8 Februari
Weinig nieuws noch belangrijk gebeuren, al deze dagen. Hetzelfde drukke leven van mensen-zien, werken en uitgaan. Een teken van onzen tijd was de eerste opvoering van Chantecler; alle kranten zijn er vol van geweest, als ware het een wereldgebeurtenis. Ik tracht het te lezen, blader het slechts door. Wat een prul! - Men roept, men schrijft, men schreeuwt, dat het een meesterwerk is, dat men nimmer zo iets diepzinnig schoons aanschouwd heeft, als dit vod! Niemand schijnt te weten dat één vers van Baudelaire of Verlaine, één bladzijde van Bloy of van Claudel de schoonheid gloedend in zich draagt, terwijl het hele oeuvre van dien zo'n antipathiek hoofd hebbenden Rostand gewoonweg niet bestaat. Immers, iedereen bewondert, iedereen begrijpt! Hij beklimt geen eenzame hoogten waar de burgers met hun zware hersenen hem niet kunnen volgen, hij is niet duister noch doet vreemd, hij is het genie der onbeduidendheid, verdient dus veel geld, is lid van de Académie Erançaise (deze stal voor vleugelloze Pegazen!), gaat door voor den vertegenwoordiger van den Fransen geest, en is de echte broeder!