 24 februari 1928, p.116-117. |
V. Leemans, N. Berdjajev, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.25, 22 juni 1928, p.385-386; nr.26, 29 juni 1928, p.401-404; nr.27, 6 juli 1928, p.420-422. |
V. Leemans, Op bezoek bij Peter Wust, in: Jong Dietschland, Jg.4, 7 maart 1930, p.145-147. |
V. Leemans, De tragi-komische toestand onzer tijdschriften (of de verdediging van een ter dood veroordeelde), in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.18, 1 mei 1931, p.260-261. |
V. Leemans, Een p.s. voor Gerard Walschap, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.18, 1 mei 1931, p.261-262. |
V. Leemans, Und noch kein Erde, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.24, 12 juni 1931, p.359-360. |
V. Leemans, Kultuurfront van het Davidsfonds, in: Kultuurleven, Jg.8, nr.6, november 1937, p.730-736. |
V. Leemans, Een pleidooi van Peter Wust en voor een begrijpende Kritiek, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.24, nr.3-4, 1929, p.244-246. |
LEROUX Karel
K. Leroux, Maurice Rodants. Staatsprijs voor het proza, in: Boekenkast, Jg.2, nr.4, 15 januari 1931, p.8-10. |
| |
| |
K. Leroux, Van de Woestijne en zijn volk, in: Ontwikkeling, Jg.11, nr.8-9, augustus-september 1929, p.490-494. |
K. Leroux, De psychologische roman, in: Ontwikkeling, Jg.13, nr.9-10, september-oktober 1931, p.580-585. |
K. Leroux, Het jongste oorlogsboek, in: Vandaag, Jg.1, nr.9, 15 juni 1929, p.220-221. |
K.L., [K. Leroux], E. Claes, Onze smid, in: Vandaag, Jg.1, nr.10, 1 juli 1929, p.245. |
LEVAUX Léopold
L. Levaux, Fransche Letteren. Over den Mystieken Roman, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.7-8, juli-augustus 1927, p.535-541. |
L. Levaux, Proust onder het ontleedmes, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.9, september 1928, p.704-712. |
L. Levaux, Belangrijkheid van het woord, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.29, nr.1, januari 1929, p.43-54. |
LIEDERYS M.
M. Liederys, R. Brulez, André Terval, in: Ontwikkeling, Jg.12, nr.7-8, juliaugustus 1930, p.507-509. |
LINDE S.
S. Linde, Adelaïde, in. Jong Dietschland, Jg.4, nr.3, 17 januari 1930, p.47. |
LISSENS René F.
R.F. Lissens, Vlaanderen roept, in: Contact, Jg.4, juli 1938, p.5. |
R.F. Lissens, Nieuwe romans. De aarde, illusie en werkelijkheid, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.20, 16 mei 1936, p.5. |
R.F. Lissens, Pension Vivès, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.24, 13 juni 1936, p.5. |
R.F. Lissens, Aantekeningen over Duitse belangstelling voor Vlaamse literatuur, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.4, 28 januari 1939, p.5-6. |
R.F. Lissens, Bij het jongste werk van F.V. Toussaint van Boelaere, in: Onze Tijd, Jg.2, nr.7, 1 juli 1937, p. 221-224. |
R.F. Lissens, Beschouwingen bij Vermeylen's ‘Vlaamsche Letteren van Gezelle tot Heden’, in: Onze Tijd, Jg. 3, nr.7, 1 juli 1938, p.107-108. |
Lissens over het essay, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.8, 1 augustus 1939, p.126-127. |
R.F. Lissens, Woord vooraf [bij De hedendaagsche letterkunde in Vlaanderen en Duitschland], in: DeVlag, Jg.2, nr.6-8, november-december 1938, p.194-195. |
R.F. Lissens, Vlaanderen roept. Een bundel novellen, schetsen, verzen en artikelen, in: Vormen, Jg.3, nr.1, mei 1938, p.33-34. |
R.F. Lissens, Bakkeleien met een smallen Hollander of het nut van een ontweken debat, in: Vormen, Jg.3, nr.2, juni 1938, p.68-71. |
R.F. Lissens, August Vermeylen of Van Nu en Straks for ever, in: Vormen, Jg.3, nr.2, juni 1938, p.68-71. |
R.F. Lissens, ‘Wrakken’. Proeve van interpretatie, in: Vormen, Jg.3, nr.12, april 1939, p.361-376. |
R.F. Lissens, Van de copieerlust tot de grondverbondenheid, in: Vormen, Jg.3, nr.9, januari 1939, p.296-297. |
R.F. Lissens, Joris Eeckhout, Litteraire profielen VIII, in: Vormen, Jg.3, nr.12, april 1939, p.390-391. |
| |
| |
R.F. Lissens, Persijn in zijn natuurlijk milieu, in: Vormen, Jg.4, nr.8, januari 1940, p.219-220. |
MAEGHT Johan de
J. de Maeght, Het epos van het Westland. Een gesprek met Dr. H. Allaeys, in: Vandaag, Jg.1, nr.l4, 1 september 1929, p.320-324. |
MEYBOOM Willem (ps. van Floris Couteele)
W. Meyboom, Duitsche letterkunde, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.19, 10 mei 1929, p.302-303. |
MARSSEN Mau (ps. van M.L. Mus)
M. Marssen, Vijf Jaar Plan der Vlaamse Literatuur, in: Seinen, Jg.1, nr.3, p.7. |
MATTHIJS Marcel
M. Matthijs, Een Vlaamsch Boek. R. Brulez, Shehérazade of literatuur als losprijs, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.4, januari 1933, p.165-169. |
M. Matthijs, Brief aan de redactie, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.4, januari 1933, p.173-176. |
MOENS Wies
W. Moens, L.J. Vankrinkelen, Jongens in 't Gesticht, in: Boekenkast III, nr.1, [november] 1935, p. 1-4. |
W. Moens, Bartje, in: Boekenkast III, nr.2, februari 1936, p.14-20. |
W. Moens, Zes dagen, in: Boekenkast III, nr.2, februari 1936, p.50. |
W. Moens, Kantteekeningen bij ‘Celibaat’ van Gerard Walschap, in: Dietbrand, Jg.2, nr.2, november 1934, p.58. |
W. Moens, Nederlandsche letterkunde van volksch standpunt gezien, in: Dietbrand, Jg.6, nr.1, januari 1939, p.1-13; nr.2, februari 1939, p.33-44. |
W. Moens, Vlaanderen door Duitschers gezien, in: Dietbrand, Jg.3, nr.4, april 1936, p.121-125. |
W. Moens, ‘Werkmenschen’: het jongste boek van Stijn Streuvels, in. Jong Dietschland, Jg.1, nr.10, 11 maart 1927, p.9-10. |
[W. Moens?], A. Vermeylen, Van Gezelle tot heden, in: Jong Dietschland, Jg.1, nr.37, 16 september 1927, p.10-11. |
[W. Moens?], ‘Opbouwen’, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.5, 3 februari 1928, p.74-75. |
W. Moens, Tijdstroom. Het werk van de jongste jongeren in Vlaanderen, in: Jong Dietschland, Jg.5, nr.5, 31 januari 1931, p.56-57. |
MONT Paul de
P. de Mont, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.10, oktober 1930, p.757-759. |
P. de Mont, Robert van Passen, De Gouden Droom, in. Jong Dietschland, Jg.2, nr.9, 2 maart 1928, p.140. |
P. de Mont, Een Vlaamsche Roman, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.3, 17 januari 1930, p.46-47. |
MONTEYNE Lode
L. Monteyne, Vlaamsche kroniek, in: De Vlaamsche Gids, Jg.15, nr.4, januari 1927, p.178-181. |
L. Monteyne, Vlaamsche kroniek, in: De Vlaamsche Gids, Jg.16, nr.2, november 1927, p.87-89. |
| |
| |
L. Monteyne, Vlaamsche kroniek, in: De Vlaamsche Gids, Jg.16, nr.12, september 1928, p.558-563. |
L. Monteyne, Vlaamsche kroniek, in: De Vlaamsche Gids, Jg.17, nr.9, juni 1929, p.414-419. |
L. Monteyne, Vlaamsche kroniek, in: De Vlaamsche Gids, Jg.17, nr.10, juli 1929, p.459-464. |
L. Monteyne, Vlaamsche kroniek, in: De Vlaamsche Gids, Jg.19, nr.8, mei 1931, p.376-380. |
P. de Mont, Vlaamsche letteren, in: De Vlaamsche Gids, Jg.22, nr.4, januari 1934, p.187-189. |
MOORKENS Gaston
G. Moorkens, Victor J. Brunclair, Het heilige handvest, in: Gewas, Jg.3, nr.6, september-oktober 1937, p.189-190. |
MOORTEL Maurits van de
M. van de Moortel, Een brokje Vlaamse Literaire Geschiedenis, in: Ontwikkeling, Jg.13, nr.11-12, november-december 1931, p.687-711. |
R. van de Moortel, A. Demedts II. Novellist en Romanschrijver, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.45, 6 november 1937, p.4. |
[A. van de Moortel], A. Demedts III. Criticus, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.46, 13 november 1937, p.4. |
MORLION Felix M.o.p.
F. Morlion, Godsdienstige kunst, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.49, 8 december 1933, p. 781-782. |
F. Morlion, Kunstkritiek en Kunstphilosophie, in: Kultuurleven, Jg.5, nr.4, juli 1934, p.527-536. |
F. Morlion, Over Kuyle en Walschap. Nog gegevens voor het debat over den katholieken roman, in: Kultuurleven, Jg.5, nr.3, mei 1934, p.408-414. |
F. Morlion, Macht en onmacht van F. Timmermans, in: Kultuurleven, Jg.5, nr.5, september 1934, p.698-700. |
F. Morlion, Kroniek voor letterkunde, in: Kultuurleven, Jg.7, nr.2, maart 1936, p. 216-217. |
MULS Jozef
J. Muls, Het Vlaamsche proza der laatste 25 jaar, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.27, 1 juli 1932, p.420-422 (rede voor de feestzitting bij het 25-jarig bestaan der Vereniging van Vlaamsche Letterkundigen in het Paleis voor Schoone Kunsten te Brussel, 26 juni 1932). |
J. Muls, M. Roelants, Komen en gaan, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.23, nr.1-2, 1928, p.120. |
J. Muls, W. Auweleer, DeFerde, in: Vlaamsche Arbeid,Jg. 23, nr.1-2, 1928, p.126. |
J. Muls, E. Claes, Onze Smid, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.24, nr.1-2, 1929, p.50. |
J. Muls, H. 't Sas, Het donderbeestje, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.24, nr.1-2, 1929, p.61. |
J. Muls, T. Bogaerts, De Bajadère, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.25, nr.3-4, 1930, p.253-255. |
J. Muls, Menno Ter Braak, Het Carnaval der Burgers, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.25, nr.3-4, 1930. p.283-284. |
| |
| |
MUYNCK R.H. de
R.H. de Muynck, Ideaal en waarheid, in: Zoeklicht, Jg.1, nr.4, 1935, p.141-143. |
NUYENS Pieter Jozef o.p.
