Multatuli Encyclopedie

Robidé van der Aa, Pieter J.B.C.-,

1832-1887, schrijver van aardrijkskundige en geschiedkundige studies, lid van de kring rond De Nederlandsche Spectator, medewerker van De Gids.

In 1860 publiceerde hij een recensie van de Max Havelaar in De Nederlandsche Spectator (9 juni, nr. 23, p. 182-183, niet ondertekend en 30 juni, nr. 26, p. 205-207, ondertekend met R.v.d.A.). In deze bespreking uitte hij kritiek op de samenhang tussen de geschiedenis van Droogstoppel en die van Sjaalman en voorspelde hij dat het boek weldra vergeten zou zijn. Wel wist hij de plaatsnamen die door *J. van Lennep vervangen waren door puntjes, correct aan te vullen. m. schrijft op 16 juni 1860 aan Tine dat zij zich niet boos moet maken over die ‘flaauwigheden van den Spectator’ (vw x, p. 250).

Op 22 maart 1877 noteert Mimi in haar dagboek (vw xviii, p. 652-653) een ontmoeting van m. met Robidé van der Aa op een vergadering van De Nederlandsche Spectator. Bij die gelegenheid leek Robidé van der Aa - m. herinnert zich hem als een ‘onaanzienlyk klein kereltje’ - nog positief over het boek te zijn. m. was dan ook zeer verbaasd toen bovengenoemde recensie verscheen.