Kransje van letter-bloempjes, voor Neerlandsch jufferschap(1790)–Gerrit Manheer– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Het geld. Wijs: Gij die thans met mij zijt ter jagt. Wat word het meest bemind op aard? - het geld. Waar door word heil en ramp gebaard? - door 't geld. Wat geeft den lompert kloek verstand, En maakt hem tot een Heer van 't land? Het geld, - het geld - het geld. Wat doet de grootste zot ontzien? - het geld. En aan een gekskap achting biên? - het geld. Die anders was een Pierlala, Word wijzer dan een Ceneca. Door 't geld, - door 't geld - door 't geld. Wat maakt een weetniet hoog geleerd? - het geld. En hem als Advocaat geëert? - het geld. Hij koopt dien glorierijken naam, Waar zag men immer raarder kraam! Voor geld, - voor geld - voor geld. [pagina 67] [p. 67] Wat maakt den armen tot een slaaf? - het geld. En voor het oog de guiten braaf? - het geld. Die met de schijven ramm'len kan, Draagt ligt den naam van eerlijk man, Door 't geld, - door 't geld - door 't geld. Wat maakt een lelijk meisje mooi? het geld. Een Vesta van een Lichtekooi? - het geld. Schoon Roosjes eertje is bevlekt, Zij heeft dat smetje toegedekt; Met geld, - met geld - met geld. Leander kust Dorantes vrouw, - voor 't geld. En nog noemt haar Dorantes trouw, - om 't geld. Die koekoek acht zijn horens niet, Wijl hij die fraai vergulden ziet. Door 't geld, - door 't geld - door 't geld. Wat maakt de kromste zaken regt? - het geld. Waarom het pleit verkeert beslegt? - om 't geld. Waarom processen uitgerekt, Cléënten in verschil gewekt? Om 't geld, - om 't geld - om 't geld. De gantsche drijfveer op deze aard, - is 't geld. Dus wat is 't allermeeste waard? - het geld. Geld is de spil daar 't al op draait, Geld is den haan die koning kraait. Dat geld, - dat geld, - dat geld. G.M. Vorige Volgende