Voor vriendlijke oogjes en hartjes(1896)–Fredericus Hendrikus van Leent– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 6] [p. 6] De Koning der Dieren. In Indië en Afrika, Waar 't duchtig warm kan wezen, Daar is het Vaderland der Leeuw: ‘Een roofdier, zeer te vreezen. Hij vreest geen dier, hoe groot het zij, Niet één toch is zoo sterk als hij, En duchtig kan hij brullen: En kalf - en schaap - een rund of paard, Ja, dat zijn boutjes naar zijn aard, En doen hem lekker smullen. Vorige Volgende