De bloeiende tuin(1930?)–Jef Mennekens– Auteursrecht onbekendGedichten voor klein en groot Vorige Volgende Twee musschen op een boom. Twee musschen op een winterboompje met schrale botten aan de twijgen, waarop een stille, stille regen al zabbrend komt gezegen. Twee musschen op dat winterboompje. Die musschen zwijgen. Een zit gelaten, de andre zoekt. Zij onderzoekt den tak waar zij op zit en speurt, het bekje vlak naar onder; pikt en pikt, maar schrikt, en wip! daar is ze weg in rechte lijn, en even vlug als zij, haar achterna, schiet, snel gevederd, mijn eerste musch met haar naar de overzij. Vorige Volgende