Historie van Mejuffrouw Susanna Bronkhorst. Deel 3
(1806)–Adriaan Loosjes– Auteursrechtvrij
[pagina 219]
| |
Zondag namiddag ten 2 uur, den Haag, 14. Maart.Al zat gij in een slaap zoo diep als die van Epimenides, of die van den Stolwijkschen boer ... terwijl gij uw middag-uil knapt.... Wakker moet gij worden. - Ik heb George belast, dat hij zoeken moet tot zoo lang, dat hij u vindt. - Allarm! allarm! - mijne choone Dulcinea is in de war met Saartje; en zij wil morgen het kasteel van Toboze alias Loosduinen ontvluchten. - Allarm! allarm! alles, in plaats van morgen, op 't oogenblik op de been. - Vliegens te paard naar den Haag - met Tijs, Kees en Janus, en vergeet Bram Verdonk niet. - Ik tril van haast en brand van ongeduld.... Wij zullen alles overleggen.... Ik hoop, dat de Adelijke u niet beletten zal, om van de partij te zijn.... Maar zeg toch aan de andere schepsels, dat zij niet te dol zijn ... dat zij zich zelf niet in verlegenheid brengen.... Ik wenschte, | |
[pagina 220]
| |
dat het al avond, dat het al nacht was.... 't Zon eeuwig jammer zijn, als de d..... podagra u zou beletten meê te gaan... Adieu! adieu! -
T.T.
L.K.
P.S. Ik maak staat, dat gij niet later dan half 7 in mijn Logement zult zijn met de andere vrienden. |
|