Woensdag 5 januari
Gisteravond weer bezoek van Untersturmführer Van Dam, midden onder het
schaaktournooi. Geen bizonderheden. Schoenen uit de reparatie terug: gezoold met
synthetische rubber, bij gebrek aan leder. Intocht van een groepje
scharlaken-indigo s-mannen onder < geleide >
van od-ers. Zij zomen de zaal aan het einde af: grauwe,
ongeschoren kerels. Magere gezichten. Er wordt gezongen, zij zingen niet mee, ze
zijn moe en lusteloos, krijgen veel te weinig rantsoen voor een hele dag werk,
al is het ook niet zwaar. Vandaag een goed vriend ontmoet, die al veertien dagen
hier is, in een barak, waar we beiden op bezoek waren. Een merkwaardig geval:
een Portugees, A. Ricardo - vroeger financieel redacteur van de N.R. Crt., later
hoofdredacteur van de Financier en Kapitalist, nog later redacteur van
Handelsberichten - die zich had beroepen op zijn afstamming van Portugese adel
en zijn familiebetrekkingen met een beroemde Engels-Portugese econoom, bovendien
op het lidmaatschap van de Remonstrantse Gemeente, en deswege een kleine twee
jaar geleden van de rijkscommissaris een beschikking had gekregen, die hem tot
Ariër stempelde. Zijn vrouw was tezamen met hem hierheen gebracht en in de s-barak geplaatst. Hij verklaarde niet te weten waarom, maar
zijzelf verklaart, omdat zij, vol-Jodin, destijds valselijk had opgegeven, dat
zij van twee harer vier Joodse grootouders de afstamming niet kende. Zij gaat
elke dag met een strafploeg naar de aardappelkeuken.