P.A. Nuyens, De uitkomst van het Romantisme, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.3, 15 januari 1928, p.74; nr.4, 22 januari 1928, p.105-106. |
OOSTERWIJK Herman
H. Oosterwijk, Greshoff en het andere Vlaanderen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.44, 29 oktober 1938, p.4; nr.45, 5 november 1938, p.4-5. |
OSTAIJEN Paul
P. van Ostaijen, Henri 't Sas, Rymelarij, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.23, nr.1-2, 1928, p.122. |
P. van Ostaijen, Joris Caeymaex, Vertoeven, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.23, nr.1-2, 1928, p.122-123. |
PATTER H.
H. Patter, De donkere zijde van het leven in de katholieke romankunst, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.43, 22 oktober 1933, p.1369-1371. |
DE PAUW D.o.p.
D. de Pauw, Een optimistische levensroman: Anton van de Velde: Het Hart vecht, in: Boekengids, Jg.14, nr.4, april 1936, p.121-124. |
D. de Pauw, E. van der Hallen, De Aarde roept, in: Boekengids, Jg.14, nr.5, mei 1936, p.161-163. |
D. de Pauw, Katholieke Romankunst, in: Kultuurleven, Jg.5, nr.4, juli 1934, p.537-543. |
D. de Pauw, Katholieke en niet-katholieke Letterkundige kritiek, in: Kultuurleven, Jg.6, nr.6, november 1935, p.818-827. |
PEE Julius
J. Pée, Het postume boek van N.E. Fonteyne, in: Onderzoek, Jg.1, nr.4, 1939, p.4-5. |
PERSYN Julius
J. Persyn, Feestgroet aan Cyriel Buysse bij zijn 70en Jaardag, in: Boekenkast, Jg.1,Ga naar voetnoot(3) nr.1, 15 oktober 1929, p.2-10. |
J. Persyn, Onze letterkunde sinds 1900, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.46, 16 november 1930, p.1620-1621. |
[J. Persyn], Prof. Dr. Persijn aan 't woord over zichzelf, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.37, 14 september 1928, p.595-596. |
PERTINAX (ps. van Gerard Walschap)
Pertinax, Ringsteken, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.3, maart 1933, p.222-230. |
PHILIPPEN Jos
[J. Philippen], E. van der Hallen, De wind waait, in: Boekengids, Jg.10, nr.9, november 1932, p.337-340. |
| |
| |
J. Philippen, August van Cauwelaert, dichter, criticus en romanschrijver II, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.7, 16 februari 1935, p.7. |
PILLECIJN Filip de
F. de Pillecyn, Crisis-literatuur, in: Boekengids, Jg.12, nr.1, januari 1934, p.27-29. |
F. de Pillecyn, Pastoor Campens Zaliger door Ernest Claes, in: Boekenkast III, nr.1, [november] 1935, p.7-9. |
F. de Pillecyn, Dietsche Warande en Belfort 1900-1935, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.35, nr.7-8, juli-augustus 1935, p.496-505. |
F. de Pillecijn, Vlaamsche letteren, G. Walschap, De vierde koning; W. Putman, Pruiken, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.2, februari 1936, p.136-138. |
F. de Pillecyn, Het geslacht van de honger, in: Jong Dietschland, Jg.3, nr.42, 18 oktober 1929, p.668-669. |
F. de Pillecyn, A. Kuyle, Jonas, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.2, 12 januari 1935, p.3-4. |
F. de Pillecijn, Tsjip, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.10, 9 maart 1935, p.4. |
F. de Pillecijn, Boerenpsalm of de vernieuwing van F. Timmermans, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.29, 20 juli 1935, p.4. |
F. de Pillecijn, [antwoord op J.L in NV 1935,40:5], in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.40, 5 oktober 1935, p.5. |
F. de Pillecijn, Bartje, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.42, 19 oktober 1935, p.4-5. |
F. de Pillecijn, Het geval Verschaeve, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.2, 11 januari 1936, p.6. |
F. de Pillecijn, Een mislukt boek van de Schartens, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.6, 8 februari 1936, p.4-5. |
F. de Pillecijn, Nog een Merijntje Gijzen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.7, 15 februari 1936, p.5. |
F. de Pillecijn, A. van de Velde, Het hart vecht, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.25, 21 juni 1936, p.5. |
F. de Pillecijn, Elias, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.5, 30 januari 1937, p.5. |
F. de Pillecijn, Eindelijk jongeren!, in: Volk, Jg.2, nr.5, februari 1937, p.163-165. |
POORTERE Albrecht de
A. de Poortere, Kunstenaar en volk, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.49, 25 november 1938, p.1360. |
A. de Poortere, Kunstenaar en volk, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.13, 26 maart 1938, p.9 (lezing van 9 januari 1938 in het kader van ‘De Bladen voor de poëzie’). |
A. de Poortere, Kunstenaar en volk, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.15, 9 april 1938, p.9-10. |
A. de Poortere, Kunstenaar en volk, in: Nieuiv Vlaanderen, Jg.4, nr.16, 16 april 1939, p.9-10. |
POPLEMONT Ludo
L. Poplemont, Geert Grub, Een dag 'n heel leven, in: Artes, Jg.1, nr.6, januari-februari 1939, p.92. |
L. Poplemont, Voor een levend Erasmisme, in: Artes, Jg.2, nr.1, maart-april 1939, p.97-99. |
| |
| |
PUTMAN Willem
W. Putman, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.12, december 1930, p.901-904. |
RANKE Bert
B. Ranke, De ‘Klop’ van Breughel, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.32, 31 juli 1937, p.4-5. |
B. Ranke, 20 jaar Pallieter, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.38, 18 september 1937, p.4-5; nr.39, 25 september 1937, p.4-5. |
B. Ranke, Paul de Vree, essayist en kriticus, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.13, 26 maart 1938, p.4-5. |
B. Ranke, De kunstenaar en de criticus, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.23, 4 juni 1938, p.4-5. |
B. Ranke, Paul de Vree als prozaschrijver, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.6, 1 juni 1939, p.95-96. |
B. Ranke, Kunst voor het volk? in: Prisma, Jg.1, nr.1, januari-februari 1935, p. 17-19. |
B. Ranke, Karel de Stoute en de late Middeleeuwen, n.a.v. Soldaat Johan, in: Vormen, Jg.3, nr.10-11, februari-maart 1939, p.335-342. |
REYPENS Léonce
L. Reypens, De Pelgrim-ziel (rede op het Pelgrimcongres, 11 september 1927), in: Hooger Leven, Jg.1, 1927, nr.39, 25 september 1927, p.1226-1228. |
L. Reypens, Toespraak bij de Persynhulde te Antwerpen, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.39, 23 september 1928, p.1226-1227. |
L. Reypens, Algemeene halfjaarlijksche vergadering van De Pelgrim, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.27, 7 juli 1929, p.852-853. |
L. Reypens, De internationale zending der Pelgrims, in: De Pelgrim, Jg.2, nr.1, februari 1931, p.48-55 (rede bij de opening van de tweede Pelgrimtentoonstelling te Antwerpen, 8 februari 1930). |
RIDDER André de
A. de Ridder, Paul Kenis, in: De Vlaamsche Gids, Jg.23, nr.1, oktober 1934, p.5-30. |
RISPENS J.A.
