Alles zingt(1878)–Pieter Louwerse– Auteursrechtvrijliedjes en rijmpjes voor het kleine volkje Vorige Volgende 16. De kleine koetsier. Een' stoof en een stoel en Een paard van papier, Meer heeft hij niet noodig En Jan is koetsier. Die Jan is mijn broertje, Een kind van drie jaar, En heeft hij zijn rijtuig Geheel in mekaêr, Dan roept hij al lachend: ‘Wie rijdt met mij meê? Kijk, hier op den bok is Wel ruimte voor twee. En binnen in 't rijtuig Is plaats nog voor vier! Stapt in, goede menschen! Ik ben de koetsier!’ Zoo spreekt hij en rijdt hij En schatert van pret, Tot Moeder hem toeroept: ‘Koetsier, nu naar bed!’ Vorige Volgende