Ruilhandel
Tegenwoordig ga je naar de winkel of de markt, je koopt wat je nodig hebt en betaalt met geld. Maar voordat geld was uitgevonden, werd er betaald in natura, dat wil zeggen niet met geld, maar met producten zoals tabak, ruwe suiker, koffie, eieren, kruiden en stoffen. Alles, letterlijk alles, werd als ruilobject gebruikt.
Maar dat ruilen begon steeds onhandiger te worden, want om iets te krijgen, moest je ook iets teruggeven. Niemand kon naar de markt gaan met een lege tas en terugkeren met een volle. Mensen gingen met een zware tas cassave naar de markt en kwamen thuis met een zware bos bananen. En als ze niet al hun cassave voor bananen hadden geruild, dan kwamen ze met cassave, bananen en nog wat andere spullen thuis. Vermoeiend hoor.