Christelijcke en vermakelijcke gesangen(1647)–Franciscus de Laat– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 199] [p. 199] Liedeken, Stemme: Que ceste brune est parfaicte. HEeft dan Rosemond vergeten Al de soete vryery? Laetse Thirsis in de ly? VVilse van sijn smert niet weten? En achtse niet het soete wicht De ghever van de minne-plicht? 2.[regelnummer] 't Gheen sy plaght soo veel te achten, Is dat van soo kleynen kracht Dat het van haer werdt veracht? Daer een Minnaer vol van klachten Haer gantsche daghen smeeckt en vleyt, [pagina 200] [p. 200] En sich tot dienstbaerheyt bereyt. 3.[regelnummer] Soo hy niet een uur kan leven Van haer vriendelijck ghesicht, Laetse eenmael van haer licht Hem maer eenigh voedtsel gheven: Soo sal hy in sijn grootste druck Noch spreken van een soet gheluck. 4.[regelnummer] Hy sal Rosemonde roemen Soo langh als hy leven heeft. Als het leven hem begheeft Sal hy hare wreetheydt noemen; En segghen dat sijn graf-ghedicht Van Rosemonde is ghesticht. Vorige Volgende