Schets der elektriciteit-kunde
(1781)–Martinus van Marum– AuteursrechtvrijDerde hoofdstuk
| |
[pagina 5]
| |
met den wryver vereenigden conductor een anderen niet vrystaanden leider plaatst, op zulk eenen afstand, dat de elektrike stof vonkswyze uit den eenen in den anderen leider kan overgaan, en wanneer men dan de vlam van eene kaars 'er tusschen beiden stelt, zo ziet men dat door elke vonk de vlam naa den wryver bewogen wordt. Doch wanneer men dezelfde proef met den conductor in 't werk stelt, welke by het gewrevene lichaam geplaast is, wordt de vlam door elke vonk van den conductor af bewogen. | |
§ 15.De harsten daarentegen gelyk ook de gomlak, zwavel, en andere electrike lichaamen, neemen by de meeste wryvers eene tegenovergestelde kracht door wryving aan. 'Er gaat namentlyk een gedeelte van de natuurlyke hoeveelheid van haare electrike stof in den wryver over: dus worden zy dan negatif geëlectrizeerd, gelyk ook de bygeplaatste vrystaande conductor. De wryver daarentegen, wanneer hy vrystaat, verkrygt eene positive kracht. Dit bewyzen dezelfde proefnemingen in de laatst voorgaande § 14 beschreven, wanneer men ze by de genoemde gewrevene lichaamen in 't werk stelt. | |
§ 16.Uit het bewezene § 14, 15 volgt: 1. Dat byaldien men een electrik lichaam, en den bygeplaatsten conductor, tot eenen aanmerkelyken trap electrizeeren wil, de wryver met den grond wel behoort vereenigd te zyn: op dat in het eene geval, wanneer het lichaam door wryving positif geëlectrizeerd wordt, de electrike stof vryelyk uit de aarde naa het lichaam, het geen gewreven wordt, worde toegevoerd, en in het andere geval als het lichaam, het geen gewreven wordt, eene negative kracht verkrygt, de afvloeiing der electrike stof van de gewrevene oppervlakte niet opgehouden worde. De waarheid hier van wordt bevestigd door het vry zetten van den wryver. Als dan verkrygt de by geplaatste conductor in beide gevallen zeer weinig electrike kracht. Immers kande conductor by glas geplaatst, het geen door eenen wel vrystaanden wryver gewreven wordt, geen meerder stof verkrygen, dan de wryver van zyne natuurlyke hoeveelheid overgeeft. - En wanneer hy by harst, welke door eenen vrystaanden wryver gewreven wordt, geplaatst is, kan hy niet meer van zyne natuurlyke hoeveelheid verliezen, dan in den wryver kan opgehoopt worden. | |
[pagina 6]
| |
2. Dat als men in den wryver, als hy vrystaat, eene sterke electrike kracht verkrygen wil, de by geplaatste conductor dan met den grond wel vereenigd moet zyn op dat, by de vryving van glas, de stof, uit den wryver aan de oppervlakte van het glas aangebracht, vryelyk door den bygeplaatsten conductor afgevoerd: en by de wryving van harst, de stof uit den grond door de zelve naa den wryver aangevoerd worde. De proefneemingen toonen dit ook klaarblykelyk: want als de conductor wel vrystaat, verkrygt de wryver in beide gevallen eene geringe electrike kracht. Als de conductor by glas vrystaat, kan de vrystaande wryver maar weinig van zyne electrike stof verliezen, vermits de conductor, wanneer hy met elektrike stof overladen is, van de oppervlakte van het gewreven lichaam de op gehoopte electrike stof niet kan afneemen, en dus het gewreven lichaam, zo lang het zich niet van de opgehoopte electrike stof door den conductor ontlasten kan, niet op nieuw de electrike stof van den wryver kan overneemen: en wanneer de conductor by harst vrystaat, kan de wryver niet meer electrike stof verkrygen, dan de harst, en bygeplaatste conductor van haare natuurlyke hoeveelheid kunnen overgeven. |
|