Vaderlandsche historie. Deel 23

De zaak ter bemiddelinge aan H.H. Mogenden voorgesteld. Staaten van Holland wederleggen de gedaane Verantwoording.

Hun Hoog Mogenden, met deezen hoogloopenden Twist der Bondgenooten begaan, booden de verschilvoerende Gewesten hunnen dienst aan ter vereffening der Oneenigheden, by welke alle Gewesten belang hadden. Die van Stad en Lande namen deeze Aanbieding aan, en benoemden acht Gevolmagtigden, die met den aanvang deezes Jaars mdcclx, in 's Gravenhaage verscheenen. 't Voorstel der Algemeene Staaten vondt ook ingang by Staaten van Holland, die de Bemiddeling omhelsden; doch onder uitdruklyk beding, dat, indien Staaten van Stad en Lande geen ernstiger Aanbiedingen deeden, en traden

[p. 146]

in de billyke eischen desaangaande voorgesteld, hunne Hoog Mogenden, noch iemand der Bondgenooten, hun eenigzins zouden willen dringen om af te zien van de middelen van nadruk, thans te werk gesteld. Zy benoemden, behalven de Gewoone Afgevaardigden wegens Holland in de Vergadering van hunne Hoog Mogenden Zitting hebbende, de Pensionarissen der Steeden Haarlem, Delft en Amsterdam en een Burgemeester van Alkmaar, om tot afdoening der verschillen mede te werken; dan lieten ten zelfden dage, de boven gemelde Verdeediging door Staaten van Stad en Lande ter Algemeene Staatsvergadering ingeleverd, geenzins onbeantwoord: maar gingen in een wydluftig Vertoog die Pretense Justificatie, gelyk zy dezelve noemden, te keer, als opgevuld met zeer veele verkeerde Aanduidingen, Bewysredenen, en verregaande Bedreigingen, alleen ingerigt om hunne afgeperste, doch rechtmaatige, handelwyze, in het haatlykst daglicht te stellen.