De gedichten. Deel 1(na 1760)–Pieter Langendijk– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Op de zedige dichtkonst van Claas Bruin. Wat smaaklyk ooft, wat zielsbanket, Wordt hier der waereld voorgezet? Wat nektar wordt ons hier geschonken? Geen vocht van 't ydel Helikon: Maar vocht uit Godts genadebron, Dat doffe geesten kan ontvonken. Ik aas op zulke Poëzy, ô Bruin, schaf meerder lekkerny. Vorige Volgende