Derde en laatste deel der rupsen begin, voedzel en wonderbaare verandering
(1717)–Maria Sibylla Merian– Auteursrechtvrij
[pagina 20]
| |
hebbense twaalf dagen lang geleegen, tot datse haare huyd afstroopten, en tot schoone groene Popjes wierden, die binnen vier uuren bruyn waaren: en den 21 Mey tot in de maand Juny, zyn deese schoone Uiltjes daaruyt gekomen; welke groene Eyertjes leyden. Diergelyke donker graauwe Beesjes, gelyk'er hier onder een met syne Verandering te sien is, heb ik den 4 Juny op Willigen gevonden; diese tot haare spyse nuttigden: zy aaten alleen het bovenste sap van de blaaden, soo dat de blaaden in haar geheel bleeven. Den 12 Juny hebbense zich ergens aan een blad of steel vastgehegt, en zyn alsoo verandert, tot dat 'er den 24 Juny soodanige donker groene Torretjes uyt voortquamen. | |
[pagina *41]
| |
41
|
|