J.A. Rispens, Coster een moralist?, in: Seinen, Jg.1, nr.2, p.9-10. |
ROELANTS Maurice
M. Roelants, Fernand Victor Toussaint van Boelaere Zestig jaar, in: Boekenkast N.R., Jg.2, nr.4, 15 april 1935, p.52-54. |
M. Roelants, Elias of het gevecht met de nachtegalen, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.32, 8 augustus 1936, p.18. |
M. Roelants, De Beteekenis der Hoogdagen der Vlaamsche Letteren, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.40, 2 oktober 1937, p.16. |
M. Roelants, Open brief aan een noorderbroeder, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.20, 13 mei 1938, p.548. |
ROEMAJVS Rob
R. Roemans, Het Prozawerk van Urb. Van de Voorde, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.6, juni 1928, p.502-508. |
| |
| |
R. Roemans, Richard Minne, Heineke Vos en zijn biograaf, in: Groei, Jg.1, nr.2, april 1934, p.13-15. |
R. Roemans, Jaak Lemmers ter eere, in: Groei, Jg.1, nr.3-4, mei-juni 1934, p.37-38. |
R. Roemans, C. Buysse, Kerels, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.9-10, september-oktober 1928, p.641-643. |
R. Roemans, Marcel Matthijs, in: Ontwikkeling, Jg.12, nr.3-4, maart-april 1930, p.222-229. |
R. Roemans, Over Cyriel Buysse, in: Ontwikkeling, Jg.12, nr.5-6, mei-juni 1930, p.380-384. |
R. Roemans, Uit het Leven, het zevenen-vijftigste boek van Cyriel Buysse, in: Ontwikkeling, Jg.12, nr.3-4, maart-april 1930, p.250-251. |
R. Roemans, Het leven van François Villon, in: Vandaag, Jg.1, nr.11, 15 juli 1929, p.257-258. |
R. Roemans, Joris Eeckhout, Litteraire Profielen III, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.25, nr.3-4, 1930, p.260-263. |
ROMBAUTS Wim (Willem)
W. Rombauts, Intermezzo met losse allure, in: Opbouwen, Jg.1, nr.6-7, november 1928, p.361-364. |
W. Rombauts, Victor J. Brunclair en zijn roman ‘De Monnik in het Westen’, in: Opbouwen, Jg.2, nr.1, oktober 1930, p.22-25. |
ROOVER Leo de
L. de Roover, Litteratendom in de Nederlanden, in: Dietbrand, Jg.1, nr.2, november 1933, p.78-83. |
L. de Roover, Kroniek voor Letterkunde, in: Kultuurleven, Jg.7, nr.2, maart 1936, p.208-216. |
L. de Roover, Kroniek voor Letterkunde, in: Kultuurleven, Jg.7, nr.5, september 1936, p.600-607. |
L. de Roover, Boekenoverzicht, in: Kultuurleven, Jg.7, nr.6, november 1936, p.761-763. |
ROZENBERG Geo (ps. van Pieter Geert Buckinx)
G. Rozenberg, T. Bogaerts, Het oog op den heuvel, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.12, augustus 1931, p.351-352. |
G. Rozenberg, F. de Pillecijn, Blauwbaard, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.6, maart 1932, p.264-267. |
RUTTEN Mattieu
M. Rutten, De Hollandsche roman in wording, in: Contact, Jg.3, nr.6, juli 1937, p.5-7. |
M. Rutten, Toussaint van Boelaere, novellist, in: Vormen, Jg.4, nr.1, januari 1939, p.28-29. |
RUYS Karel
K. Ruys, Nog een degradatie van den geest, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.11, 14 maart 1936, p.18. |
K. Ruys, Marxisme en spiritualisme, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.14, 4 april 1936, p.21. |
K. Ruys, Cultuurwaarden, in: Getuigenis, Jg.1, nr.2-3, oktober-november 1936, pp.46-52. |
| |
| |
RYCK Paul de
P. de Ryck, E. van der Hallen, Zes dagen, in: Prisma, Jg.2, nr.1-2, januari-februari 1936, p.30. |
P. de Ryck, L.J. van Krinkelen, Jongens in 't gesticht, in: Prisma, Jg.2, nr.1-2, januari-februari 1936, p.31-32. |
P. de Ryck, Waar blijven de jongeren?, in: Prisma, Jg.2, nr.3, maart 1936, p.65-68. |
P. de Ryck, Marcel Matthijs, literair ruitentikker, in: Prisma, Jg.2, nr.7-8; juli-augustus 1936, p.161-175. |
P. de Ryck, N.F. Fonteyne, Pension Vivès, in: Prisma, Jg.2, nr.7-8, juli-augus-tus 1936, p.188-189. |
P. de Ryck, R. Berghen, Het jeugdavontuur van Leo Furkins, in: Prisma, Jg.2, nr.7-8, juli-augustus 1936, p.189-190. |
P. de Ryck, T. Bogaerts, Mazoerka, in: Prisma, Jg.2, nr.7-8, juli-augustus 1936, p.190. |
P. de Ryck, P. Heyns, Armoede, in: Prisma, Jg.2, 1936, nr.9-12, september december 1936, p.238-239. |
P. de Ryck, J. Simons, Dientje Goris; Van twee koningskinderen, in: Prisma, Jg.2, 1936, nr.9-12, september-december 1936, p.239-240. |
P. de Ryck, Van Ostaijen, fascinerend dichter (slot), in: De Vlaamsche Gids, Jg.23, nr.10, juli 1935, p.433-456. |
SABBE Maurits
M. Sabbe, Een Zilverbloem aan 't knoopsgat, in: De Vlaamsche Gids, Jg.26, nr.1, oktober 1937, p.5-13. |
SCHEPENS Jan
J. Schepens, In den Vlaamschen premiënregen, in: Groei, Jg.2, nr.3, januari 1935, p.37-45. |
J. Schepens, De Zaak Walschap (Spel in vier bedrijven), in: Prisma, Jg.1, nr.3, mei-juni 1935, p.173-178. |
J. Schepens, Maurits Dekker over Amsterdam, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.9, juni 1932, p.417-422. |
J. Schepens, Simon Vestdijk, in: Werk, Jg.1, nr.6, p.30-62. |
SMETS Frans
F. Smets, Tegen het letterkundig folklorisme in Vlaanderen, in: Rugo, Jg.1, nr.8, oktober 1934, p.109-112. |
SMETS Frans
F. Smits, Emmanuel de Bom en zijn ‘Wrakken’, in: Onze Tijd, Jg.3, nr.12, 1 december 1938, p.202-203. |
STEEN Jan
J. Steen, Vrouwentypen in 'crisis' literatuur, in: Zoeklicht, Jg.1, nr.5, p.232-233. |
SWERTS Lambert
L. Swerts, De betekenis van Alfons Jeurissen als Limburger, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.19, 11 mei 1935, p.4-5. |
L. Swerts, J. Simons, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.38, 31 augustus 1935, P.4. |
| |
| |
TEIRLINCK Herman
H. Teirlinck, Vlaanderen en Holland, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.15, 11 april 1936, p.5. |
TERHEIDEN M. Van
M. Van Terheiden, Vrouwentypen in crisisliteratuur, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.35, 1 september 1935, p.1558. |
THIRY Antoon
A. Thiry, J. Panhuysen, Het Afscheid, in: Boekengids, Jg.11, nr.4, april 1933, p.137. |
A. Thiry, Kantteekeningen bij ‘Trouwen’ van Gerard Walschap, in: Boekengids, Jg.12, nr.1, januari 1934, p.12-20. |
A. Thiry, Kantteekeningen bij den hedendaagschen roman, in: Boekengids, Jg.12, nr.4, april 1934, p.121-125. |
TICHELEN Hendrik van
H. van Tichelen, Kroniek van het Proza, in: De Vlaamsche Gids, Jg.26, nr.7, april 1938, p.323-329. |
H. van Tichelen, Kroniek van het Proza, in: De Vlaamsche Gids, Jg.27, nr.4, januari 1939, p.182-188. |
H. van Tichelen, Kroniek van het Proza, in: De Vlaamsche Gids, Jg.28, nr.2, november 1939, p.82-90. |
H. van Tichelen, Kroniek van het Proza, in: De Vlaamsche Gids, Jg.28, nr.5, februari 1940, p.229-239. |
TOUSSAINT VAN BOELAERE Ferdinand Victor
F.V. Toussaint van Boelaere, De zaak Urbain van de Voorde, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.12, 6 maart 1937, p.4. |
F.V. Toussaint van Boelaere, N.E. Fonteyne, Polder, in: Onze Tijd, Jg.2, nr.11, 1 november 1937, p.319-320. |
F.V. Toussaint van Boelaere, F. de Pillecijn, Schaduwen, in: Onze Tijd, Jg.3, nr.1, 1 januari 1938, p.16. |
F.V. Toussaint van Boelaere, M. Matthijs, De ruitentikker, in: Onze Tijd, Jg.3, nr.3, 1 maart 1938, p.47-48. |
F.V. Toussaint van Boelaere, Vertellen, in: Onze Tijd, Jg.3, nr.3, 1 maart 1938, p.49. |
F.V. Toussaint van Boelaere, Stijn Streuvels en zijn ‘Levensbloesem’, in: Onze Tijd, Jg.3, nr.6, juni 1938, p.85-87. |
F.V. Toussaint van Boelaere, Maurice Roelants' jongste werk, in: Onze Tijd, Jg.3, nr.12, 1 december 1938, p.207-209. |
F.V. Toussaint van Boelaere, ‘Sybille’ van Gerard Walschap, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.1, 1 januari 1939, p.7-8. |
F.V. Toussaint van Boelaere, W. Elsschot., Het been, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.3, 1 maart 1939, p.46-47. |
F.V. Toussaint van Boelaere, De stille man van Albert van Hoogenbemt, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.4, 1 april 1939, p.6l-63. |
F.V. Toussaint van Boelaere, F. Timmermans, Ik zag Cecilia komen, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.4, 1 april 1939, p.67. |
F.V. Toussaint van Boelaere, De Hedendaagsche Letterkunde in Vlaanderen en Duitschland, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.5, 1 mei 1939, p.82-83. |
| |
| |
F.V. Toussaint van Boelaere, André Demedts, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.7, 1 juli 1939, p.118. |
F.V. Toussaint van Boelaere, M. Matthijs, Een Spook op zolder, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.7, 1 juli 1939, p.119. |
F.V. Toussaint van Boelaere, F. de Pillecijn, De soldaat Joban, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.10, 1 oktober 1939, p.163-164. |
F.V. Toussaint van Boelaere, G. Walschap, Het Kind, in: Onze Tijd, Jg.4, nr.11, 1 november 1939, p.181-183. |
F.V. Toussaint van Boelaere, L. Zielens, De Dag van Morgen, in: Onze Tijd, Jg.5, nr.3, 1 maart 1940, p.45. |
F.V. Toussaint van Boelaere, K. Goossens, Marionet speelt zelf, in: Vandaag, Jg.1, nr.12, 1 augustus 1929, p.267-271. |
VALKENHOFF Pierre van (ps. van P.J.H. Vermeeren)
P. van Valkenhoff, Het lot der moderne kunst, in: Volk, Jg.3, nr.6, maart 1938, p.351-353. |
VALVEKENS Emiel o.p.
