L. Krul-Lelien. Martagum.
SOodanige kleyne groene Beesjes, hebben geen sekere spyse noch tydt: want men vindse op alderhande Kruyden, en op alle getyden van 't Jaar; waar men maar diergelyke wit schuym siet, vind men'er deese Diertjes in: soo lang tot datse in soodanige springende Torretjes veranderen, gelyk het eene en andere, onder aan by malkanderen te sien is.
De groenachtige Rups, heeft Abeeleblaaden gegeeten, tot op den 8 October, wanneerse in een Popjen veranderde; en den 29 Juny des volgenden Jaars, is 'er dit Uiltjen uytgekomen. De Rups en het Uiltjen zyn boven by malkanderen te sien.
Het onderste groenachtige Rupsje, heeft blaaden van