De groote poppen vergadering te Utrecht(1889)–Fredericus Hendrikus van Leent– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 49] [p. 49] Een Liefdegave. Nu is 't feestdag voor de kleinen Van den nijv'ren Werkmansstand, Wien de toegang werd ontsloten Van het schitt'rend poppenland. Aan de hand der blijde moeders, Hupp'len zij steeds af en aan, Om met kinderlijk begeeren Al die schatten gâ te slaan. 't Is voor hen een tooverwereld, Die de Kunstzaal heden biedt; Nimmer smaakten zij een weelde, Als hun hartje thans geniet. Maar nog hooger stijgt die vreugde, Als der liefde milde hand, Hen met gaven komt beladen Uit het zoet Luilekkerland. Chocolaad, gebak en koekjes, Toebedeeld in overvloed, Doen de dankbre tranen wellen Uit het kinderlijk gemoed. 't Is een feestdag voor de kleinen - Maar voor U is 't óók een feest, Brave Rijken, die den Armen Zoo goedgunstig zijt geweest. Vorige Volgende