E. Valvekens, Naar meer traditie, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.2, 9 januari 1927 p.33. |
E. Valvekens, Romanliteratuur, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.45, 6 november 1927, p. 1409. |
E. Valvekens, Katholieke pers, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.7, 12 februari 1928, p.193. |
E. Valvekens, reactie op ‘De rangorde der waarden’, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.11, 16 maart 1930, p.343-344. |
VANSINA Dirk
D. Vansina, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.10, oktober 1930, p.767. |
D. Vansina, Een Wederwoord, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.28, 11 juli 1936, p.21. |
D. Vansina, Van het Pelgrim-congres (rede op het Pelgrimcongres, 18 september 1927), in: Hooger Leven, Jg.1, nr.40, 2 oktober 1927, p.1258. |
D. Vansina, Nogmaals het Verschaevenianisme, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.11, 15 maart 1936, p.403. |
D. Vansina, 't Onzent in 't Westland, in. Jong Dietschland, Jg.4, nr.10, 7 maart 1930, p.158-159. |
V. [Vansina?], Twee bundels proza, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.21, 23 mei 1930, p.332-333. |
D. Vansina, Van Cauwelaert contra Verschaeve, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.19, 6 mei 1932, p.290-291. |
D. Vansina, Kantteekeningen, in: De Pelgrim, Jg.1, nr.1, december 1929 p.88-90. |
D. Vansina, Kunst en zedelijkheid, in: De Pelgrim, Jg.1, nr.2, februari 1930, p.100-101. |
D. Vansina, Kantteekeningen, in: De Pelgrim, Jg.1, nr.4, oktober 1930, p.83-91. |
D. Vansina, Sprokkelingen, in: De Pelgrim, Jg.1, nr.4, oktober 1930, p.92-98. |
D. Vansina, Over Kritiek, in: De Pelgrim, Jg.2, nr.3, november 1930, p.86-93. |
D. Vansina, Kantteekeningen bij het werk van Gerard Walschap, in: De Pelgrim, Jg.2, nr.3, november 1931, p.75-82. |
D. Vansina, Wat nu?, in: Volk, Jg.1, nr.1, november 1935, p.5-6. |
| |
| |
D. Vansina, Gerard Walschap aan het woord of: De verschaevenianen aan den schandpaal, in: Volk, Jg.1, nr.2, december 1935, p.61-63. |
D. Vansina, Drie katholieke tijdromans, in: Volk, Jg.1, nr.7, mei 1936, p.221-224. |
D. Vansina, Kantteekeningen bij Urbain van de Voorde's ‘Pact van Faustus’, in: Volk, Jg.1, nr.10, september 1936, p.300-302. |
D. Vansina, Het cultuurprobleem en Het Congres van Mechelen, in: Volk, Jg.2, nr.1, oktober 1936, p.9-12. |
D. Vansina, In het teeken van Rodenbach, in: Volk, Jg.3, nr.7-8, april-mei 1938, p.214-221. |
D. Vansina, Nieuwe essays, in: Volk, Jg.4, nr.1, oktober 1938, p.12-19. |
D. Vansina, Een proeve van katholieke roman, in: Volk, Jg.4, nr.2, november 1938, p.53-55. |
D. Vansina, Kritiek en essay, in: Volk, Jg.4, nr.4, januari 1939, p.115-117. |
D. Vansina, Kroniek van het proza, in: Volk, Jg.4, nr.7, mei 1939, p.208-212. |
VELDE Anton van de
A. van de Velde, De harp van Lier, in: Boekengids, Jg.10, nr.7, juli-augustus 1932, p.241-247. |
A. van de Velde, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.11, nr.1, januari 1933, p.5-11. |
A. van de Velde, Gerard Walschap: Carla, in: Boekengids, Jg.12, nr.1, januari 1934, p.1-4. |
A. van de Velde, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.12, nr.1, januari 1934, p.21-27. |
A. van de Velde, Op den uitkijk, in: Boekengids, Jg.12, nr.2, februari 1934, p.58-63. |
A. van de Velde, Nieuwere Confectie, in: Boekengids, Jg.14, nr.1, januari 1936, p.1-11. |
A. van de Velde, Bijna louter Literatuur, in: Boekengids, Jg.16, nr.7, juli-augustus 1938, p.289-292. |
A. van de Velde, Spoedkroniek, in: Boekengids, Jg.16, nr.9, november 1938, p.385-387. |
A. van de Velde, Romankroniek, in: Boekengids, Jg.17, nr.5, mei 1939, p.177-179. |
A. van de Velde, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.10, oktober 1930, p. 768-769. |
VENNE Joost van de (ps. van Johan Vercammen)
J. van de Venne, Persoonlijkheid en onpersoonlijkheid in de literatuur, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.40, 3 oktober 1936, p.1447. |
J. van de Venne, Léon Bloy, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.1, oktober 1933, p.26-31. |
VERBEECK René
R. Verbeeck, Kantteekeningen bij de Tijdstroom-generatie, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.5, 1 februari 1936, p.19. |
R. Verbeeck, Een antwoord op ‘Waar blijven de Jongeren?’ in: Hooger Leven, Jg.10, nr.7, 16 februari 1936, p.258. |
R. Verbeeck, De kritiek van Paul de Vree, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.6, 6 februari 1937, p.4-5. |
R. Verbeeck, Het Kriterium der Kunst, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.2, november 1930, p.48-51. |
| |
| |
R. Verbeeck, M. Matthijs, De Doodslag, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.8, mei 1931, p.254. |
R. Verbeeck, L. de Bourbon, Reisverhalen, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.8, april 1932, p.318-319. |
R. Verbeeck, A. Demedts, Het leven drijft, in: Vormen, Jg.1, nr.5, december 1936, p.152-155. |
VERCAMMEN Jan
J. Vercammen, A. Thiry, De president van het vliegende wiel, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.2, november 1930, p.63. |
J. Vercammen, B. Putteman, Pee Klak, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.7, maart 1931, p.211-212. |
J. Vercammen, Léon Bloy, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.12, augustus 1931, p.339-342. |
J. Vercammen, R.L. Ide, Mensen, in: De Tijdstroom, Jg.1, nr.12, augustus 1931, p.350-351. |
J. Vercammen, Twee boeken over het geluk, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.2, november 1931, p.81-89. |
J. Vercammen, Twee Vlaamse boeken, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.4, januari 1932, p.183-189. |
J. Vercammen, J. Persijn, Studiën en lezingen, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.8, april 1932, p.333. |
J. Vercammen, Vier jonge romans, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.9, juni 1932, p.409-416. |
J. Vercammen, F. Herwig, De heilige Proletarier, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.11, augustus 1932, p.519. |
J. Vercammen, J. Vriamont, De exploten van Tabarijn, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.11, augustus 1932, p.521. |
J. Vercammen, F. Timmermans, De harp van Sint Franciscus, in: De Tijdstroom Jg.2, nr.11, augustus 1932, p.522. |
J. Vercammen, Verhalend proza, in: De Tijdstroom, Jg.2, nr.12, december 1932, p.546-558. |
J. Vercammen, P. van Ostayen, Diergaarde voor kinderen, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.7, april 1933, p.237 |
J. Vercammen, Marcel Matthijs' Herfst, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.8, mei 1933, p.264-266. |
J. Vercammen, F. Herwig, Ingemetseiden, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.10, juli 1933, p.382. |
J. Vercammen, Noord en Zuid, in: De Tijdstroom, Jg.3, nr.11, augustus 1933, p.397-409. |
J. Vercammen, Drie, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.2, november 1933, p.64-72. |
J. Vercammen, Een andere klok, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.2, november 1933, p.85-88. |
J. Vercammen, Nederlands proza, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.3, december 1933, p.108-115. |
J. Vercammen, Nederlands proza, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.4, januari 1934, p.168-176. |
J. Vercammen, Drie waarden, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.6, maart 1934, p.264-267. |
J. Vercammen, Paul de Vree, Over den roman, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.6, maart 1934, p.285-286. |
| |
| |
J. Vercammen, Boeken van vrouwen, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.10, juli 1934, p.447-453. |
J. Vercammen, Bekende namen, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.11, augustus 1934, p.502-513. |
J. Vercammen, Wel [Beschouwingen over de sociale roman], in: De Tijdstroom, Jg.5, nr.2, november 1934, p.117-120. |
J. Vercammen, F. de Pillecijn, Monsieur Harvarden, in: De Tijdstroom, Jg.5, nr.3, december 1934, p.136. |
VERHEYEN Jan
J. Verheyen, Felix Timmermans' opgang, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.17, 23 april 1933, p.539. |
J. Verheijen, Het religieuze boek van de laatste tijden, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.42, 15 oktober 1933, p.1341. |
VERKNOCKE Ferdinand
F. Verknocke, Volksche letteren, in: Volk, Jg.4, nr.2, november 1938, p.33-37; nr.3, december 1938, p. 89-94; Jg.4, nr.4, januari 1939, p.99-103; nr.5, februari 1939, p.152-154. |
VERMEYLEN August
A. Vermeylen, L. Zielens, Nu begint het leven, in: Contact, Jg.1, nr.9-10, oktober-november 1935, p.1-2. |
A. Vermeylen, De literaire waarde van ‘De Leeuw van Vlaanderen’, in: Elckerlyc, Jg.4, nr.29, 16 juli 1938, p.21. |
A. Vermeylen, Kunst en moraal, in: Leiding, Jg.1, nr.5, mei 1939, p.260-265. |
A. Vermeylen, Onze grote Interviews. Een half Uur met Pieter Bruegel, in: Vandaag, Jg.1, nr.1, 15 februari 1929, p.3-6. |
A. Vermeylen, De Jazz-speler van Maurice Roelants, in: Vandaag, Jg.1, nr.6, 1 mei 1929, p.137-138. |
A. Vermeylen, De schandpaal van Cyriel Buysse, in: Vandaag, Jg.1, nr.18, 5 november 1929, p.400-401. |
VERSCHAEVE Cyriel
C. Verschaeve, Over het Christelijk Kunstwerk. Heropbeuring van christelijke kunst, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.1, januari 1928, p.3-26. |
C. Verschaeve, Juul Persyn als Criticus, in: Kultuurleven, Jg.5, nr.1, januari 1934, p.86-96. |
VERSOU Jozef
J. Versou, Ontwerp van Voorwoord, in: Artes, Jg.2, nr.2, mei-juni 1939, p.135-136. |
VERTOMMEN Karel
K. Vertommen, Volk en kunst, in: Volk, Jg.1, nr.1, november 1935, p.17-22. |
K. Vertommen, Felix Timmermans, incorporatie van de Germaansche mythe, in: Volk, Jg.1, nr.3, januari 1936, p.103-104. |
K. Vertommen, De ezelsstamp, of: de padvinder op de dool, in: Volk, Jg.1, nr.3, januari 1936, p.104. |
K. Vertommen, ‘De gemeenschap’ en het gebreveteerd-echte Vlaanderen, in: Volk; Jg.3, nr.2, november 1937, p.66. |
| |
| |
VILLA A.
