Kringloop(1936)–Willem de Mérode– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 11] [p. 11] Regenavond In dezen nacht zal God ons zegenen. De hemelen zijn een wit vervloeien. Al het geschapene moet bloeien Want God laat leven nederregenen. Onze begeerten moeten wijken Voor dit almachtig stil genereeren. Het is de wil en wet des Heeren Dat 't leven aan het Leven moet bezwijken. Ruischend uitstorten en stil ontvangen. O vroomheid van dwang en overgave. Indringend reinigen en laven. Koele dartelheid over warm verlangen. Hoe zullen wij in den morgen wezen Na dit diep bezonkene dauwen? Kunnen wij om gisteren rouwen Nu de nieuwe dag komt gerezen? Morgen zullen wij dit gedenken: Dezen nacht, dit vreemde regenen: Wolken als handen die ons zegenen Zagen wij van den hemel wenken. Vorige Volgende