De lichtstreep(1933)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 33] [p. 33] III De zachte fluit (Bij Mozart's Krönungsmesse) 1927 [pagina 35] [p. 35] Introïtus (Ps. 4: 7) DE knoppen der kastanjes kleven, De struiken schieten kreuklig uit, En 't glimmend rijs, dat nog niet spruit, Staat met gespannen bast te beven. De sappen stijgen in elk leven Dat zich voor Uwen drang ontsluit. Heer! zie Uw dienaar! zie Uw bruid! Bereid, hun vollen bloei te geven. Bloeien wij, Heer, alleen gelaten Met schaduw en met spiegelbeeld? Al wat ons pijnigt en verveelt Aanzien zij lustloos en verwaten. Ach Heer, zijn wij van U gehaten, En laat Gij toe dat dood ons steelt? Vorige Volgende