Het schilder-boeck
(1969)–Karel van Mander– Auteursrechtelijk beschermdVan de Geyte, en haer beteyckeninghe.Met de Geyte wordt beteyckent het goet gehoor: en eenige meenen, datseGa naar voetnoot* de windt inhaelt en uytblaest, door d'ooren so wel, als door de neusgaten. Met de Geyt, de Satyren oock daer onder begrepen, wort d'onkuysheytGa naar voetnoot* beteyckent. De Geyte beteyckent de Hoere, die de jonghe knechten verderft, ghelijckGa naar voetnoot* de Geyt de jonghe groen spruyten afknaeght en scheyndet. |