Zangen van Bilitis(1969)–Pierre Louÿs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 99] [p. 99] De ogen O grote ogen van Mnasidika, wat maakt ge mij gelukkig wanneer liefde beide uw oogleden verduistert en doet leven en daarna verdrinkt in tranen. Wat maakt ge mij krankzinnig als ge u naar elders wendt, afgeleid door 'n vrouw die langsloopt of door een herinnering die ik niet deel. Hol worden dan mijn wangen, bevend mijn handen en ik lijd eronder... En 't is mij of allerwegen in uw bijzijn mijn leven mij ontstroomt. O grote ogen van Mnasidika, laat nimmer af mij aan te kijken! Want anders zal ik u doorboren met mijn naald, zodat ge nimmermeer iets anders zien zult dan verschrikkelijke nacht. Vorige Volgende