XX. Hagedoornbloeizel. Oxyacantha florens.
DEze bontgekoleurde Rupsen vint men veel op de Hagedoorn, dog ze zyn ook niet vies van de bladeren der Vrugtbomen, na dat ik ze eenige tyd gevoet had maakte ze een graauw gespin, en veranderde in een bruine Pop, die zo levendig was, dat als men ze aanraakte, ze zig rontom rolde, na twaalf dagen kwam daar een wit Uiltjen uit, 't lei geele eiertjes en stierf.
Deze vuile Wormen vint men in stinkende geuten, ze veranderen in Tonnetjes met starten, daarom ook wel genaamt Muisjes, ik heb bevonden dat daar na zeventien dagen een trage geelagtige Vlieg uit komt.