5.4 Tot besluit: ‘van worm tot Seraph’
Godsdienst en deugd, gesterkt door de observatie van de natuur, brengen redding en troost. Dat is de uiteindelijke boodschap van Het land. Het is een boodschap die de christelijke lezer gemoedsrust moet geven. Dit neemt niet weg dat deze boodschap wordt verkondigd in een roman waarin duistere dreiging, twijfel en wanhoop nu en dan opvallend sfeerbepalend zijn. De roman verschijnt in 1788, in een tijdperk waarin oude zekerheden in snel tempo wegvallen, en in een land dat geteisterd wordt door politieke tegenstellingen. Net als het land van de Republiek lijkt ook het land van deze roman bij nadere beschouwing toch aanzienlijk minder ‘zorgenvrij’ dan de naam van Emilia's landgoed suggereert. De arcadische idylle van de speelse herderszangen, de genoeglijke tevredenheid van veel hofdichten en het vooruitgangsgeloof in de fysicotheologische vereniging van natuuronderzoek en religie - ze lijken soms wel heel ver weg en in de verte hoort men de donder ratelen.
We hebben het in eerdere hoofdstukken al herhaaldelijk kunnen constateren: tot de verdwijnende zekerheden behoort in de letterkunde ook de vaste indeling in genres. Van vele in dit hoofdstuk aangehaalde werken, vooral die uit de tweede helft van de eeuw, valt niet of nauwelijks te zeggen wat ze nu eigenlijk zijn: leerdicht over natuurverschijnselen, lyrische lofpsalm op God en zijn schepping, hofdicht, pastorale of reisverhaal. In elk van de verschillende soorten duiken wel elementen uit de andere op. Zo vinden we in gedichten en romans met een fysicotheologische inslag soms de herderstaferelen van de pastorale, een uitgebreide beschrijving van de werkzaamheden der boeren, dan wel de klassieke verheerlijking van het rustige leven op het land, in vergelijking met het jachtige bestaan in de stad. Ook op die manier demonstreert de literaire natuurbeschouwing, zoals zovele vormen van literatuur in de achttiende eeuw, dat het tijdperk der Verlichting een periode is waarin gezocht wordt naar een evenwicht tussen zeer verschillende tendensen.