L. Eike Boom. Quercus, cum fructu.
DEze Rupsen waren groen en geel gestreept, haar vel afgestroopt hebbende, wierden ze uit den bruine, en doe ze grooter zynde nog eens vervelt hadden wierden ze donker root, ik heb ze met deze bladeren gevoed tot in September, doe veranderden ze in bruine Poppen, in December kwamen daar bruine, geele en witgeplekte Uiltjes uit.
Op een der bladeren vertoont zig een ronde knobbel, 't welk een zoort van Galnooten is, deze in Schwalbach in 't Jaar 1684 in Juli in tegenwoordigheit van eenige Medicinae Doctoren geopent hebbende, vonden wy regt in 't midden een hol, daar in een klein ront zaatjen lag; na twaalf dagen hervatten wy deze observatie weêr, en eenige geopent hebbende, vonden wy in elke Galnoot twee holtens gelyk een klokhuis in een Appel, in elke holte lag een wit Wormpje, maar terwyl myn gelegentheit vereiste om van daar te reizen, konde ik hier in verder geen onderzoek doen, laatende de rest voor andere Liefhebbers.