A. Villa, Ons Kruis-artikel. Het volle Leven?, in: De Bron, Jg.1, nr.3, p. 3-4. |
VLEESCHAUWER Herman Jozef de
H.J. de Vleeschauwer, De leer der schoonheid. De onbaatzuchtigheid in Kant's Aesthetica (2 dln), in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.6, juni 1928, p.476-496; nr.9, september 1928, p.691-703. |
H.J. de Vleeschauwer, Kants' invloed op Duitschlands geest, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.28, 11 juli 1930, p.500-501. |
H.J. de Vleeschauwer, De wijsgeer Vorländer, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.4, april 1929, p.206-218. |
H.J. de Vleeschauwer, Schets eener Critiek der Thomistische Wijsbegeerte, in: Ontwikkeling, Jg.12, nr.9-10, september-oktober 1930, p.561-584; nr.11-12, november-december 1930, p.715-756. |
H.J. de Vleeschauwer, Professor Hans Vaihinger. (Die Philosophie des Als-Ob), in: Vlaamsche Arbeid, Jg.22, nr.3, 1927, p.164-172. |
H.J. de Vleeschauwer, Van het Vlaamsche Thomisme, in: Vlaamsche Arbeid Jg.23, nr.1-2, 1928, p.86-92. |
H.J. de Vleeschauwer, Uit de Wedergeboorte van het Realisme, in: Vlaamsche Arbeid, Jg.24, nr.1-2, 1929, p.111-115. |
VOORDE Urbain van de
U. van de Voorde, M. Gilliams, Elias of het gevecht met de nachtegalen, in: Contact, Jg.2, nr.5, mei 1936, p.1-3. |
U. van de Voorde, Antwoord op ‘De kritiek in Vlaanderen’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.10, oktober 1930, p.759-765. |
U. van de Voorde, Maurits Sabbe, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.3, maart 1933, p.184-188. |
U. van de Voorde, Een démasqué van het Snobisme?, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.5, mei 1933, p.359-363. |
U. van de Voorde, Vlaamsche Letteren, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.33, nr.9, september 1933, p.609-613. |
U. van de Voorde, Vlaamsche Letteren, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.1, januari 1934, p.52-60. |
U. van de Voorde, Vlaamsche Letteren, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.35, nr.1, januari 1935, p.68-72. |
U. van de Voorde, Een roman uit het leven van François Villon, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.13, 31 maart 1929, p.406-407. |
U. van de Voorde, De kentering in de kritiek, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.17, 23 april 1933, p.538. |
U. van de Voorde, F. Timmermans, Pieter Bruegel, in: Ontwikkeling, Jg.10, nr.9-10, september-oktober 1928, p.638-641. |
U. van de Voorde, Karel van de Woestijne als essayist, in: Vandaag, Jg.1, nr.6, 1 mei 1929, p.132-134. |
VOORT Jean van de
J. van de Voort, Kritiek en antikritiek, in: Opbouwen, Jg.1, nr.5, september 1928, p.234-236. |
VREE Paul de
P. de Vree, F.V. Toussaint van Boelaere, de niet gekende, in: Contact, Jg.6, nr.4, 15 april 1940, p.5. |
| |
| |
P. de Vree, Kantteekening. De schrijver en de buitenwereld, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.35, nr.5, mei 1935, p.390-391. |
P. de Vree, Kronieken. L. Zielens, Nu begint het leven, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.1, januari 1936, p.55-58. |
P. de Vree, ‘Voorbarig?’ Antwoord op Walschap's ‘Waar blijven de jongeren?’, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.2, februari 1936, p.129-135. |
P. de Vree, E. van der Hallen, Zes dagen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.2, februari 1936, p.155. |
P. de Vree, L.J. van Krinkelen, Jongens in 't gesticht, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.2, februari 1936, p.155-156. |
P. de Vree, Vlaamsch Proza, F. Timmermans, Boerenpsalm; F. de Pillecijn, Hans van Malmedy, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.3, maart 1936, p.222-227. |
P. de Vree, Vlaamsch Proza, N. Fonteyne, Polder; R. Berghen, De kleine Isa, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.37, nr.6, juni 1937, p.375-381. |
P. de Vree, Kroniek van het proza, M. Roelants, Alles komt terecht; S. Streuvels, Lentebloesems, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.38, nr.3, maart 1938, p.229-235. |
P. de Vree, Kroniek van het proza, A. Demedts, Afrekening, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.38, nr.8, augustus 1938, p.555-558. |
P. de Vree, Kroniek van het proza, G. Walschap, Sybille, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.38, nr.11, november 1938, p.795-797. |
P. de Vree, Kroniek van het proza, P. Lebeau, Het experiment, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.40, nr.11-12, november-december 1940, p.650-653. |
P. de Vree, De Tijdstroom-generatie, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.4, 25 januari 1936, p.18. |
P. de Vree, Raymond Brulez of de Proustiaansche, gewraakte individualiteit, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.18, 2 mei 1936, p.18-19. |
P. de Vree, Een standpunt langsheen de tijdschriften, in: Elckerlyc, Jg.2, nr.24, 13 juni 1936, p.18-19; nr.25, 20 juni 1936, p.18. |
P. de Vree, Nog rond een nieuw maandschrift, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.2, 12 januari 1936, p.68. |
P. de Vree, André Demedts, novellist, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.6, 9 februari 1936, p.222; nr.7, 16 februari 1936, p.259. |
P. de Vree, Over den vlaamschen psychologischen roman, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.50, 9 december 1932, p.795-798. |
P. de Vree, Het letterkundig fenomeen vanaf het begin der 20e eeuw. Een overzicht, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.4, 27 januari 1933, p.61-62; nr.5, 3 februari 1933, p.77-78; nr.6, 10 februari 1933, p.93-94; nr.7, 17 februari 1933, p.107-108; nr.8, 24 februari 1933, p.124-125; nr.12, 24 maart 1933, p.188-190; nr.13, 31 maart 1933, p.204-205; nr.14, 7 april 1933, p.219-220. |
P. de Vree, Over den roman, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.23, 9 juni 1933, p.363-365; nr.24, 16 juni 1933, p.378-380; nr.25, 23 juni 1933, p.393-396; nr.26, 30 juni 1933, p.411-413; nr.27, 7 juli 1933, p.427-428; nr.28, 14 juli 1933, p.444-445; nr.29, 21 juli 1933, p.459-461; nr.30, 28 juli 1933, p.476-477; nr.31, 4 augustus 1933, p.492-493. |
P. de Vree, Kantteekeningen, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.38, 22 september 1933, p.605-606. |
P. de Vree, Ideeën over literatuur. De houding van den révolté, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.43, 27 oktober 1933, p.685. |
P. de Vree, Ideeën over de literatuur. Tweedimensionale romanliteratuur, in: Jong Dietschland, Jg.7, nr.47, 24 november 1933, p.749-750 |
| |
| |
P. de Vree, Invloed, succes en snobisme, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.14, 6 april 1935, p.4-5. |
P. de Vree, Willem Elsschot, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.23, 8 juni 1935, p.4-5. |
P. de Vree, Rondom enkele hedendaagsche Vlaamsche literatuurproblemen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.28, 13 juli 1935, p.4-5, nr.29, 20 juli 1935, p.4-5. |
P. de Vree, Filip de Pillecijn, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.32, 10 augustus 1935, p.3. |
P. de Vree, Hans van Malmédy, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.33, 17 augustus 1935, p.4. |
P. de Vree, Twee jongeren: Marcel Matthijs en René Berghen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.50, 14 december 1935, p.6. |
P. de Vree, Marcel Matthijs, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.3, 18 januari 1936, p.4-5. |
P. de Vree, Matthijs' Doppen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.23, 6 juni 1936, p.4. |
P. de Vree, R. Berghen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.26, 27 juni 1936, p.5. |
P. de Vree, André Demedts, Romancier, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.48, 28 november 1936, p.4-5. |
P. de Vree, Het wezen van de criticus, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.7, 13 februari 1937, p.4. |
P. de Vree, De Ruimte-Beweging en haar gevolgen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.24, 11 juni 1938, p.4-5. |
P. de Vree, Gerard Walschap, in: Onze Tijd, Jg.2, nr.2, 1 februari 1937, p.135-137. |
P. de Vree, Staf Weyts, Met Hélène op de boot, in: Onze Tijd, Jg.2, nr.8, 1 augustus 1937, p.246. |
P. de Vree, Het romanwerk van Gerard Walschap, in: De Tijdstroom, Jg.4, nr.6, maart 1934, p.261-264. |
P. de Vree, Het romanwerk van Lode Zielens, in: De Tijdstroom Jg.4, nr.8, mei 1934, p.359-364. |
P. de Vree, Het romanwerk van Maurice Roelants, in: De Tijdstroom Jg.4, nr.8, mei 1934, p.365-368. |
P. de Vree, Naar aanleiding van ‘Celibaat’ van Gerard Walschap, in: De Tijdstroom Jg.5, nr.1, oktober 1934, p.33-38. |
P. de Vree, Naar aanleiding van ‘De korte baan’. Nieuwe Nederlandsche verhalen bijeengebracht door H. Marsman en E. du Perron, in: Vormen, Jg.1, nr.1, april 1936, p.9-15. |
P. de Vree, Veelbelovend voorjaar, in: Vormen, Jg.1, nr.2, juni 1936, p.42-47. |
P. de Vree, Urbain van de Voorde, Het pact van Faustus, in: Vormen, Jg.1, nr.3, augustus 1936, p.92-93. |
P. de Vree, Kleine tribune. Het gevecht met den Lilliputter, in: Vormen, Jg.1, nr.4, oktober 1936, p.121-124. |
P. de Vree, Maurice Gilliams' Elias of het gevecht met de nachtegalen, in: Vormen, Jg.1. nr.5, december 1936, p.149-152. |
P. de Vree, Romankroniek. Een mensch van goeden wil (I), in: Vormen, Jg.1, nr.6, februari 1937, p.184-188. |
P. de Vree, D. Bartling, Over het begrip ‘leven’ in de kunstleer van hedendaagse Nederlandse literatoren, in: Vormen, Jg.1, nr.6, februari 1937, p.194. |
P. de Vree, Simon Vestdijk, naar aanleiding van ‘Meneer Visser's Hellevaart’, in: Vormen, Jg.2, nr.1, april 1937, p.19-26. |
| |
| |
P. de Vree, Kroniek van het proza. Midzomer 1937, in: Vormen, Jg.2, nr.2, juni 1937, p.91-97. |
P. de Vree, Michiel van Raversgonde, De kivelm der liefde, in: Vormen, Jg.2, nr.3-4, oktober 1937, p.120-121. |
P. de Vree, Kroniek van het proza. Kleinwerk, in: Vormen, Jg.2, nr.5, januari 1938, p.148-150. |
P. de Vree, Emile Buysse, Miele keert terug, in: Vormen, Jg.2, nr.5, januari 1938, p.151-152. |
P. de Vree, Maurice Gilliams, in: Vormen, Jg.2, nr.6, april 1938, p.164-172. |
P. de Vree, M. Matthijs, De ruitentikker, in: Vormen, Jg.3, nr.1, mei 1938, p.29-30. |
P. de Vree, R. Brulez, Ecrivains flamands d'aujourd'hui, in: Vormen, Jg.3, nr.1, mei 1938, p.36. |
P. de Vree, Expressionistische romankunst. Naar aanleiding van André Demedts' Afrekening, in: Vormen, Jg.3, nr.2, juni 1938, p.58-61. |
P. de Vree, Wat is cultuur?, in: Vormen, Jg.3, nr.3-4, juni-juli 1938, p.118-119. |
P. de Vree, Sibylle of de verongelijkte geloofstwijfelaarster, in: Vormen, Jg.3, nr.5, september 1938, p.163-166. |
P. de Vree, F.V. Toussaint van Boelaere, Litterair scheepsjournaal, in: Vormen, Jg.3, nr.5, september 1938, p.170-171. |
P. de Vree, Het been of de rouwkoop van Boorman, in: Vormen, Jg.3, nr.6-7, oktober-november 1938, p.199-201. |
P. de Vree, L. Zielens, De dag van morgen, in: Vormen, Jg.3, nr.8, december 1938, p.243-245. |
P. de Vree, A. de Poortere, Kunstenaar en volk, in: Vormen, Jg.3, nr.8, december 1938, p.255-257. |
P. de Vree, Het uur van Matthijs, in: Vormen, Jg.3, nr.9, januari 1939, p.290-293. |
P. de Vree, Kleine tribune. Het antwoord van een Antwerpenaar, in: Vormen, Jg.3, nr.9, januari 1939, p.294-295. |
P. de Vree, S. Vestdijk, De nadagen van Pilatus, in: Vormen, Jg.3, nr.10-11, februari-maart 1939, p.332-335. |
