De hazen en andere gedichten(1983)–Ed Leeflang– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 56] [p. 56] Beestje Terwijl ik over je schrijf, landt een beestje ter grootte van het oog van een naald op mijn papier, laat twee vliesdunne vleugeltjes tevoorschijn vanonder een minuscuul notebruin schildpadlijf, doet ze weg en beweegt nooit meer, ook niet als ik er zacht tegen tik. Dan rolt het om, al drastisch stijf. Dit is jouw boodschap, denk ik, aan mijn slechter ik. Als deze dag al zo van wal wil, is het beter de moed maar voetstoots op te geven. Misleid. Als ik ophoud te kijken, begint geheimzinnig of geniepig kruipen. Om welke reden ook wil iets herleven. En iets brengt zijn bestaan ter tafel door doodsangst of gewoonte gedreven. Alles trek ik me aan: dood zijn of bewegen. Vorige Volgende