Het gewijde najaar(1945)–Loe Maas– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 19] [p. 19] Doodprentje voor de moeder van G. Serpenti. O blinde Dood, die onverwacht en wondend steeds moet komen, en slaat juist als de vreugde lacht om lang-verbeide droomen, hoe hebt gij smartlijk, bloedbesmeurd, genoopt tot schielijk scheiden de mildste ons, en zoo gescheurd den droom van het bevrijden! De aarde is ons Woonhuis niet? En vrede kan slechts rijpen in bloed en vuur en felst verdriet? Wij bidden en begrijpen. O Gij die tot uw God en Heer de aarde zijt ontweken, stralend, leid ons als weleer en wil goedgunstig spreken voor ons, opdat wij weder één in liefde, zonder scheiden, den dood voorbij en 't aardsch geween, rond Hem ons eens verblijden. Vorige Volgende