P. de Vree, F. Timmermans, Ik zag Cecilia komen, in: Vormen, Jg.3, nr.10-11, februari-maart 1939, p.346. |
P. de Vree, A. van Hoogenbemt, De stille man, in: Vormen, Jg.4, nr.2-3, juni-juli 1939, p.75-78; nr.4, september 1939, p.119-123. |
P. de Vree, Hij heeft wat leeren leven, in: Vormen, Jg.4, nr.5-6, oktober-november 1939, p.141-142. |
P. de Vree, De romankunst in Vlaanderen, in: Vormen, Jg.4, nr.7, december 1939, p.180-185. |
P. de Vree, Gerard Walschap en de nieuw-menschwording, in: Vormen, Jg.4, nr.9-10, februari-maart 1940, p.243-247. |
P. de Vree, De Vlaamsche roman sinds den oorlog, in: DeVlag, Jg.2, nr.6-8, november-december 1938, p.196-209. |
VRIELYNCK Hugo
H.V. [H. Vrielynck], Vooraf, in: Seinen, Jg.1, nr.1, 1931, p.1-2. |
VRIES David de
D. de Vries, Naar aanleiding van Zielens nieuwe roman ‘Moeder, waarom leven wij? Een proletarisch werk’, in: Ontwikkeling, Jg.14, nr.11-12, november-december 1932, p.726-730. |
| |
| |
WALSCHAP Gerard
G. Walschap, Op interview bij Lode Verhees, in: Boekenkast N.R., Jg.1, nr.9, 1 december 1933, p.147-148. |
G. Walschap, Grondslagen voor een nieuwe Kunst, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.1, januari 1927, p.61-66. |
G. Walschap, Drie Nieuwe Prozaboeken, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.6, juni 1927, p.441-445. |
G. Walschap, Proza, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.7-8, juli-augustus 1927, p.547-554. |
G. Walschap, Merkwaardigheden van de Jongste Boekenmarkt, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.11, november 1927, p.815-826. |
[G. Walschap], Uit de tijdschriften, een aloude kwestie weer opgeworpen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.27, nr.12, december 1927, p.897-903. |
G. Walschap, Grondslagen eener nieuwe kunst, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.3, maart 1928, p.193-201. |
G. Walschap, De veelbelovende Vijftiger (Dr. Persijn), in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.28, nr.4, april 1928, p.310-313. |
G. Walschap, Twee zeventigers: Cyriel Buysse en H. Swarth, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.29, nr.11, november 1929, p.897-899. |
G. Walschap, Was bleibt?, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.29, nr.6, juni 1929, p.468-472. |
G. Walschap, De Stand der Nederlandsche Letteren, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.30, nr.2, februari 1930, p.137-143. |
G. Walschap, De kritiek in Vlaanderen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.31, nr.1, januari 1931, p.42-53. |
G. Walschap, Vermeylen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.32, nr.6, juni 1932, p.467-469. |
X [G. Walschap], Wat is katholieke kunst?, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.1, januari 1934, p.83-88. |
X [G. Walschap], Kerk en kunst, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.4, april 1934, p.241-247. |
X [G. Walschap], Kantteekeningen. Het debat over katholieke kunst, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.4, april 1934, p.302-304. |
X [G. Walschap], Kantteekeningen. Het debat over den katholieken roman, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.34, nr.5, mei 1934, p.394-395. |
G. Walschap, Vlaamsche letteren, F. de Pillecijn, Mr. Hawarden, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.35, nr.4, april 1935, p.296-298. |
G. Walschap, Kantteekeningen, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.35, nr.4, april 1935, p.312-313. |
G. Walschap, Waar blijven de jongeren?, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.1, januari 1936, p.3-6; nr.2, februari 1936, p.135. |
G. Walschap, Opbouwende en afbrekende kritiek, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.3, maart 1936, p.161-165. |
G. Walschap, Ringsteken, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.36, nr.12, december 1936, p.871-878. |
G. Walschap, Cyriel Verschaeve pro domo, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.38, nr.10, oktober 1938, p.705-710. |
G. Walschap, Twee zestigers, L. Baekelmans en H. Teirlinck, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.3, maart 1939, p.222-224. |
G. Walschap, Ringsteken, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.39, nr.4, april 1939, p.316-323. |
| |
| |
G. Walschap, ‘Het’ leven, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.40, nr.4, april 1940, p.318-320. |
G. Walschap, Kunst, wereld en leven, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.1, 2 januari 1927, p.8-9. |
G. Walschap, Het element der toekomst, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.2, 9 januari 1927, p.40-41. |
G. Walschap, De bezieling van het geloof, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.3, 16 januari 1927, p.65. |
G. Walschap, Romantiek en katholicisme in Nederland, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.4, 23 januari 1927, p.107-108. |
G. Walschap, Een meesterwerk der Noorsche letteren, in: Hoioger Leven, Jg.1, nr.8, 20 februari 1927, p.232-233. |
G. Walschap, Nota's over twee moderne romans, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.12, 20 maart 1927, p.360-361. |
G. Walschap, Jongeren en jong, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.13, 27 maart 1927, p.395. |
G. Walschap, Het jongste werk van Frederik van Eeden, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.19, 8 mei 1927, p.584-585. |
G. Walschap, De ondergang, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.21, 22 mei 1927, p.648-649; nr.22, 29 mei 1927, p. 680-681. |
G. Walschap, N. van Wijk, Geïllustreerde geschiedenis der Russische letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.1, 1927, nr.24, 12 juni 1927, p.744-746. |
G. Walschap, Felix Timmermans, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.27, 3 juli 1927, p. 840-841; nr.28, 10 juli 1927, p.872-873; nr.29, 17 juli 1927, p.904-905. |
G. Walschap, Van Noorsche letteren, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.33, 14 augustus 1927, p.1032-1033. |
G. Walschap, Romain Rolland door Stefan Zweig, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.37, 11 september 1927, p. 1160-1162. |
G. Walschap, Stemmen van Pelgrims, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.38, 18 september 1927, p.1192-1193. |
G. Walschap, John Galsworthy zestig, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.39, 25 september 1927, p.1224-1225. |
G. Walschap, Moderne romankunst en christelijke opvoeding, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.41, 9 oktober 1927, p.1288-1289. |
G. Walschap, D. Vansina, Het boek der liefde, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.42, 16 oktober 1927, p.1320-1322. |
G. Walschap, Literaire studies en kritieken, in: Hooger Leven, Jg.1, nr.45, 6 november 1927, p.1416-p.1417; nr.46, 13 november 1927, p.1448-1449. |
G. Walschap, Panaït Istrati, Roemeen en Fransch schrijver, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.3, 15 januari 1928, p.72-73. |
G. Walschap, Israël Querido's jongste boek, Simson, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.6, 5 februari 1928, p.168-169. |
G. Walschap, Verslag over den Hooger-Leven-Romanprijskamp, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.11, 11 maart 1928, p.328-329. |
G. Walschap, Eer Vlaanderen vergaat door Yvo Draulans, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.12, 18 maart 1928, p.342. |
G. Walschap, Van Knut Hamsun, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.16, 15 april 1928, p.490-491. |
G. Walschap, Dr. Jules Persijn vijftig jaar, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.19, 6 mei 1928, p.577. |
G. Walschap, Over en van G.K. Chesterton, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.27, 1 juli 1928, p.840-841. |
| |
| |
G. Walschap, Karel van de Woestijne, De schroeflijn, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.33, 12 augustus 1928, p.1032-1033. |
G. Walschap, Komen en gaan, in Hooger Leven, Jg.2, nr.33, 12 augustus 1928, p.1033. |
G. Walschap, T. Mann, De tooverberg, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.42, 14 oktober 1928, p.1320-1321. |
***[G. Walschap]., Wij hebben het ver gebracht, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.46, 11 november 1928, p.1441. |
G. Walschap, Een huwelijksroman, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.46, 11 november 1928, p.1441. |
G. Walschap, F. Timmermans, Pieter Brueghel, zoo heb ik u uit uwe werken geroken, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.49, 2 december 1928, p.1544. |
G. Walschap, L. Opdebeek, Bloemekens van den Vlaamschen rozelaar, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.50, 9 december 1928, p.1579. |
G. Walschap, T. Wilder, De Brug van San Luis Rey, in: Hooger Leven, Jg.2, nr.51, 16 december 1928, p.1609-1610. |
G. Walschap, Een groot werk uit de Noorsche letteren, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.1, 6 januari 1929, p.20-21. |
G. Walschap, Een eigenaardig werk over literatuur, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.2, 13 januari 1929, p.55. |
G. Walschap, Over Anton van Duinkerken, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.4, 27 januari 1929, p.119. |
G. Walschap, M. Roelants, De jazzspeler, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.7, 17 februari 1929, p.212-213. |
G. Walschap, A. van Cauwelaert, Het licht achter den heuvel, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.15, 14 april 1929, p.470-471. |
G. Walschap, De Europeesche gedachte in de literatuur, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.17, 28 april 1929, p.532-533. |
G. Walschap, Over ‘Kinderen van ons volk’ door Antoon Coolen, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.18, 5 mei 1929, p.564-565. |
G. Walschap, Nieuw Vlaamsch proza, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.25, 23 juni 1929, p.788-790. |
G. Walschap, F. van den Wijngaert, De lift, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.27, 7 juli 1929, p.854-955 |
G. Walschap, Over Sigrid Undset, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.31, 4 augustus 1929, p.982-983. |
G. Walschap, Anton van Duinkerken, Roofbouw, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.36, 8 september 1929, p.1143-1144. |
G. Walschap, Jakob Wassermann en de kunst van het vertellen, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.37, 15 september 1929, p.1174-1175. |
G. Walschap, A propos van een viering, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.42, 20 oktober 1929, p.1333-1334. |
G. Walschap, A. Mussche, Cyriel Buysse, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.44, 3 november 1929, p.1398-1399. |
G. Walschap, Een letterkundige almanak voor Vlaanderen, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.48, 1 december 1929, p.1557. |
G. Walschap, Oorlogsliteratuur, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.1, 5 januari 1930, p.20-22. |
G. Walschap, Aktivistisch verweer tegen jonge grijsheid, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.2, 12 januari 1930, p.52-54. |
G. Walschap, lm Westen Neues, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.3, 19 januari 1930; n.84-86. nr.4, 26 januari 1930, p.118-119. |
| |
| |
