Bloemlezing uit de bundel Uyt-spanningen
(1971)–Jodocus van Lodenstein– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 100]
| |
Af-syns smerte.
| |
[pagina 101]
| |
Als sy dan hert- en sorge-loos gaat dwalen /
20[regelnummer]
En sig vergaapt aan 's werelts cramery / En sig etc.Ga naar voetnoot20
Laat hy de stralen van sijn ooge dalen
(Dat sy Hem mist) maar blijft haar echter by.
Daar smelt dan 't hert in tranen / als die ster-gaat
En duyckt bene'en de kim; sy roept Staat! Staat!
25[regelnummer]
En duyckt beneen de kim etc.
Mijn lief wat baat'et of gy niet te verr-gaat
Als ick u niet en sie mijn troost vergaat:
De Teeckens van uw toegenegen herte
Verbergen sig / ick sie u aansigt niet: Verbergen etc.
30[regelnummer]
Gy spreeckt niet tot mijn Siel / en / (O wat smerte!)
Gy steurt de pijlen weder dien ick schiet.Ga naar voetnoot31
Uw posten die voor dees my condschap bragtenGa naar voetnoot32
Van u standvastich hert my toegedaan / Van u etc.
(De mijnen laas! verflauwen en versmachten)
35[regelnummer]
En comen niet / of comen onbelaan.
Geen brieven van uw hand! geen segel-teecken!
Geen naam daar in / en op mijn hert gedrukt! Geen etc.Ga naar voetnoot37
Geen Duysend ons gewone liefde-treecken!Ga naar voetnoot38
Helas! mijn lief is van my weg-geruckt!
40[regelnummer]
Dus claagt de Dogter Zyons / en ist wonder?
Want al sijn woorden sijn haar maar geluyd / Want etc.
En al sijn brieven sonder Naam daar onder /
En niet een segel druckt sijn liefden uyt.
| |
[pagina 102]
| |
't Onsigtbaar dat sy eens verstond / te missen
45[regelnummer]
Dunckt u dat niet ondragelijcke pijn? Dunckt etc.
Dat Hy sig maar verbergt is quaad te gissen /
Maar weg te sijn / dunckt haar is weg-te-sijn.
18. Wintermaant 1659. |
|