Bloemlezing uit de bundel Uyt-spanningen
(1971)–Jodocus van Lodenstein– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 56]
| |
Den besloten Hoff
| |
[pagina 57]
| |
15[regelnummer]
Hy bouwde een tooren / en spits daar op /
En stelde trouwe Wagters in den top /Ga naar voetnoot16
Die my / ten wal /
Schutten voor het ongeval.
Den Hemel Hy gebood en seyd
20[regelnummer]
Son geeft uw warmt / en wolck uw vogticheyd.
Wat sal mijn Beminde etc.
Hy plantde daar veel edel cruyd.
De Kuysheyd als een suyvre Lely-spruyt.Ga naar voetnoot23
De Nedricheyd
25[regelnummer]
Als Camill' langs d'eerde leyt.Ga naar voetnoot25
Den Palm-boom van Geduldicheyd,Ga naar voetnoot26
Die / hoe gedruckt / te meer sijn rancken spreydt.
Wat sal mijn Beminden etc.
Hy plant daar den Granaten-stam /Ga naar voetnoot29
30[regelnummer]
De vrugt / daar in Hy oyd genoegen nam /Ga naar voetnoot30
Die 't hert (verstickt
Van den Middag-brand) verquickt.
Den eed'len Wijnstock, welckers sap
Hem daaglijcx dient tot saal'ge dronckenschap.
35[regelnummer]
Wat sal mijn Beminden etc.
| |
[pagina 58]
| |
Hy plant het Hert ten Sonneblom,Ga naar voetnoot36
Dat sig altijd keert na den Bruidegom /
Dat 's morgens soet
't Heylig opgaand Ligt begroet /
40[regelnummer]
En volgt het van den Dageraad /
Tot dat het in sijn Middag-top-punt staat.
Wat sal mijn Beminden etc.
Een lieflijck / gull' / en Milde-cruyd
In vetten grond uyt Liefde-wortel spruyt;
45[regelnummer]
(Dien / ongemeen /
d'Eeuw'ge Liefde bragt bene'en)
Daar set Hy Munt, en Goudsbloem by /Ga naar voetnoot47
Op dat het Milde-cruyt te beter dy'.Ga naar voetnoot48
Wat sal mijn Beminden etc.
50[regelnummer]
Goutsbloem dat dorr' en schaadlijck cruydGa naar voetnoot50
Als 't sonder Milde-cruyd in hoven spruyt /
Dat groeyen doet
Giftig cruyd in overvloed;
Ja al het heylsaam cruyd versmoord /
55[regelnummer]
Het Herte dorr't / en maar het oog bekoort.Ga naar voetnoot55
Wat sal etc.
| |
[pagina 59]
| |
Het schaadlijck on-cruyd / dat het cruyd
In 't groeyen deert / dat delgt Hy nigtig uyt /Ga naar voetnoot58
En boven al
60[regelnummer]
't Eygen-Self dat groot getal
Van cruyden smoort: en 't Self, dat door
En voor den Hemel groeyt / plant Hy daar voor.
Wat sal mijn etc.
Het vose Clim van HovaardyGa naar voetnoot64
65[regelnummer]
Dat alles over-steygren wilt / ruckt HyGa naar voetnoot65
Ter aarden uyt /
Of sijn wortel weeldrig spruytGa naar voetnoot67
Met duysend cronck'len / daar hy snood
Den veeg meed steelt / en andre cruyden dood.Ga naar voetnoot69
70[regelnummer]
Wat sal etc.
Het Nijd-cruyd, dat sig selv verteert
Als andre groeyen / Hy met yver weert.Ga naar voetnoot72
De Dist'len meed /Ga naar voetnoot73
't Steeck'lig cruyd van Quetse-vreed.Ga naar voetnoot74
75[regelnummer]
Van Spyticheyd, van Stuyr-gelaat,Ga naar voetnoot75
Van Toorn, en Wraack, van Spotterny, en Smaad.
Wat sal etc.
Een Veyns-cruyd heeft schier yder cruyd /
Dat hem gelijckt in maacksel op end' uyt.
80[regelnummer]
Dat was in my
Leugentaal en Veynsery.
| |
[pagina 60]
| |
Dees' Hy van alle deck ontbloot /
En steeckt dan met sijn Waarheyd-Sonne dood.
Wat sal etc.
85[regelnummer]
Mijn Hof eertijds een dorre Land /
Is nu vercierd / gesuyverd / en beplantd.
Als 't nu den Heer
Die hem maackte tot sijn eer
Sal lusten / dat den invloed van
90[regelnummer]
Sijn Geest hem coestert / en maackt vrugtbaar; dan
Dan sal mijn Beminden // In sijn Lust-hof vinden
Dat hem lief-getal // Sijn Min genoegen sal.Ga naar voetnoot92
|
|