[XIX]
O. (de Onnozele?) onder de dekens, met uitgestrekte rug op haar schuimrubbermatras leest in haar nederlandse dagblad dat nederlandse onderdanen die in het buitenland wonen en aan een serie bepalingen voldoen in de toekomst in aanmerking zullen komen voor de AOW-uitkering. Zij staat op, kleedt zich weer aan en post nog diezelfde avond een brief waarin zij meedeelt dat zij tot deze categorie behoort.
Op een dag komt het antwoord, in principe bereid, maar pas na storting van... Volgt een bedrag van ongeveer twee stipendia, dat zij echter zonder moeite en rente kan lenen bij de meest nobele nederlandse onderdaan, van wie zij de naam verzwijgt maar aan wie zij De Speeltuin opdraagt.
Parijs-Cordon