De drukgeschiedenis van de Duytse lier
In de zeventiende en achttiende eeuw is Luykens
Duytse lier zevenmaal uitgegeven:
1. in 1671 te Amsterdam bij
Jacobus Wagenaar in duodecimo-formaat
(12°);
2. in 1671 te Amsterdam bij
Adriaan Veenendaal (12°);
3. in 1708 te Amsterdam bij
Jan ten Houten (12°);
4. in 1729 te Amsterdam bij
Hendrik Bosch in octavo-formaat
(8°);
5. in 1730 te Amsterdam bij
Jacobus Hayman (8°);
6. in 1732 te Amsterdam bij
Pieter Aldeweereldt (8°);
7. in 1783 te 's-Gravenhage bij
H.H. van Drecht (8°).
De uitgaven van 1729, 1730, 1732 en 1783 bevatten naast de liederen
ook een korte levensbeschrijving van de auteur, al staat dat in de editie-1729
nog niet op de titelpagina vermeld.
Luyken was overigens al op 5 april 1712
gestorven. Het feit dat er na 1671 en voor 1712 in Amsterdam, de stad waar
Luyken doorgaans woonde en werkte, nog een editie het licht zag, roept ook al
weer twijfel op aan het gecanoniseerde gerucht dat Luyken de sporen van zijn
literaire debuut heeft willen uitwissen, zeker daar er niets bekend is van een
proces of zelfs maar van een protest van Luyken aan het adres van Jan ten
Houten.
De huidige Alfa-uitgave gaat terug op die van 1671. Die wordt
hier kort besproken. De edities van Wagenaar en Veenendaal zijn nagenoeg
identiek, want ze zijn van hetzelfde zetsel gedrukt. Alleen de titelpagina's
verschillen door het afwijkende impressum: namen en adressen van de beide
uitgevers. Ze woonden overigens dicht bij elkaar in de Molsteeg, een smalle
zijstraat van de Nieuwezijds Voorburgwal ter hoogte van de Nieuwe Kerk. Het
feit dat beide edities het drukkersmerk van Jacobus Wagenaar dragen, kan erop
wijzen dat deze het initiatief genomen heeft voor de zakelijke samenwerking:
één drukgang voor twee uitgevers. Op deze wijze waren zowel de
investe-