Alles zingt(1878)–Pieter Louwerse– Auteursrechtvrijliedjes en rijmpjes voor het kleine volkje Vorige Volgende 184. Medicijn. Wasschen, plassen, dat het nat U om neus en ooren spat, 'T maakt, als 't in den zomer is En snikheet, u kost'lijk frisch. Wasschen, plassen, zoo uit bed, Onder 't kraantje, wat een pret. Water hier en water daar Loopt met straaltjes uit het haar! Wasschen, plassen, in het bad 's Zaterdags, wat pret is dat! [pagina 178] [p. 178] Heel het lijf krijgt dan een' beurt, Niemand vast, die daarom treurt. Wasschen, plassen, in de zee, Aan het strand, wie doet er meê? Ik zeg, wie dat vindt te frisch, Dat hij een Jan Salie is. Wasschen, plassen, och, ik zag 'T graag u doen op ied'ren dag; Want, of 't warm of koud moog' zijn, 'T is voor 't lichaam medicijn. Vorige Volgende