Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel II
(1993)–M.S.C. Bakker, E. Homburg, Dick van Lente, H.W. Lintsen, J.W. Schot, G.P.J. Verbong– Auteursrechtelijk beschermdGezondheid en openbare hygiëne. Waterstaat en infrastructuur. Papier, druk en communicatie
[pagina 175]
| |
Papier, druk en communicatieMachines en lezers | |
[pagina 176]
| |
Zowel in woord als beeld nam het grote publiek gedurende de negentiende eeuw in toenemende mate kennis van verre landen en gebeurtenissen. De afbeelding toont een portret uit de oorlog in Algerije in 1843.
| |
[pagina 177]
| |
9
| |
[pagina 178]
| |
om de nieuwe kiezers voor hun partij te werven. De materiële basis van dit culturele moderniseringsproces werd gevormd door veranderingen in de middelen van informatie-overdracht, zoals boekhandels, bibliotheken en goedkoop drukwerk. Technische vernieuwingen speelden daarbij een cruciale rol. De negentiende eeuw was voor de vervaardiging en verspreiding van gedrukte informatie een revolutionaire periode (pas de komst van computers na 1970 luidde een vergelijkbare revolutie in). Tot ongeveer 1800 werden papier en drukwerk op vrijwel dezelfde wijze gemaakt als in de tijd van Gutenberg. Honderd jaar later waren tal van machines en procédés ingevoerd, die in de twintigste eeuw wel verbeterd, maar niet wezenlijk veranderd zijn, zoals de papiermachine, de rotatiepers en de vlakdruk. De spoorwegen en de verbeterde posterijen zorgden voor de snelle verspreiding van het gedrukte woord over het hele land. Deze technische vernieuwingen vormden de voorwaarden voor het ontstaan van een wijdverbreide leescultuur. Van even groot belang waren echter sociaal-culturele factoren, zoals de verbreiding van het lager onderwijs en de politieke propaganda rond kwesties als de schoolstrijd en het kiesrecht. Culturele en technische ontwikkelingen zijn zodanig met elkaar verweven, dat het haast onmogelijk is, oorzaken en gevolgen te onderscheiden. In dit deel worden de belangrijkste technische vernieuwingen in de fabricage van papier en drukwerk beschreven, in de context van de groeiende markt voor boeken en kranten. Dat wij zoveel aandacht besteden aan de lezersmarkt - het volgende hoofdstuk is eraan gewijd en het thema komt daarna telkens terug - heeft twee redenen. In de eerste plaats zijn wij geïnteresseerd in de rol die de grafische en de papiernijverheid hebben gespeeld in de negentiende-eeuwse ‘communicatierevolutie’. De toenemende verscheidenheid aan boeken en periodieken, die voor een steeds groter publiek bereikbaar werd, is een belangrijk aspect daarvan. De tweede reden is dat technische vernieuwingen in deze bedrijfstakken voor een groot deel verklaard kunnen worden uit veranderingen in de markt. Het meest opvallende kenmerk van alle innovaties die hier aan de orde komen is namelijk, dat ze een enorme vergroting van het produktievolume mogelijk maakten. Dit betekent dat de vraag naar drukwerk spectaculair moet zijn gegroeid. We zullen in de volgende hoofdstukken dan ook nagaan, wanneer versnellingen en vertragingen zich voordeden in de groei van de markt en in de introductie en verspreiding van nieuwe technieken. Vervolgens stellen we de vraag welk verband er tussen die ontwikkelingen kan zijn geweest. Hoewel uit dit onderzoek zal blijken dat er een opvallende parallellie bestond tussen de ontwikkelingsritmes van de verschillende innovaties en die van de markt, blijft het leggen van oorzakelijke verbanden echter een hachelijke zaak. Het liefst zouden wij natuurlijk van de ondernemers zelf horen waarom zij tot invoering van een nieuwe techniek overgingen en welke rol de markt voor hun produkten daarbij speelde. Dergelijke uitspraken zijn in de bronnen nauwelijks te vinden, om de eenvoudige reden dat de meeste negentiende-eeuwse ondernemers aan niemand verantwoording hoefden af te leggen over hun beslissingen. Een uitzondering was de directie van de Koninklijke Nederlandsche Papierfabriek, die maandelijks verslag uitbracht aan de raad van bestuur. Daarin is fascinerende informatie te vinden over overwegingen met betrekking tot nieuwe technieken. Voor de meeste bedrijven ontbreekt zo'n bron. Daarom kunnen wij meestal slechts constateren dat technische en andere ontwikkelingen samenvallen of elkaar op een bepaalde manier opvolgen in de tijd, waaruit we mogelijke oorzaken en motieven kunnen afleiden.
De omroeper temidden van de buurtbevolking. Houtgravure van Henry Brown, circa 1840.
| |
[pagina 179]
| |
Na het hoofdstuk over de lezersmarkt komt in hoofdstuk elf de papiernijverheid aan de orde. De introductie van de papiermachine en van houtslijp en cellulose als grondstof staan hier centraal. Hoofdstuk twaalf behandelt innovaties in het drukken en zetten, waarbij vooral aandacht wordt besteed aan de introductie van ijzeren persen, stoom-snelpersen, rotatiepersen en zetmachines. Daarop volgt een kort hoofdstuk over de uitgeverij en drukkerij de Erven Bohn in Haarlem. Omdat van dit bedrijf de boekhouding over een groot deel van de negentiende eeuw bewaard is gebleven, kunnen wij hier nagaan, hoe de kosten van papier, druk- en zetwerk zich in de loop van de eeuw ontwikkelden en wat de invloed van technische ontwikkelingen daarop is geweest. De omwenteling in de informatie-overdracht in de negentiende eeuw verliep niet alleen via het gedrukte woord, maar ook via afbeeldingen. Vooral de houtgravure en de lithografie, laat-achttiendeeeuwse uitvindingen, leidden tot een tot dan toe ongekende verbreiding van allerlei soorten illustraties. De diffusie van deze technieken, die heel verschillend verliep, is het onderwerp van hoofdstuk veertien. In het slothoofdstuk trachten we een algemeen patroon te ontdekken in de beschreven innovatieprocessen, in samenhang met de groei van het lezerspubliek. De nu volgende hoofdstukken geven maar een beperkt beeld van de communicatierevolutie van de negentiende eeuw. Omdat we ons concentreren op de produktie van boeken en kranten, blijft bijvoorbeeld het zogenaamde handelsdrukwerk grotendeels buiten beschouwing. Het betreft hier geboorte- en visitekaartjes, menu's, etiketten, prijscouranten en prospectussen, formulieren, bedrukt briefpapier, bidprentjes kortom een bonte verscheidenheid van produkten. Vele daarvan hebben een belangrijke rol gespeeld in allerlei communicatieprocessen (bijvoorbeeld in de rationalisering van de administratie en in de reclame). Bovendien vond een groot deel van de negentiende-eeuwse drukkerijen juist in dit soort drukwerk zijn bestaan. Soortgelijke opmerkingen gelden met betrekking tot de papierproduktie. Hier beperken wij ons voornamelijk tot drukpapier, terwijl goedkoop schrijf- en pakpapier in allerlei moderniseringsprocessen van belang zijn geweest. Op al deze terreinen is, ook in het buitenland, nog nauwelijks onderzoek gedaan (dat geldt trouwens ook voor de thema's die wij wel behandelen). Deze omissies te constateren en daardoor wellicht onderzoek over deze belangrijke thema's uit te lokken is het enige dat wij hier kunnen bijdragen.
D. van Lente |
|