G. Walschap, De tweede groote Pelgrimtentoonstelling, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.5, 2 februari 1930, p.150-152. |
G. Walschap, H. Eeckels, t' Onzent in 't Westland, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.8, 23 februari 1930, p.244-245. |
G. Walschap, Kwestie van techniek, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.8, 23 februari 1930, p.246. |
G. Walschap, Houdt maat, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.13, 30 maart 1930, p.404-405. |
G. Walschap, Vlaamsch werk, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.18, 4 mei 1930, p.565. |
***[G. Walschap], Plichten, hardheid en huichelarij, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.20, 18 mei 1930, p.610. |
G. Walschap, Werkmenschen van Stijn Streuvels, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.21, 25 mei 1930, p.661-662. |
G. Walschap, Nieuw werk van Jacob Wassermann, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.23, 8 juni 1930, p.724. |
G. Walschap, Nieuw Russisch werk, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.25, 22 juni 1930, p.788-789. |
G. Walschap, Kiroeme, Kiroeme van Antoon Thiry, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.27, 6 juli 1930, p.862. |
G. Walschap, Uit de Fransche letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.28, 13 juli 1930, p.902-903. |
G. Walschap, Citatenbrief, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.31, 3 augustus 1930, p.1024. |
G. Walschap, Brief zonder citaten, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.32, 10 augustus 1930, p.1064. |
G. Walschap, Brief met citaten, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.33, 17 augustus 1930, p.1103. |
G. Walschap, Brief met citaten, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.34, 24 augustus 1930, p.1144. |
G. Walschap, Brief over het onderwerp, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.35, 31 augustus 1930, p.1180. |
G. Walschap, André Terval, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.35, 31 augustus 1930, p.1181. |
G. Walschap, Brief over problemenliteratuur, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.38, 21 september 1930, p.1300. |
G. Walschap, U. van de Voorde, Charles de Coster en de Vlaamsche idee, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.42, 19 oktober 1930, p.1463. |
***[G. Walschap], De liefdadigheid van het verstand, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.50, 14 december 1930, p.1754. |
G. Walschap, Brief over een recensie, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.52, 28 december 1930, p.1862. |
G. Walschap, Essays en kritiek, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.1, 4 januari 1931, p.28-30. |
***[G. Walschap], Iets over de houding der pers tegenover de jeugd, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.2, 11 januari 1931, p.42. |
G. Walschap, Aanteekeningen van een lezer, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.3, 18 januari 1931, p.108-110. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.4, 25 januari 1931, p.148-150. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.5, 1 februari 1931, p.188-190. |
| |
| |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.6, 8 februari 1931, p.228-230. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.12, 22 maart 1931, p.468-470. |
[G. Walschap], De verhouding van den roman ten opzichte van de moraal, in: Hooger Leven, Jg.5, 1931, nr.12, 22 maart 1931, p.471-472. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.14, 5 april 1931, p.548-550. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.15, 12 april 1931, p.588-590. |
G. Walschap, 't Verloren paradijs, in: Hooger Leven, Jg.5, 1931, nr.15, 12 april 1931, p.593. |
G. Walschap, De toestand onzer tijdschriften. Een antwoord aan Marnix Gijsen, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.17, 26 april 1931, p.668-671. |
G. Walschap, De toestand onzer tijdschriften, in: Hooger Leven, Jg.5, 1931, nr.20, 17 mei 1931, p.788; p.790-791. |
G. Walschap, De Marnix Gijsen-campagne van Jong Dietschland, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.23, 7 juni 1931, p.884-885. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.25, 21 juni 1931, p.988-989. |
G. Walschap, Knut Hamsun, Droomers, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.29, 19 juli 1931, p.1148. |
G. Walschap, Zoo verhalen de Vlamingen, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.30, 26 juli 1931, p.1188. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.31, 2 augustus 1931, p.1228-1230. |
G. Walschap, Stijlkunst en stijl, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.33, 16 augustus 1931, p.1310. |
G. Walschap, Brief over den criticus, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.34, 23 augustus 1931, p.1351. |
G. Walschap, De maatschappelijke positie van den schrijver, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.36, 6 september 1931, p.1428-1430. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.37, 20 september 1931, p.1508-1510. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.41, 11 oktober 1931, p.1628-1630. |
G. Walschap, Hulde aan Warden Oom, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.42, 18 oktober 1931, p.1668. |
G. Walschap, Weg met de romanliteratuur?, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.42, 18 oktober 1931, p.1671. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.44, 1 november 1931, p.1748-1750. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.47, 22 november 1931, p.1868-1870. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.48, 22 november 1931, p.1911-1912. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.52, 27 december 1931, p.2068-2070. |
[G. Walschap], Is de letterkunde ongezond?, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.3, 17 januari 1932, p.110-111. |
G. Walschap, De tegenspraken der kritiek, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.4, 24 januari 1932, p.152. |
| |
| |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.6, 7 februari 1932, p.228-230. |
G. Walschap, Naar een groot-Nederlandsche letterkunde?, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.8, 21 februari 1932, p.310. |
G. Walschap, Ter herdenking van Paul van Ostaijen, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.14, 3 april 1932, p.548. |
G. Walschap, Roman en werkelijkheid, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.15, 10 april 1932, p.588-589. |
G. Walschap, De hond van Ernest Claes, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.16, 17 april 1932, p.628-629. |
G. Walschap, A. Coolen, De goede moordenaar, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.17, 24 april 1932, p.668-669. |
***[G. Walschap], Kunst, zedelijkheid en gemeenschap, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.18, 1 mei 1932, p.682. |
G. Walschap, François Mauriac, Le noeud de vipères, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.18, 1 mei 1932, p.708-709. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.22, 29 mei 1932, p.869-870. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.24, 12 juni 1932, p.948-950. |
G. Walschap, F. Timmermans, De barp van St. Francisais, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.25, 19 juni 1932, p.988. |
G. Walschap, Kapelletjesgeest en katholieke waardigheid, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.25, 19 juni 1932, p.992. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.26, 26 juni 1932, p.1029-1032. |
G. Walschap, Antwoord aan den heer Bogaerts, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.27, 3 juli 1932, p.1066. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.29, 17 juli 1932, p.1128-1129. |
G. Walschap, Critiek, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.31, 31 juli 1932, p.1191-1192. |
G. Walschap, Liefde, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.40, 2 oktober 1932, p.l479-1480. |
G. Walschap, Zeven dagen letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.42, 16 oktober 1932, p.1543-1546. |
G. Walschap, In Viaanderen beb ik gedood, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.43, 23 oktober 1932, p.1575-1576. |
G. Walschap, Sovjet en de Nederlanden, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.1, 1 januari 1933, p.26. |
G. Walschap, Gesprek met Lode Zielens, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.11, 12 maart 1933, p.345. |
G. Walschap, Drieërlei, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.13, 26 maart 1933, p.410-411. |
G. Walschap, M. Matthijs, Herfst, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.18, 30 april 1933,p.569. |
G. Walschap, L. Swerts, Mathias, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.22, 28 mei 1933, p.697. |
G. Walschap, Drieërlei, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.23, 4 juni 1933, p.732-733. |
G. Walschap, Drieërlei, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.33, 13 augustus 1933, p.1049-1050. |
G. Walschap, Jozef Simons, Harslucbt, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.35, 27 augustus 1933, p.1114. |
| |
| |
G. Walschap, In memoriam Prof. Dr. J. Persijn, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.43, 22 Oktober 1933, p.1373. |
G. Walschap, E. Claes, Toen Ons-Lieve-Vrouwke beuren beeweg deed, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.44, 29 oktober 1933, p.1401. |
G. Walschap, Drieërlei, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.45, 5 november 1933, p.1433-1434. |
G. Walschap, A. Demedts, Mannen van de straat, in: Hooger Leven, Jg.7, nr.46, 12 november 1933, p.1465. |
G. Walschap, L. Baekelmans, Het rad van avontuur, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.1, 7 januari 1934, p.25. |
G. Walschap, De oude garde valt aan, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.7, 18 februari 1934, p.217-218. |
G. Walschap, Vierderlei, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.11, 18 maart 1934, p.345-347. |
G. Walschap, Drieërlei, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.23, 10 juni 1934, p.729-730. |
G. Walschap, F. Timmermans, Bij de Krabbekoker, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.33, 19 augustus 1934, p.1049. |
G. Walschap, Russisch en Vlaamsch, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.46, 18 november 1934, p.1465-1467. |
G. Walschap, Vlaamsche wereldbibliotheken, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.47, 25 november 1934, p.1497-1598. |
G. Walschap, R. Berghen, De overjas, in: Hooger Leven, Jg.8, nr.49, 9 december 1934, p.1564. |
G. Walschap, De geest der nieuwe letterkunde, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.8, 24 februari 1935, p.374-375. |
G. Walschap, Een heldentocht, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.11, 17 maart 1935, p.518. |
G. Walschap, Boerenpsalm. Een nieuw boek van een nieuwen Timmermans, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.38, 22 september 1935, p.1676. |
G. Walschap, Scriptores Catholici, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.43, 27 oktober 1935, p.1876. |
G. Walschap, Een monographie over Verschaeve, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.46, 17 november 1935, p.1994-1995. |
