Verzen(1894)–Victor de Meyere– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 30] [p. 30] ['k Ging door een laai-gloed van gedachten] 'k Ging door een laai-gloed van gedachten, toen, 'k in mijn twijflen, U, mijn God, hervond. Gij reest vol schitterende prachten, lichtend voor mij, met glanzend-bleeken mond. Verzaligd rees ik in uw klachten, waar ik 't Verheevne van mijn leven vond, en, toen, 'k verheerlijkt in Uw smarten stond, bleef ik dat Hoogste slechts betrachten. In blakend Hoogmoed keerde ik 't leven om... 'k Vraag goedheid God! voor al mijn daden en 'k graaf me in diepste van uw Heiligdom, waar lichtend mijne rythmen baden, 'lijk eeuwge stralen, en mijn ziele, die ruischt, 'lijk een gaanderij van melodie! Vorige Volgende