gers van Calvijn vergelijkt Zoet met stekelige en dominante baarzen. Zij domineerden in de Republiek en hun strenge leer van de predestinatie, die inhield dat God voor ieders geboorte al bepaalde of er na de dood hel of hemel wacht, werd volgens Zoet alom gevreesd. Zelf verliet hij na veel geruzie en gekrakeel diverse geloofsgenootschappen, om zich uiteindelijk als vrijdenker te manifesteren. Een geestverwant, Jacob Claasz. (hier voorgesteld als puitaal), is de enige die in 't Grote visnet genade vindt.
De tekst is te zingen op de melodie van het indertijd bekende lied ‘O kerstnacht schoner dan de dagen’ uit Vondels tragedie Gijsbrecht (1637). Zoet zal voor deze vorm gekozen hebben in de hoop dat zijn liedtekst nog vaak door deze of gene ten gehore gebracht zou worden, alleen of in gezelschap. De keuze voor een melodie van de rooms-katholieke Vondel was mogelijk een provocatie. Om de tekst nog aantrekkelijker te maken voor een groot publiek voegde Zoet in proza verklaringen toe met smakelijke details.