G. Walschap, ‘Volk’: weer een nieuw Tijdschrift, in: Hooger Leven, Jg.9, nr.49, 8 december 1935, p.2114. |
G. Walschap, De Verschaeveniaan ‘antwoordt’, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.1, 5 januari 1936, p.27. |
G. Walschap, Proeve van ontleding eener reislust, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.3, 19 januari 1936, p.108. |
G. Walschap, Overwinning van het naturalisme, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.4, 26 januari 1936, p.147. |
G. Walschap, Twee eerstelingen, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.14, 4 april 1936, p.510. |
G. Walschap, Onze naoorlogsche letterkunde, in Hooger Leven, Jg.10, nr.21, 23 mei 1936, p.762; nr.22, 30 mei 1936, p.798; nr.23, 6 juni 1936, p.834; nr.24, 13 juni 1936, p.870; nr.25, 20 juni 1936, p.906; nr.26, 27 juni 1936, p.942; nr.27, 4 juli 1936, p.978; nr.28, 11 juli 1936, p,1014; nr.29 18 juli 1936, p.1050. |
G. Walschap, Antimodern of armoe troef! Een J. van de Wiele contra Felix Timmermans, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.26, 27 juni 1936, p.944. |
G. Walschap, Cultuuroptimisme, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.41, 10 oktober 1936, p.1482; nr.43, 24 oktober 1936, p.1554. |
| |
| |
G. Walschap, Pater Van Heugten als criticus, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.44, 31 oktober 1936, p.1590. |
G. Walschap, Mauriac en partij-kiezen, in Hooger Leven, Jg.10, nr.45, 7 november 1936, p.1626. |
G. Walschap, André Gide, geen goed communist, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.3, 16 januari 1937, p.82; nr.5, 30 januari 1937, p.115. |
G. Walschap, Een geval van plagiaat, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.11, 13 maart 1937, p.338. |
G. Walschap, Moet het boek ook al verdedigd worden?, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.24, 12 juni 1937, p.754. |
G. Walschap, Schatten en overschatten, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.41, 9 oktober 1937, p.1300. |
G. Walschap, W. Elsschot, Pensioen, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.2, 7 januari 1938, p.44. |
G. Walschap, Alles komt terecht, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.14, 1 april 1938, p.380. |
G. Walschap, Toussaint van Boelaere's Litterair Scheepsjournaal, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.44, 28 oktober 1938, p.1220. |
G. Walschap, Een brief van G. Walschap, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.52, 26 december 1930, p.843. |
G. Walschap, De romanschrijver en zijn tijd, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.10, 7 maart 1936, p.4. |
G. Walschap, G. Walschap vertelt over zich zelf, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.12, 21 maart 1936, p.4. |
G. Walschap, Hoe men schrijver wordt, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.15, 11 april 1936, p.4. |
WILS Jos
J. Wils, Een antwoord... een standpunt, in: Gewas, Jg.3, nr.2, december 1936, p.34-36. |
WESTERLINCK Albert (ps. van José Aerts)
A. Westerlinck, Victor J. Brunclair's ‘Het Heilige Handvest’, in: Elckerlyc, Jg.3, nr.48, 27 november 1937, p.17. |
A. Westerlinck, Triomf van het boek, in: Elckerlyc, Jg.4, nr. 45, 5 november 1938, p.19-20. |
A. Westerlinck, De beste Romans van 1938, in: Elckerlyc, Jg.5, nr.1, 7 januari 1939, p.19-20. |
A. Westerlinck, Geestelijke weerbaarheid en cultuuroptimisme, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.50, 12 december 1936, p.1807; nr.51, 19 december 1936, p.1844. |
A. Westerlinck, Brief over dezen tijd, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.25, 19 juni 1937, p.781. |
A. Westerlinck, Ontluistering van den Geest, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.26, 26 juni 1937, p.803. |
A. Westerlinck, Vijftig jaar katholieke letterkunde in Vlaanderen, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.42, 14 oktober 1938, p.1166-1167. |
A. Westerlinck, Voor of tegen Dostojewski?, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.50, 10 december 1938, p.4-5. |
| |
| |
WIELE Jef van de
J. van de Wiele, Stijn Streuvels aan het woord, in: Niemv Vlaanderen, Jg.2, nr.21, 23 mei 1936, p.4-5. |
J. van de Wiele, Een oud klaverblad, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.2, nr.35, 29 augustus 1936, p.4. |
J. van de Wiele, F. de Pillecijn, Schaduwen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.3, nr.34, 21 augustus 1937, p.18. |
J. van de Wiele, Vlaamsen proza, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.16, 16 april 1938, p.4. |
J. van de Wiele, Vlaamsch proza, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.26, 14 juli 1938, p.4. |
J. van de Wiele, Van ‘Wrakken’ tot ‘De Ruitentikker’, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.4, nr.51, 17 december 1938, p.4-5; nr.53, 31 december 1938, p.4-5. |
J. van de Wiele, Onze prozakunst op nieuwe banen?, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.21, 27 mei 1939, p.4. |
J. van de Wiele, Lode Zielens, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.22, 3 juni 1939, p.4-5. |
J. van de Wiele, Roelants - De Pillecijn - Van Hoogenbemt, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.24, 17 juni 1939, p.4; nr.25, 24 juni 1939, p.4-5. |
J. van de Wiele, ‘De soldaat Johan’, in: Nieuw Vlaanderen, Jg, nr.29, 22 juli 1939, p.4-5; nr.30, 29 juli 1939, p.4-5. |
J. van de Wiele, Felix Timmermans, de dichter, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.33, 19 augustus 1939, p.4-5. |
J. van de Wiele, Laarmans of Boorman?, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.35, 16 september 1939, p.4-5. |
J. van de Wiele, Walschap, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.37, 30 september 1939, p.4, nr.38, 7 oktober 1939, p.4. |
J. van de Wiele, Boeken die hun dierbaar zijn, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.39, 14 oktober 1939, p.4-5. |
J. van de Wiele, De roman-biecht, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.45, 25 november 1939, p.4-5. |
J. van de Wiele, Gaston Duribreux, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.6, nr.13, 30 maart 1940, p.4-5. |
J. van de Wiele, De kunstenaar en de Kritiek, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.6, nr.15, 13 april 1940, p.4. |
J. van de Wiele, Een experiment?, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.6, nr.16, 20 april 1940, p.4-5. |
ZIELENS Lode
L. Zielens, M. Matthijs, De ruitentikker, in: Contact, Jg.4, 1 mei 1938, p.10-11. |
L. Zielens, Lode Baekelmans, zestig!, in: Leiding, Jg.1, nr.2, februari 1939, p.110-113. |
L. Zielens, Nieuw Vlaamsch Werk, in: Leiding, Jg.1, nr.4, april 1939 p 246-248. |
| |
| |
| |
Bijdragen van anonieme of niet-geïdentificeerde auteurs
BG
Ons standpunt, in: Boekengids, Jg.12, nr.5, mei 1934, p.164. |
BK
Aan de lezers, in: Boekenkast, Jg.1, nr.2, maart 1929, p.ll. |
DWB
‘Vlaamsche Arbeid’ jubileert. Een zilveren jubileum, in: Dietsche Warande en Belfort, Jg.31, nr.2, februari 1931, p.141. |
EL
Verantwoording, in: Elckerlyc, Jg.1, nr.1, 1935, p.1-2. |
GEW
Brief aan Gerard Walschap [n.a.v. Sibylle], in: Gewas, Jg.5, nr.1, februari-maart 1939, p.7-9. |
GR
Bij de tweede reeks, in: Groei, Jg.2, nr.1, november 1935, p.1. |
HL
XXX, Kunst en Leven, in: Hooger Leven, Jg.3, nr.41, 13 oktober 1929, p.1287. |
?, De rangorde der waarden, in: Hooger Leven, Jg.4, nr.11, 16 maart 1930, p.343-344. |
A.B., Idealiseeren en Romantiseeren van Helden en Figuren, in: Hooger Leven, Jg.5, nr.4, 25 januari 1931, p.151. |
H.N.B., Bij den herdruk van ‘De Heilige Proletariër’, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.28, 10 juli 1932, p.1100. |
M.W., Hans van Malmedy, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.13, 29 maart 1936, p.474. |
M.W., Nu begint het leven, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.14, 4 april 1936, p.512. |
M.W., Putman's Pruiken, in: Hooger Leven, Jg.10, nr.16, 18 april 1936, p.582. |
Ons wekelijksch praatje... met Maurice Roelants, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.34, 21 augustus 1937, p.1063-1064. |
Ons wekelijksch praatje... met Maurice Roelants, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.44, 30 oktober 1937, p.1383-1384. |
Ons wekelijksch praatje... met Antoon Thiry, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.46, 13 november 1937, p.1447. |
Vlaamsche schrijvers in Duitschland, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.47, 20 november 1937, p.1495. |
E.S., Jonge Vlaamsche romankunst, in: Hooger Leven, Jg.11, nr.51, 18 december 1937, p.1620. |
Ons wekelijksch praatje met den heer Paul de Vree over ‘kritiek’, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.21, 20 mei 1938, p.567-568. |
Literatuur en christendom, in: Hooger Leven, Jg.12, nr.48, 25 november 1938, p.1335. |
Een nieuw vlaamsch tijdschrift, in: Hooger Leven, Jg.6, nr.10, 6 maart 1932, p.392. |
| |
| |
JD
Jong Dietschland's Verantwoording, in: Jong Dietschland, kerstnummer 1926, p.3-4. |
Th.M., Literatuurstrijd, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.16, 20 april 1928, p.244-245. |
Opbouwen contra Dr. Persyn, in: Jong Dietschland, Jg.2, nr.52, 28 december 1928, p.831. |
Wachtvuur, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.6, 10 februari 1930, p.94. |
Pelgrim, Over Katholieke Kunst, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.10, 10 maart 1930, p.156-157. |
Wat anderen schrijven, in: Jong Dietschland, Jg.4, nr.48, 28 november 1930, p.763-764. |
Wat anderen schrijven, in: Jong Dietschland, Jg.6, nr.37, 9 september 1932, p.589. |
V., Van het Forum naar het hol van Kassandra, in: Jong Dietschland, Jg.8, nr.1, 6 januari 1935, p.15-16. |
NV
Literatuur en zedelijkheid, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.4, 26 januari 1935, p.3-4. |
L.R., De offensief-beweging, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.1, nr.17, 27 april 1935, p.6. |
B.A., Losse bedenkingen, in: Nieuw Vlaanderen, Jg.5, nr.18, 6 mei 1939, p.18. |
OB
X, Over Maritain's primauté du spirituel, in: Opbouwen, Jg.1, nr.1, januari 1928, p.7-10. |
Mauriac en de roman, in: Opbouwen, 1928, Jg. 1, nr.5, september 1928, p.278-280. |
L.S., in: Opbouwen, Jg.5, nr.1, februari 1937, p.1-2. |
S. Vestdijk, Meneer Vissers hellevaart, in: Opbouwen, Jg.5, nr.10, december 1937, p.165-166. |
OT
D.D., Vlaamsche literatuur in het buitenland, in: Onze Tijd, Jg.3, nr.3, 1938, p.39-40. |
RU
Waarom veranderen?, in: Rugo, Jg.3, nr.1, oktober 1936, p.2. |
SEI
B.D., De Tijdstroom en wij, in: Seinen, Jg.1, nr.1, 1931, p.12-13. |
TS
Redaksie, Verantwoording, in: De Tijdstroom Jg.1, nr.1, oktober 1930, p.1. |
‘Poëties Bericht der post-ekspressionistiese generatie in Vlaanderen’Ga naar voetnoot(4) |
J.v.d.M., De wapens neer, in: De Tijdstroom Jg.5, nr.2, november 1934, p.114-117. |
VOL
Bedenkingen post factum bij de ‘Hoogdagen der Vlaamsche Letteren’, in: Volk, Jg.3, nr.3, december 1937, p.67-68. |
|
-
voetnoot(2)
- In Roemans en Van Assche (1962) verkeerdelijk opgenomen onder Herman Oosterwijk.
-
voetnoot(3)
- Vanaf 15 oktober 1929 startte een Nieuwe Reeks als Jg.1.
-
voetnoot(4)
- Verscheen als Poëties bericht der post-ekspressionistiese Generatie in Vlaanderen, uitgezonden door 'De Tijdstroom' 1933, Brugge, Excelsior, als nummers 5 en 6 van de derde jaargang van De Tijdstroom.
|