Vaderlandsche historie. Deel 23
(1789)–Petrus Loosjes Azn.– Auteursrechtvrij
[pagina 198]
| |
geholpen, de Zesmaandelyke Regeering des laatstgemelden dreigde hem op nieuw te dompelen in dien poel van verlegenheid, waar uit hy gered was. Catharina de II, haaren Egtgenoot ontthroond, en, naa diens kort daar opvolgenden dood, het Ryksbestuur in handen genomen hebbende, nam andere maatregelen, en hadt reeds bevelen gegeeven, die het hervatten der vyandlykheden dreigden; maar het hooren leezen der Brieven tusschen den Koning van Pruissen en haaren overleden Egtgenoot gewisseld, behelzende veele heilzaame raadgeevingen, tegen de onbedagtzaame en onvoorzigtige maatregelen, welke de genegenheid der Keizerinne van hem vervreemde, en Lieden van den hoogsten Rang afkeerig van hem gemaakt hadden, wekte haare dankbaarheid dermaate, dat zy zich op 't sterkste ten voordeele diens Konings verklaarde, en de gedreigde vyandlykheden opschortte. 't Russisch Leger scheidde zich wel van het Pruissische af; doch al het voorheen veroverde werd overgegeeven, en de stipste Onzydigheid in agtgenomen. De groote frederik, hervatte, met vernieuwde kragten, zyne Krygsverrigtingen in Silesie, en maakte een hem roemryk einde aan deezen bloedigen zevenjaarigen Oorlog. Op den Vrede van Fontainebleau tusschen Frankryk, Spanje, Engeland en Portugal geslootenGa naar voetnoot(*), volgde eerlang die | |
[pagina 199]
| |
van Hubertsburg tusschen de Keizerin Koningin en den Koning van Pruissen. |
|